De inflatie is weer bijna 0. Afgelopen maand steeg het gemiddelde prijspeil met slechts 0,2% ten opzichte van dezelfde maand vorig jaar, meldde de voorlopige raming van het CBS vandaag. Maar dat betekent niet dat de consument opgelucht kan ademhalen: in de supermarkt waren de prijzen voor voedingsmiddelen, dranken en tabak in september nog altijd 10% hoger dan een jaar eerder. De prijzen stabiliseren, maar op een niveau dat over de hele linie fors hoger ligt.
We betalen dus al die tijd al heel veel meer dan in 2021
Het is de kleinste prijsstijging die het CBS bekend maakte sinds september 2016. Vorig jaar september was de inflatie torenhoog doordat de prijzen voor gas en elektriciteit de lucht in schoten. Het CBS kwam toen uit op een inflatiecijfer van 14,5%. Brandstof is inmiddels ruim 38% goedkoper dan een jaar geleden, en dat weegt stevig door in de afvlakking van de inflatie, schrijft de NOS.

Maar er is sprake van 'een sterk vertekend beeld', kopt diezelfde NOS. Tot juni vorig jaar hanteerde het CBS namelijk een andere rekenmethode, waarin de energieprijs eigenlijk te zwaar doorwoog. Zou je het inflatiecijfer van september 2022 opnieuw berekenen op basis van de nieuwe rekenmethode, zou dat uitkomen op 7,8%. En zou je vervolgens doorrekenen naar september 2023, dan zou de inflatie nu uitkomen op 7,5%, zegt Hugo Erken, hoofdeconoom Nederland van Rabobank. "Door het lage inflatiepercentage dat het CBS nu noemt, ontstaat onterecht het beeld dat we nu de inflatiecrisis hebben bezworen. De statistieken laten echter een ander beeld zien dan zich daadwerkelijk in de economie manifesteert."

Dat komt doordat de prijzen in de winkels nog altijd stijgen. Ook in augustus steeg de omzet van de detailhandel weer met 5,9% ten opzichte van een jaar eerder. In de foodsector was de omzetgroei 6,3%, aldus het CBS. Daar hoort echter een grote 'maar' bij: het verkoopvolume in aantallen producten en kilo's lag in de hele detailhandel 2,1% en in de foodsector 3,2% lager dan in dezelfde maand vorig jaar. Dat betekent dat artikelen duurder zijn geworden.

Erken wijst er dan ook op dat het lage inflatiecijfer totaal niet overeenkomt met wat de winkelende Nederlander ervaart. In de supermarkt liggen de prijzen voor voedingsmiddelen, dranken en tabak in september 2023 nog 10% boven die van september 2022.

En dat ervaart de winkelende Nederlander in zijn of haar portemonnee. Het vertekende beeld zal nog wel enige tijd aanhouden, verwacht Erken, ook omdat de Rabobank vanaf november weer een hogere inflatie voorziet.

Een laag inflatiecijfer betekent niet dat de prijzen dalen, legt De Telegraaf uit. Om de inflatie te berekenen vergelijken economen immers september van dit jaar met september vorig jaar. Wil je weten of de actuele prijzen stijgen of dalen, dan vergelijk je september nu met afgelopen augustus. Dat blijkt daadwerkelijk tot een gemiddelde prijsdaling van 0,4% te leiden, een zó minimale daling dat je dat nauwelijks merkt. Realiseer je maar dat bij een inflatie van (bijna) nul, de prijzen dus stabiel hoog blijven. Het dagelijks leven blijft gewoon duur en werd deze maand niet heel veel meer duurder dan diezelfde maand vorig jaar. In september 2022 bedroeg de voedselinflatie 12,8% ten opzichte van september 2021. In juni 2022 bedroeg de inflatie ook al dik 11%. We betalen dus al ruimschoots 2 jaar heel veel meer voor onze boodschappen dan in 2021, zoals de grafieken ook duidelijk laten zien.