Van harder en knapperiger voedsel eten we tot wel 26% minder in calorieën, ontdekten Wageningense onderzoekers in een 'baanbrekende' studie die gretig is opgepikt door de DailyMail. "We hebben nu meer dan tien jaar bewijs dat mensen die kiezen voor texturen die hen aanmoedigen om langzamer te eten, zoals knapperiger, harder of kauwbaarder voedsel, kunnen helpen om minder calorieën te consumeren, terwijl ze toch een even voldaan gevoel hebben," zegt de Wageningse hoogleraar Ciarán Forde. Zijn werk bouwt voort op de basis die prof. Kees de Graaf - die inmiddels met emeritaat is - legde.
Al bijna 15 jaar houdt de Universiteit van Wageningen zich bezig met de relatie tussen de textuur van ons eten en hoeveel we ervan eten. In 2009 benoemde de WUR Kees de Graaf tot hoogleraar Sensoriek en Eetgedrag. "Puur, onbewerkt, zonder additieven, vers – woorden die voor diverse mensen omschrijven wat goede voeding is. En niet te vergeten: geen of minder zoet. Maar ik vind deze dingen klein bier, in vergelijking met de belangrijke, grote risico’s die je gezondheid kunnen verminderen. De belangrijkste reden voor overgewicht is namelijk energierijk eten te snel tot je nemen," zei De Graaf bij zijn afscheid in 2022.

En dat is precies waarmee zijn opvolger, Ciarán Forde, aan de gang ging. In het nieuwe onderzoek, verschenen in het American Journal of Nutrition, kregen 50 proefpersonen ieder 4 vergelijkbare lunches voorgezet. Ze bevatten evenveel calorieën en werden gelijk beoordeeld op hoe lekker ze smaakten. Twee lunches bestonden uit ultrabewerkte voedingsmiddelen, twee waren minimaal bewerkt (volgens de NOVA-classificatie). In ieder van de twee categorieën was één maaltijd harder en knapperiger, en de andere juist zachter. Denk aan gekookte rijst, een knapperige rauwkostsalade, een krokant gebakken hele kipfilet of een harde appel (allemaal hard en knapperig) versus aardappelpuree, coleslaw, visnuggets en mango's uit blik (allemaal zacht).

De textuur en kauwbaarheid van de lunches bleken de eetsnelheid te bepalen en als gevolg daarvan nam ook de calorie-inname af. De proefpersonen aten de 'hardere' lunches met de helft van de gebruikelijke snelheid. De laagste gemiddelde calorie-inname, 483 calorieën, deed zich voor bij de harder kauwbare, minimaal bewerkte lunch. De hoogste inname, gemiddeld 790 calorieën, trad op bij de zachte, ultrabewerkte lunch.

Volgens de Wageningse onderzoekers bewijst dit dat niet alleen de mate van voedselverwerking, maar ook de textuur van maaltijden een aanzienlijke invloed kan hebben op de calorie-inname. Harder eten kan de calorie-inname met maximaal 26% verminderen in vergelijking met zachtere alternatieven. Langzaam eten geeft het lichaam een betere kans om de hoeveelheid geconsumeerd voedsel te registreren, en dat leidt tot een gevoel van verzadiging en minder overconsumptie.

Precies wat Kees de Graaf al zei: "Van appels en spinazie word je niet dik, omdat ze niet veel energie per gram bevatten en je ze langzaam eet. De voedingsmiddelen die het meeste effect op je gewicht hebben zijn de hap-slik-weg producten als suikerhoudende dranken en bijvoorbeeld saucijzenbroodjes. Makkelijk te eten, veel calorieën. Plus omdat ze zo kort in je mond zijn, worden er ook geen signalen van verzadiging doorgegeven aan je hersenen."

Of die theorie helemaal klopt, is sinds kort onduidelijk. Wel duidelijk is dat Guido Camps van de Wageningse Universiteit al jaren geleden bewees dat je afvalt van eten waar je op moet kauwen.

Eindelijk pakt die wijsheid in de Britse volkspers.