Iedere Zwitser gooit jaarlijks zo'n 300 kilo voedsel weg, van over de datum zijnde yoghurt tot twee dagen oud brood of een restje wijn. Zwitserse onderzoekers zochten voor het eerst uit hoe het zit met één enkel basisproduct: de aardappel.
Tot nu toe was alleen uit Brits onderzoek bekend dat daar ongeveer twee derde van alle aardappels als afval uit de keten verdwijnt.

De hele keten
Onderzoekers van Agroscope en de ETH Zürich namen voor hun onderzoek de hele keten onder de loep: boer, handelaar, verwerker, supermarkt en consument. Om vast te stellen hoeveel aardappelen al bij de producent verloren gaan, gebruikten ze de data van de kwaltiteitscontrole van meer dan 220.000 individuele piepers. Ze gingen na hoeveel aardappels er bij groothandelaren en in de retail verloren gaan. Ze ondervroegen 2.000 huishoudens over hun aardappelverspilling en lieten 87 mensen een dagboek bijhouden. Daarin moesten ze aangaven hoeveel aardappelen ze precies aten en hoeveel van hun aardappelaankopen, inclusief schillen en afsnijdsels in de afvalbak belandde.
De onderzoekers keken naar zowel tafelaardappel als fabrieksaardappelen, die bijvoorbeeld gebruikt worden voor de productie van kant-en-klare frites. Ook maakten ze onderscheid tussen aardappels uit biologische en gangbare teelt.

Dezelfde eisen voor een ander product
In totaal bleek van de fabrieksaardappelen 41% van de biologische en 46% van de gangbare aardappels weggegooid te worden. De grotere verspilling aan gangbare aardappels heeft volgens de onderzoekers te maken met overproductie. In de biologische teelt is daar nauwelijks sprake van. Toch blijkt van de biologische tafelaardappelen een nog groter deel in de afvalbak te belanden: 55% van de biologische tegen 53% van de gewone aardappelen. De onderzoekers schrijven dit toe aan het feit dat biologische aardappels aan dezelfde kwaliteitsstandaarden moeten voldoen maar dat in de ogen van de consument vaker niet halen.

Bij consument het meest te winnen
De verliezen traden in de hele keten op. Van de totale verspilling vindt 25% plaats bij de producent en verwerker, 12-24% tijdens het sorteren in de groothandel, 1-3% in de supermarkt en zo’n 15% bij de consument. Toch suggereren de onderzoekers dat juist bij de consument veel te winnen valt, omdat diens afval rechtstreeks op de afvalberg belandt. Boeren, verwerkers en handelaren hergebruiken afvalaardappels voor veevoer of biogas. Vooral jonge consumenten blijken veel aardappels te verspillen. Dat zou kunnen komen doordat zij minder goed hoe ze aardappelen moeten bewaren en angstiger zijn voor bederf.

Om tot minder aardappelverspilling te komen, bepleiten de onderzoekers vooral maatregelen aan de kant van de producenten. Gewasrotatie om infecties te voorkomen en het ontwikkelen van nieuwe, robuuste varianten moeten de houdbaarheid vergroten en bederf tegengaan. Daarnaast zouden er nieuwe kwaliteitsstandaarden moeten komen die de verliezen in de keten beperken. Tot slot vinden ze dat consumenten moeten leren ook minder fraaie aardappels te waarderen.

Het onderzoek verscheen in Waste Management.

Fotocredits: Peter M.
Dit artikel afdrukken