De Vlaamse minister van Visserij, Joke Schauvliege, trekt €741.000 voor onderzoek naar het zogenoemde combituig. Dit "hoogtechnologische werktuig", schreef Vilt, kan "ongewenste vissen uit de netten laten ontsnappen, de brandstofkosten drukken, de zeebodem minder beschadigen, en daarnaast wordt ook de bijvangst teruggedrongen."

De Vlaamse vissers hebben zelf om het onderzoek gevraagd. Er is nog onvoldoende wetenschappelijk onderzoek gedaan naar het combituig en of dit werkelijk bijdraagt aan het verkleinen van de milieu-impact van de visserij, iets waar de vissers naarstig naar streven. "Het onderzoek is specifiek bedoeld voor de Vlaamse visserij en de Vlaamse visgronden", zegt Emiel Bouckaert, directeur van de branchevereniging Rederscentrale. De vissers verwachten dat het combituig een welkome aanvulling kan zijn op de bestaande soorten tuig en met name de bijvangst kan verminderen.

Dat snapt Pieke Molenaar, onderzoeker bij Wageningen Marine Research en expert op het gebied van slimme netten, wel. Molenaar vertelt me dat de Belgische vissers de in Nederland veelgebruikte pulskor niet op grotere schaal mogen of kunnen gebruiken en daarom nog vrijwel allemaal met een boomkor vissen. “Dat is een weinig selectieve methode, waarbij kettingen de bodem omwoelen en er soms veel bijvangst meekomt. Maar op dit moment is het de meest efficiënte methode voor de Vlaamse visserijvloot,” zegt Molenaar. Afhankelijk van de soort waarop gevist wordt kan de bijvangst oplopen tot meer dan de helft en soms zelfs wel 90% van de vangst. Iedere aanpassing die de bijvangst vermindert is dan al slim te noemen. Selectieve netten, die door in te spelen op het gedrag van de vis de gewenste vis weten te scheiden van de bijvangst, verminderen meteen ook de problematiek van de aanlandplicht.

Laat dat nou precies zijn wat Molenaar in samenwerking met de visserij voor elkaar kreeg voor de langoustinevangst. Hij deed onderzoek naar een 'slim net', dat de bijvangst in deze visserij - poon, tarbot, schol, pitvis, krabbetjes - met maar liefst 65% wist te verminderen. Dankzij twee 'kuilen' (achtereinden met een maaswijdte van 12 en 8 centimeter) en een scheidingspaneel in het net kon de te kleine bijvangstvis ontsnappen en bleven de gewenste langoustines samen met de marktwaardige vis achter.

De uitdaging ligt volgens Molenaar, die het nodige onderzoek samen met de Belgen doet, in het ontwikkelen van selectieve netten voor de tongvisserij. De hooggewaardeerde tong blijkt namelijk een ware ontsnappingskunstenaar. "Waar de schol een stukje karton is, dat gemakkelijk blijft steken in het net, is de tong een stukje vloeipapier," zegt hij. Bij proeven met selectievere tongnetten waarbij 30% minder bijvangst gevangen werd, bleek zich echter ook 10% vangstverlies van marktwaardige tong voor te doen. Voor de visserij is een dergelijk verlies onacceptabel. Wellicht dat het onderzoek naar het Belgische combituig, dat onder meer gebruik maakt van geluid en licht, 'de' oplossing, ook voor de tongvisserij, dichterbij kan brengen.
Dit artikel afdrukken