In het weekend plegen planten in Europa meer fotosynthese, het omzetten van licht in groei. Dat komt waarschijnlijk doordat er dan minder luchtvervuiling is. Dat ontdekten onderzoekers door naar satellietmetingen te kijken. Ze publiceerden hun ontdekking in PNAS.

De onderzoekers keken naar metingen uit de periode 2018 tot 2021 die iets zeggen over de hoeveelheid fotosynthese en metingen die laten zien hoeveel luchtvervuiling er is in Europa.

De onderzoekers ontdekten dat in 64% van Europa meer fotosynthese plaatsvindt in de weekeinden
Er was meer fotosynthese als er minder aerosolen (beter bekend onder de naam fijnstof) waren, een type vervuiling dat onder andere bestaat uit fijnstof en rook van bosbranden en menselijke activiteit. Die aerosolen hebben als effect dat het zonlicht minder goed de aarde kan bereiken. Daardoor kunnen planten minder goed fotosynthese uitvoeren.

De onderzoekers ontdekten dat in 64% van Europa meer fotosynthese plaatsvindt in de weekeinden. Ze verklaren dat omdat er dan minder verkeer en industriële activiteit is. Ook was er een duidelijk corona-effect te zien in 2020: toen waren planten de hele week door productiever dankzij de afgenomen vervuiling.

Zo’n 41 miljoen ton extra CO2 zou door planten uit de atmosfeer gehaald kunnen worden als we de aerosolvervuiling weten terug te schroeven naar het niveau van het hoogtepunt van de pandemie. Luchtvervuiling tegengaan lijkt dus een win-winsituatie. Toch is het zo simpel niet. In 2009 schreef het KNMI al dat minder luchtvervuiling minder mist en nevel veroorzaakt. En dat veroorzaakt weer extra opwarming van het aardoppervlakte.
  • Deel
Druk af