De Europese Commissie wil met nieuwe regelgeving een einde maken aan greenwashing, ofwel misleidende duurzaamheidsclaims. Uit een onderzoek blijkt dat 53% van de producten die op de Europese markt als 'groen' of 'milieuvriendelijk' worden aangeboden, die claims niet kunnen onderbouwen of waarmaken. Dat leidt tot een ongelijk speelveld voor die bedrijven die wél 'echt duurzaam' bezig zijn
De Europese Commissie werkt aan een voorstel dat een einde moet maken aan ongegronde duurzaamheidsclaims, in het Engels: greenwashing.
Denk aan claims als '100% gerecycled' of 'gemaakt van volledig natuurlijke ingrediënten'. Dat is hard nodig, want uit een onderzoek door de Europese Commissie blijkt dat 53% van de honderden duurzaamheidsclaims die in 2020 zijn beoordeeld "vage, misleidende of ongegronde informatie over de milieukenmerken van producten" bevatten.
De Financial Times kreeg inzage in de conceptversie van het voorstel. Door 'greenwashing' te bestrijden wil de Europese Commissie een gelijk speelveld verzekeren voor bedrijven die met producten op de markt komen die een duurzamere consumptie door de Europeanen aanmoedigen. In het voorstel staan voorschriften ten aanzien van bijvoorbeeld verpakkingsafval en de repareerbaarheid van laptops en telefoons. "Het is gebleken dat klimaatgerelateerde beweringen bijzonder gemakkelijk onduidelijk en dubbelzinnig zijn en de consument misleiden, wat neerkomt op greenwashing," klinkt het in het voorstel. Greenwashing is schadelijk, omdat het de eerlijke handel op de interne markt verstoort en 'echt duurzame' bedrijven benadeelt.
Volgens de krant zullen bedrijven moeten bewijzen dat zij de koolstofuitstoot van hun producten hebben gecompenseerd en welke soorten koolstofcompensatie zij hebben gebruikt. Ze moeten dat doen aan de hand van de zogeheten PEF-methode (product environmental footprint) of een alternatieve, door de EU goedgekeurde methode. "De lat ligt vrij hoog", aldus Margaux Le Gallou, programmamanager bij de Environmental Coalition on Standards. De PEF-methodologie bestrijkt 16 categorieën van effecten, waaronder klimaatverandering, land- en watergebruik. Voor elke categorie die níet onder de PEF-methodologie valt, zoals bijvoorbeeld herbruikbaarheid en aandeel gerecycleerde stoffen, moet een goedgekeurde methode bestaan. "Wie dat niet heeft, mag deze claims niet maken. Dit is een grote overwinning," aldus Le Gallou.
Maar bedrijven zouden ook PEF-scores mogen samenpakken, en dat is problematisch, zegt Le Gallou. Dat houdt namelijk het risico in dat bedrijven een slechte score op een van de 16 gebieden verhullen met een goede score op een ander gebied. Dan zijn ze alsnog 'misleidend'. Het is nog niet duidelijk wanneer het EC-voorstel klaar is en wanneer de regelgeving binnen de EU van kracht zou moeten worden.
Ook in Nederland is 'greenwashing' een speerpunt van het beleid van zowel de Autoriteit Consument & Markt (ACM) als de Autoriteit Financiële Markten (AFM). Bedrijven als Greenchoice, Vattenfall, Decathlon en H&M kregen afgelopen najaar al reprimandes van de ACM, schrijft het FD. De AFM waarschuwt regelmatig dat duurzame beleggingsfondsen niet zo groen zijn als ze doen voorkomen.
Denk aan claims als '100% gerecycled' of 'gemaakt van volledig natuurlijke ingrediënten'. Dat is hard nodig, want uit een onderzoek door de Europese Commissie blijkt dat 53% van de honderden duurzaamheidsclaims die in 2020 zijn beoordeeld "vage, misleidende of ongegronde informatie over de milieukenmerken van producten" bevatten.
De Financial Times kreeg inzage in de conceptversie van het voorstel. Door 'greenwashing' te bestrijden wil de Europese Commissie een gelijk speelveld verzekeren voor bedrijven die met producten op de markt komen die een duurzamere consumptie door de Europeanen aanmoedigen. In het voorstel staan voorschriften ten aanzien van bijvoorbeeld verpakkingsafval en de repareerbaarheid van laptops en telefoons. "Het is gebleken dat klimaatgerelateerde beweringen bijzonder gemakkelijk onduidelijk en dubbelzinnig zijn en de consument misleiden, wat neerkomt op greenwashing," klinkt het in het voorstel. Greenwashing is schadelijk, omdat het de eerlijke handel op de interne markt verstoort en 'echt duurzame' bedrijven benadeelt.
Volgens de krant zullen bedrijven moeten bewijzen dat zij de koolstofuitstoot van hun producten hebben gecompenseerd en welke soorten koolstofcompensatie zij hebben gebruikt. Ze moeten dat doen aan de hand van de zogeheten PEF-methode (product environmental footprint) of een alternatieve, door de EU goedgekeurde methode. "De lat ligt vrij hoog", aldus Margaux Le Gallou, programmamanager bij de Environmental Coalition on Standards. De PEF-methodologie bestrijkt 16 categorieën van effecten, waaronder klimaatverandering, land- en watergebruik. Voor elke categorie die níet onder de PEF-methodologie valt, zoals bijvoorbeeld herbruikbaarheid en aandeel gerecycleerde stoffen, moet een goedgekeurde methode bestaan. "Wie dat niet heeft, mag deze claims niet maken. Dit is een grote overwinning," aldus Le Gallou.
Maar bedrijven zouden ook PEF-scores mogen samenpakken, en dat is problematisch, zegt Le Gallou. Dat houdt namelijk het risico in dat bedrijven een slechte score op een van de 16 gebieden verhullen met een goede score op een ander gebied. Dan zijn ze alsnog 'misleidend'. Het is nog niet duidelijk wanneer het EC-voorstel klaar is en wanneer de regelgeving binnen de EU van kracht zou moeten worden.
Ook in Nederland is 'greenwashing' een speerpunt van het beleid van zowel de Autoriteit Consument & Markt (ACM) als de Autoriteit Financiële Markten (AFM). Bedrijven als Greenchoice, Vattenfall, Decathlon en H&M kregen afgelopen najaar al reprimandes van de ACM, schrijft het FD. De AFM waarschuwt regelmatig dat duurzame beleggingsfondsen niet zo groen zijn als ze doen voorkomen.