Het zijn ziekten die met de 'moderne' mens te maken hebben. De mens die op ontdekkingsreis gaat of die meegesleept wordt in de industriële revolutie. Die de geneugten van geraffineerde producten ontdekt of een goedkoop nieuw stapelvoedsel waarvan de oorspronkelijke, eeuwenoude bereidingswijze niet mee overgeleverd is.
Scheurbuik
Deze ziekte was al bekend in de Antieke Oudheid (Hippocrates beschreef het rond 400 v.Chr.). Vanaf de 15e eeuw kwamen met de ontdekkingsreizen de lange zeereizen in zwang die soms aan meer dan de helft van een bemanning het leven kostten. In de 18e eeuw kwamen artsen erachter dat vers voedsel en vooral citrusvruchten de zieken konden genezen. Dat komt doordat daar vitamine C in zit, een stof die het menselijk lichaam niet zelf kan aanmaken. Tegenwoordig komt scheurbuik nauwelijks meer voor.
Rachitis
Vergroeiingen in het botstelsel en zwakke botten, ook wel Engelse ziekte genoemd, komt vooral bij kinderen voor en is een direct gevolg van te weinig vitamine D. Ook tekorten aan calcium en fosfor kunnen de vergroeiingen veroorzaken. De oplossing is simpel. Stel kinderen die de aandoening vertonen bloot aan direct zonlicht; zelfs een hoogtezon helpt. Ook tegenwoordig komt de ziekte nog voor. Kinderen met een donkere huid lopen risico, maar ook babies die alleen moedermelk krijgen. Vitamine-D supplementen zijn de remedie.
Beriberi
Kwam op in Azië toen daar de (industrieel) gepelde witte rijst zijn intrede deed. Het bleek dat met het pellen van de rijst ook de vitamine B1 (thiamine) verdwijnt. Eind 19e eeuw deed de Nederlanse arts Christiaan Eijkman onderzoek naar de ziekte. Hij kwam tot de conclusie dat witte rijst 'giftig' is. De oplossing: gewoon weer bruine rijst eten (met velletje en B1). Eijkman kreeg voor zijn beriberi-onderzoek, dat tot de ontdekking van vitamines leidde, de Nobelprijs in 1929. Beriberi komt nog steeds sporadisch voor, vooral bij alcoholisten. Als de ziekte zich doorontwikkelt raken door zenuwontstekingen de neuronen aangetast, hetgeen veel pijn veroorzaakt en uiteindelijk tot de dood leidt.
Pellagra
Deze huidziekte wordt veroorzaakt door een gebrek aan vitamine B3 (nicotinezuur). De ziekte werd voor het eerste beschreven in Spanje in de 18e eeuw. Het komt vooral voor bij mensen die voornamelijk mais eten die niet eerst 'genixtamaliseerd' is (geweekt in een alkalisch bad waardoor de vitamine B3 vrijkomt). In de eerste helft van de 20e eeuw was er sprake van een heuse epidemie in het zuiden van de VS, en tegenwoordig is het de meest voorkomende ziekte als gevolg van vitaminetekort bij volwassenen in delen van Afrika, maar ook bij arme groepen in China, Indonesië en Noord-Korea. Bij mensen die als gevolg van conflicten of rampen aangewezen zijn op noodhulp, is het dan ook noodzakelijk dat zij behandelde mais krijgen, een mooi voorbeeld van een 'fortified' voedingsmiddel.
Nobelprijswinnaars
Het belang van vitamines en de ziekten die gepaard gaan met een gebrek daaraan komt tot uiting in de waardering van het Nobelprijscomité voor de ontdekkers van vitamines. In de loop der tijd zijn meer dan 10 Nobelprijzen toegekend voor de ontdekking van de vitamines A, B1, B12, C, D, E en K.
Supplementen in voedingsmiddelen
In de tweede helft van de 20e eeuw kwamen de supplementen op. Ze hielpen bovengenoemde ziektes drastisch terug te dringen. Bovendien kun je bijna geen bewerkt voedingsmiddel meer kopen zonder dat er 'iets' aan toegevoegd is. In het ontwikkelde deel van de wereld heeft de voedingsmiddelenindustrie dat goed voor elkaar. In vrijwel alle bewerkte producten is de uitgangsbasis van vitaminen en mineralen op orde. Als we gevarieerd genoeg eten, krijgen we doorgaans al onze voedingsstoffen binnen zonder additionele supplementen. Je moet alleen nog even naar buiten voor je dagelijkse dosis zonlicht om genoeg vitamine D aan te maken.
De valkuil voor de Westerse mens is in het ootje genomen te worden door al te slimme marketeers die volop inspelen op 'het is goed voor je'-gevoelens. Hier en daar een supplement is helemaal geen gek idee, maar wij hoeven echt geen potten vol supplementen te verstouwen. De EFSA ziet er – vermoedelijk té – streng op toe dat gezondheidsclaims niet uit de bocht vliegen.
Zullen we het weekend eens kijken welke supplementen we - bewust dan wel onbewust - binnenkrijgen? De redactie gaat in ieder geval nog even wat vitamine D in huis halen: we voorzien veel regen deze zomer. En omdat we denken dat wat extra probiotische beestjes in onze darmen na een antibioticakuur geen kwaad kunnen, brengen we meteen wat probiotica mee. Ieder geval kent zijn eigen remedie.
Fotocredits: 'daily dose', Rob
Op 2 oktober krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Ralf: een groot deel van de melkzuurbacteriën in gefermenteerde producten overleven de tocht door de maag niet. Maar een deel wel. Een zeer onderbelichte bacterie is de 'Lactobacillus Plantarum', die in zeer veel zure producten voorkomt, en die probleemloos de maag passeert.
Daarnaast blijkt rauwkost een nog belangrijker aanvulling op de darmflora te geven.
Capsules? Voor therapeutisch gebruik kunnen ze goed werken, als ze van betrouwbare herkomst zijn. Anders beveel ik ze niet aan.
Net zomin als multivitamines van discutabele samenstelling. Zeker als verdachte stoffen gebruikt worden.
Zoals al gemeld, een aantal natuurlijke supplementen - zoals spirulina of chlorella - sta ik wel achter voor dagelijks gebruik.
Een dagelijkse portie (zo natuurlijk mogelijke, zoals met biflavonoïden) vitamine C is belangrijk omdat we veel aan (andere) oxidanten worden blootgesteld.
Extra vitamine D acht ik ook zinvol.
Het belangrijkste blijft een bewust voeding- en leefpatroon, met gezonde input en vermijden van schadelijke zaken.
Helaas zijn een aantal schadelijke blootstellingen haast niet te vermijden.
De redactie noemt bewerkte voeding die gesuppleerd is "goed voor elkaar", ik zou het eerder willen benoemen als een uiting van hoe treurig het gesteld is met dergelijke producten en hun makers. Als het nodig is om deze voedingsmiddelen aan te vullen, is de originele natuurlijke grondstof duidelijk teveel geweld aangedaan. Men is zich ervan bewust, want anders zou er niet gesuppleerd worden. Maar in plaats van te zorgen dat de natuurlijke grondstoffen hun oorspronkelijke nutriënten behouden, bijvoorbeeld door de bewerkingsmethode aan te passen, wordt er (selectief) gesuppleerd. Ik ben hier geen voorstander van, met name omdat de oorspronkelijke balans tussen de nutriënten hiermee nooit hersteld kan worden, en omdat het per definitie selectief is. Alle onbekende stoffen, of bekende stoffen met onbekende werking, en soms ook bekende stoffen met bekende waarde, worden achterwege gelaten.
Dan is er de vraag of aanvulling door het slikken van supplementen een goed idee is. Ik ben het volkomen met Frank eens dat hier een groot verschil is tussen dagelijkse suppletie voor iedereen, en therapeutische doeleinden. Van die laatste ben ik overtuigd van het nut. Talloze onderzoeken zijn hierover te vinden. Soms overtreft het de effectiviteit van medicijnen, met name bij chronische aandoeningen.
Dagelijkse suppletie bij gezonde mensen is denk ik zinvol, met name multi, vitamine C en D. Ten eerste valt hiermee een vitaminestatus te behalen die met voeding erg lastig te bereiken is, ook als je volledig gezond eet. Ten tweede, misschien wel belangrijker, zijn met name de gehaltes aan mineralen in voeding dramatisch lager dan vroeger (zie ook andere draadjes). Bij een multi is dus met name de kwaliteit en kwantiteit van mineralen een belangrijk punt.
Er is echter een belangrijke keerzijde, en ook hier ben ik het met Frank eens. Heel veel voedingssupplementen zijn van slechte kwaliteit, ook bij 'gerenommeerde' merken. Er worden bijvoorbeeld nutriënten in gestopt met erg lage bioactiviteit (bijv. cyanocobalamine, magnesiumoxide of vitamine D2), of met twijfelachtige veiligheid (bijv. all-rac-tocopherol). Daarnaast worden al te vaak diverse hulpstoffen gebruikt met twijfelachtige veiligheid. Ter illustratie: titaniumdioxide, een bekende kleurstof die zeer wit is. Veel toegepast in pillen die kennelijk een witte uitstraling moeten hebben, zoals vitamine C. Deze hulpstof, met E nummer E171, is veilig bevonden omdat het onoplosbaar is in water en niet door de mens wordt opgenomen. Maar wacht eens even, zelfs al zou dat zo zijn, wat gebeurd er dan in de darm als dit elke dag wordt ingenomen? Denk aan irritatie van de darmwand of verstoring van de microflora. Ook wetenschappers hebben zorgen over dit materiaal in nanovorm. En zo is er nog veel meer te vinden. Kortom, indien niet nodig kies ik er liever voor om dergelijke hulpstoffen te mijden, zeker bij dagelijks gebruik. Maar ze zijn toegestaan en worden daarom overal gebruikt, van de goedkoopste tot de duurste merken voedingssupplementen. Als je naast hoogwaardige actieve ingrediënten ook geen mogelijk-schadelijke hulpstoffen wilt, blijven er erg weinig opties over.
Mijn conclusie is daarom dat dagelijkse suppletie zinvol kan zijn, maar dat je hiervoor een hoogwaardige kwaliteit supplementen moet hebben waar geen rotzooi in zit. Dit is lastig te vinden en vereist een grote oplettendheid.
@Frank : De genoemde gefermenteerde producten bevatten géén probiotica, de gebruikte melkzuurbacteriën gaan dood in de maag. Probiotica zijn dus geen vervanging voor zuurkool etc (of vice versa). En geen enkel levensmiddel ís een probioticum, ze kunnen wél probiotica bevatten (een probioticum is een bacterie, geen product).
De fructo-oligosacchariden in supplementen zijn onzin. Om een goede werking daarvan te hebben is de aanbevolen dosis ergens tussen de 5-15 gram/dag. In een probioticum supplement zit meestal 250 mg en de meeste gebruikte probiotica groeien ook niet op de fructo-oligosacchariden. Die fungeren dus niet als substraat voor probiotica. Dit soort vezels zijn prEbiotica en dienen als voer voor de aanwezige darmbacteriën, synergistisch aan probiotica. Als je probiotica wit stimuleren, kan je ze beter glucose of fructose geven, groeien ze sneller en beter op.
Ik ben het wel met je eens dat een groot deel van de supplementen dubieus tot erg slecht is. Maar er zijn ook goede !
Ik vrees er wel voor dat als de Acai bes niet volgens 'agro-forestry' principes wordt geteeld, de geneeskrachtige waarde sterk achteruitgaat door bodemverarming.
Duidelijkheid over de verschillen tussen de 'wilde' acai bes en de gecultiveerde vorm van de mono-plantages met kunstmest is gewenst - ook op termijn, naarmate de bodemuitputting voortschrijdt (zoals bij meer AGF).
Uit Jack's Brazilië komt een schat aan waardevolle natuurgeneesmiddelen. Vooral uit het Amazone oerwoud, zoals de Graviola. Hiervan zou Brazilië veel meer werk kunnen/ moeten maken.
Ook een van de belangrijkste 'superfuits' - de Acai bes - komt uit Brazilië. Het is moeilijk om een nog gezondere vrucht te vinden. Hier bijna alleen als mixsap verkrijgbaar. Daarom is deze ook als (duur) supplement te koop.
Zie hier een tabel van de ORAC's (Oxygen Radical Absorbance Capacity) van een aantal supplementen en voedingsmiddelen. De ORAC is overigens maar één (zei het belangrijke) maat voor de gezonde werking.