In 2009 telde België 145 brouwerijen. Eind 2014 waren het er al weer 247, meldt De Standaard op basis van cijfers van de FOD Economie. Daarmee lijkt het dieptepunt definitief voorbij.
Rond 1900 telde België nog meer dan 3.000 brouwerijen. In de loop van de 20e eeuw verdwenen ze bij bosjes. De grote (internationale) bierconcerns kochten ze stuk voor stuk op, tot er in 2000 nog maar 100 Belgische brouwerijen waren.

'Artisanale brouwkunst'
De nieuwkomers zijn kleine, artisanale brouwers. Ze brouwen bijzondere speciaalbieren. In een gewoon pilsje hebben de Belgen immers steeds minder trek. Maar een speciaalbiertje gaat er wel in. "Vroeger zopen we meer, nu proeven we meer’, zegt bierkenner Ben Vinken. "De consumptie van pils staat al enkele jaren onder druk, terwijl de speciale bieren blijven groeien. De consument laat zich niet meer alleen door de marketing dicteren wat hij drinkt. We zijn op zoek naar authentieke producten, naar artisanale brouwkunst, naar andere smaken."

Die artisanale brouwers verdienen dan ook alle steun, zegt Christine Mattheeuws van Het Neutraal Syndicaat voor Zelfstandigen. "Achter die kleine brouwerijen zit enorm veel passie. Vaak is het een uit de hand gelopen hobby, het is zeker niet zo dat ze er allemaal rijk van worden. Dus moet de overheid maken dat die zelfstandige brouwers ondersteund worden."

Waar in Nederland 'ambachtelijk' verworden is tot een loze marketingkreet, lijken in ieder geval de Belgische bierdrinkers een ambachtelijk product nog te kunnen waarderen.

Fotocredits: 'beer brussels', a olin
Dit artikel afdrukken