Wereldwijd gebruikt de mensheid ongeveer twee keer zoveel stikstof als de aarde aan kan, waarmee een planetaire grens wordt overschreden. Nederland, een van de dichtstbevolkte gebieden ter wereld met een hyperefficiënte landbouw, maakt zich daar als een van de eerste landen ter wereld bezorgd over. Inmiddels in wetgeving doorgevoerde regels leggen land-, huizen- en wegenbouw stil. Het beruchte Nederlandse stikstofkaartje laat zien hoe erg het bij ons gesteld is. Maar niet overal ter wereld is de situatie zo slecht. Dat bracht onderzoeker Lena Schulte-Uebbing in kaart. Waar stikstofoverschotten in regio’s als Noordwest-Europa en delen van India en China veel te hoog zijn, is er in Afrika en Zuid-Amerika juist ruimte voor intensivering van het stikstofgebruik.
Stikstof is 'een veelkoppig monster', blijkt uit de in Nature verschenen studie die door de universiteiten van Wageningen en Utrecht en het Planbureau voor de Leefomgeving uitgevoerd werd.

Promovenda Schulte-Uebbing zegt: "Er zitten grote verschillen tussen regio’s zowel in de mate van overschrijding als ook in de problemen die stikstof veroorzaakt. In sommige regio’s zijn de grenzen voor waterkwaliteit overschreden, in andere de grenzen voor effecten op landnatuur, en in weer andere regio’s allemaal.”

Dat werd duidelijk uit de vergelijking die de onderzoekers maakten tussen de regionale verliezen van stikstof en de berekende regionale grenswaarden voor effecten op natuur- en waterkwaliteit, zoals afname van biodiversiteit, aantasting van drinkwaterkwaliteit en giftige algenbloei in oppervlaktewater. Op de wereldstikstofkaart kleuren Europa, China en India met grote stikstofoverschotten flink rood, terwijl veel tropische gebieden (Zuidoost-Azië, Afrika, Zuid-Amerika) sprake is van stikstofonderbenutting.

“We hebben het in Nederland nu vooral over stikstof als een probleem waar de natuur onder te lijden heeft”, licht Schulte-Uebbing toe in de Trouw. "Maar het is in essentie óók een waardevolle voedingsstof. Op wereldschaal zijn er gebieden waar in de landbouw meer stikstof gebruikt kan worden zonder dat dat de natuur schaadt. En waar dat ook erg wenselijk is om voor meer voedselzekerheid te zorgen.” Met die constatering sluit Schulte-Uebbing aan bij de stelling die landbouwexpert Henk Breman al jaren op Foodlog te berde brengt: om genoeg voedsel te produceren voor de mensheid kun je niet zonder kunstmest en de belangrijke component stikstof daarin. Juist niet in landen met een lage natuurlijke landbouwproductiviteit, zoals Afrika.

De onderzoekers schatten dat, als de regionale grenzen voor stikstofvervuiling door de landbouw met elkaar 'verrekend' worden, het totale wereldwijde stikstofoverschot uitkomt op 43 megaton stikstof per jaar. Dat is 64% lager dan het huidige berekende stikstofoverschot (119 megaton stikstof per jaar, op basis van cijfers uit 2010). “Het veranderen van de stikstofverdeling over de wereld is belangrijk,” zegt medeauteur prof. dr. Wim de Vries, ”maar zelfs als de bemesting op wereldschaal ruimtelijk optimaal wordt toegediend kan er nog sprake zijn van overschrijding van een wereldwijde grens voor stikstof."

Met die lokale verschuivingen schatten de onderzoekers dat het stikstofoverschot uitkomt op 57 megaton stikstof per jaar. Willen we onder de regionale en planetaire stikstofgrenzen blijven, dan is er gecoördineerde actie nodig. Die moet rekening houden met verschillen in lokale landbouwsystemen en de kwetsbaarheid van lokaal milieu. De grote opgave is om stikstof in de landbouw veel efficiënter door minder te verspillen naar het milieu. Ook moeten verliezen uit niet-agrarische stikstofbronnen zoals rioolwater of industrie verminderen, aldus De Vries.

Schulte-Uebbing zoekt het bovendien in een kariger gebruik van welvaart: "Daarnaast kan je naar consumptiepatronen en voedselverliezen kijken. Met minder overconsumptie, voedselverspilling, en een plantaardiger dieet in voornamelijk de westerse wereld is het makkelijker om binnen stikstofgrenzen te blijven." En vergeet de stikstofreductie van andere sectoren niet, zoals het verkeer door minder te rijden en energie te verspillen

stikstofkaart lokaalFiguur 1 uit het onderzoek