Vrije suiker wordt gedefinieerd als suiker die wordt toegevoegd aan voedsel tijdens de productie of het koken plus suikers die voorkomen in honing, siropen en vruchtensappen. Dat is dus alle suiker die niet van nature in fruit, groente en zuivel zit.
De strijd tegen suiker in de voeding, en dan vooral suiker die toegevoegd wordt bij (fabrieksmatige) bereiding, mag voorzichtig geslaagd heten. Veel consumenten kiezen producten met kunstmatige, caloriearme zoetstoffen. Fabrikanten verlagen onder druk van de markt en overheidsbeleid de hoeveelheid suiker in hun producten. Accijnzen op suikerhoudende producten (vooral frisdranken) resulteren in meer en meer landen in een dalende verkoop. Het idee dat suiker ziek en dik maakt, heeft algemeen ingang gevonden. We lijken op de goede weg.
‘Tweetrapsraket’
De strijd tegen suiker werd geïnspireerd door twee doelen: minder ziekten, zoals diabetes type 2, en minder overgewicht. De huidige obesitasepidemie wordt voor een belangrijk deel veroorzaakt door de overbodige calorieën uit suiker in de voeding. Daar is weinig twijfel over. Overmatige consumptie van suiker (met daarin veel fructose, de helft van het dubbelmolecuul sucrose, tafelsuiker) wordt door het lichaam slecht verwerkt en leidt tot leververvetting, hoge bloeddruk en verstoorde vethuishouding in het bloed. Dat is de directe ziekmakende werking van suiker.
Overgewicht ten gevolge van veel suiker in het dieet heeft in twee stappen de genoemde kwalen tot gevolg. Dat is de beruchte tweetrapsraket. Wie al diabetes (of het voorstadium metabool syndroom) heeft - meestal door overgewicht - verwerkt suiker moeilijk. Er ontstaat een vicieuze cirkel van toenemende insulineresistentie, waardoor de glucose niet meer opgenomen wordt door de cellen, hetgeen schade aan de organen veroorzaakt.
Aardappelpuree
Er verschijnen barsten in de stelligheid. Haalt de strijd tegen suiker wel iets uit eigenlijk? De daling van de suikerconsumptie is niet terug te zien in cijfers over een daling van het overgewicht. Integendeel, de obesitas onder de gehele wereldbevolking neemt toe. Geen van de maatregelen om overgewicht in te dammen lijkt te werken. Dat doet logischerwijs de vraag rijzen of die aanbevelingen wel deugen. Simpel geredeneerd lijkt die ‘10%’ ook maar een slag in de lucht. Als het op solide wetenschap gebaseerd zou zijn, waarom is het dan niet 9,6% of 11,2%?
En dan nog: zou er iemand op aarde zijn die weet of hij op een willekeurige dag meer of minder dan 10% van zijn energie uit vrije suiker heeft gehaald? Uit toegevoegde suiker, niet uit gewone suiker uit fruit en melk. Een glucosemolecuul die voorbijkomt in de organen van de spijsvertering is een glucosemolecuul, zowel die uit een Nuts als die uit een kadet.
Simpel geredeneerd lijkt die ‘10%’ ook maar een slag in de lucht. Als het op solide wetenschap gebaseerd zou zijn, waarom is het dan niet 9,6% of 11,2%?EFSA
“Toegevoegde en vrije suikers moeten zo laag mogelijk zijn,” schrijft de EFSA in de rapportage over een nieuwe ‘Beoordeling’ van de huidige wetenschap over suiker. Die beoordeling werd uitgevoerd op verzoek van een aantal Europese landen, die van de Europese voedselveiligheidsautoriteit wilden weten wat een verstandige bovengrens van suikerconsumptie is.
De EFSA raadt aan, na vier jaar studie, zo min mogelijk suiker te consumeren. Maar moet ook wel dit constateren na het doornemen van 30.000 wetenschappelijke werken: “Op basis van de wetenschappelijke gegevens kon echter geen toelaatbare bovengrens voor de inname van suikers in de voeding worden vastgesteld, wat het oorspronkelijke doel van deze beoordeling was.”
Het EFSA-Panel kon geen ‘veilig niveau van inname’ vaststellen, vooral niet omdat de wetenschap geen eensluidend, duidelijk antwoord heeft. Wel is aangetoond dat suiker, en dan in het bijzonder fructose, schadelijk kan zijn voor wie er gevoelig voor is. Dat zijn mensen met metabool syndroom en diabetes, de slachtoffers van de tweetrapsraket.
Er kon door de EFSA ook geen uitspraak gedaan worden over de gezondheidsvoordelen van een dieet met minder dan vijf procent vrije suikers, zoals de WHO dat eigenlijk wil, omdat daarover geen onderzoeksresultaten beschikbaar zijn.
Het aangeven van een bovengrens is niet mogelijk en er zijn geen gegevens over de effectiviteit van het lage advies. Dat betekent: die percentages slaan nergens op. Weer blijkt dat de vertaalslag van uitkomsten van wetenschappelijk onderzoek naar handzaam advies spaak loopt.
Dat betekent: die percentages slaan nergens op. Weer blijkt dat de vertaalslag van uitkomsten van wetenschappelijk onderzoek naar handzaam advies spaak looptRammelt
Een studiegroep van de universiteit van Hong Kong, onder leiding van assistent-hoogleraar Jimmy Chun Yu Louie, keek ook naar de discrepantie tussen het strenge advies en de feiten. In een narrative review bespreken ze de kwaliteit van het onderzoek naar suiker, zowel observationele als klinische studies van allerlei soorten en maten. Hun artikel telt 150 referenties, waaronder alle grote studies naar suiker en gezondheid.
Eén van hun conclusies is dat het suikeronderzoek aan alle kanten rammelt. De opzet, omvang en duur van de vele onderzoeken verschillen zo sterk, dat er alles bij elkaar niets zinnigs uit valt te halen. Dierproeven zijn niet vertaalbaar, want dieren (muizen, ratten) reageren anders op suiker dan mensen. Dierproeven werden bovendien gedaan met idioot hoge doses om een mechanisme te onderzoeken, niet om een kwantitatief effect te achterhalen.
Lange trials met mensen zijn om praktische en ethische redenen nooit gedaan, een strenge trial van zes weken bewijst niets. Mechanistische studies, bijvoorbeeld over hoe fructose in de lever omgezet wordt in vet, zeggen niets over de gezondheidseffecten, ook al moet er (bio)logisch gezien een verband zijn.
Bakkersproducten
De Hongkongse onderzoekers schrijven: “De huidige aanbeveling van de WHO om de inname van vrije suiker uit alle bronnen te beperken tot minder dan 10% van de dagelijkse energie-inname ter verbetering van de algemene gezondheid, is niet goed onderbouwd door het beschikbare bewijsmateriaal.”
Over één ding spreken ze zich wel duidelijk uit op basis van de studies. Er is een groot verschil zichtbaar in het wetenschappelijke bewijsmateriaal tussen de effecten van vloeibare suikers uit frisdranken en vaste suikers. Ze zien geen nadelige invloed, gemiddeld genomen over alle onderzoeken, van vaste suiker in voedingsmiddelen. Uitgezonderd snoep en bakkersproducten – koek, cakejes, snoeprepen - die geen nuttige voedingsstoffen bevatten en daarom als dagelijkse voeding niet aan te bevelen zijn.
Een bijkomend fenomeen is dat in de herformulering van producten de suiker vaak vervangen wordt door zetmeel, dat dan niet als suiker op de verpakking vermeld hoeft te worden, maar wel gewoon een koolhydraatproduct is dat net zo gemakkelijk weer tot calorierijke glucose wordt afgebroken. Dat schiet dus ook niet op.
De huidige richtlijnen om (vrije) suiker te beperken in de strijd tegen overgewicht en obesitas “is gebaseerd op bewijs van lage kwaliteit”. Het “grote publiek en beleidsmakers” moeten voorzichtig zijn met de interpretatie van dat bewijs. En misschien is gewone suiker in producten nog te verkiezen boven kunstmatige zoetstoffen, waarvan ook niet precies bekend is wat het doet op de langere termijn.
Vaak sluiten dit soort narrative reviews af met een relativerende kwinkslag. Zo niet deze.
Op 8 oktober krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
From the Abstract [AJCN full text is $39] " It is quite possible that “high” sugar consumption at normal dietary doses (e.g., 25% daily energy intake) per se, i.e., the unique effect of sugar, especially in the solid form, may indeed not pose a health risk for individuals apart from the potential to reduce the overall dietary nutrient density, .. " Notice the words possible and may.
What is said in the excellent discussion is true, but I suggest that the "nutrient density" aspect is equally vital: that is, lack or lower micro-nutrients, the B vitamins that lower homocysteine, the universal self made poison. Hcy does the same kind of damage as does glycation and to much of the same systems / proteins.
My take is here re homocysteine . Hcy damage is body corrosion, an aspect that is never properly analyzed but given lip service
MVG en excuses voor het engels.
Huib, #11 de correlatie met BMI blijft in alle drie de reviews overeind. Dat het niet 100% verklaart heeft te maken met het gegeven dat er verstorende factoren zijn, nl fysieke activiteit, maar ook het onvermogen om vetcellen aan te maken.
Met glitches bedoel ik teveel inconsistentie en het negeren van cofactoren in strijd met de hypothese. In dit recente onderzoek is gekeken naar vetdepots en de bijdrage aan inflammatie.
"We showed a significant association between PCF/TAT and NAFLD/AO phenotypes in the retrospective cross-sectional study. We observed that the highest risk occurred in both abnormalities groups, and the second highest risk occurred in the AO-only group. Subjects with AO had a significantly increased risk of PCF or TAT compared to those with NAFLD. Notably, the magnitude of the associations between PCF/TAT and NAFLD/AO varied by the level of systemic inflammatory marker (hs-CRP level). Compared with low hs-CRP level, the magnitude of the associations were alleviated for NAFLD and PCF/TAT but enhanced for AO and PCF/TAT"
Als abdominaal + leververvetting samenvielen dan was het effect het grootst, maar uitsluitend abdominale vervetting kon daarna het grootste deel van de variatie verklaren. Wederom is dit consistent met het totaal beeld. BMI zegt iets, maar niet alles over abdominale vervetting, maar abdominale vervetting zegt wel iets over het onvermogen om op te slaan in de subcutane depost en gebrek aan fysieke activiteit. Dit is het klassieke patroon van subcutaan naar centraal.
"PCF and TAT were significantly higher in participants with both NAFLD and AO abnormities, and this was higher in participants with AO-only than in those with NAFLD-only after adjusting for confounding factors."
Pericardiale vervetting en Thoracale aorta vervetting werd vaker gecorreleerd abdominaal NALFD of uitsluitend abdominaa en veel minder met NALFD. Abdominale vervetting (en BMI in minder mate) lijkt het grootste probleem te zijn.
Chi, #8, je schrijft:”… ik ken geen reviews waarin leververvetting niet correleert met BMI. Eigenlijk zijn ze allemaal consistent zoals deze, deze en deze.” Maar die laatste twee leggen juist wel een verband tussen normaal gewicht en NAFLD resp. niet-obese diabetes type 2 en NAFLD.
En wat bedoel je met ‘glitches’? Even voor mijn begrip.
En verder drinken sommige jonge mannen zoveel frisdrank met suiker of fructose-glucosestroop dat je kan spreken van suprafysiologische inname, de ‘idioot hoge doses’ die ik noem. Daar heeft Lustig over geschreven, maar dat was niet voor iedereen even overtuigend. Maar zie ook het rijtje artikelen onder zijn stuk. Fructose heeft (bij sommigen, er is een verantwoordelijke genvariant) wel degelijk een direct effect op NAFLD (en erger), niet alleen via de tweetrapsraket van obesitas.
Wat ik niet zo goed begrijp is waarom het woord suiker niet beter vervangen had kunnen worden door simpele suikers en zetmeel. Door te kiezen voor een populaire term kan daarna gezegd worden dat de studies niet de gewenste resultaten hebben.
Ik denk dat als alle gemakkelijke suikers en zetmeel bij elkaar genomen worden er wel duidelijk een effect te vinden is. Al zal dit politiek wel niet lukken omdat de lobby van de voedselindustrie erg groot is en hun pogingen om de consument met kwalijke trucjes om de tuin te leiden erg ver gaan.
Als je de etiketten van alle verpakte voedingswaren bekijkt, blijkt duidelijk hoeveel er mis is met de verpakte voedingsmiddelenbranche.
Hoeveel verbloemde termen er niet zijn voor suikers is ongelofelijk. Marketing levert hier gewoon een vieze smaak op. Dat zelfde geldt voor volkoren, dat alleen maar vrijwel volkoren is voor brood.
Waar blijft de wetgever die deze volksverlakkerij niet keihard aan banden legt?
Zoals mijn moeder wel eens zei: in ´45 waren er geen dikke mensen meer in Amsterdam