De positie van de varkenshouder en zijn gezin moet worden opgenomen in het regeerakkoord. Dit blijkt uit de brief die de Nederlandse Vakbond Varkenshouders (NVV) vandaag aan formateur Wijffels heeft aangeboden. Volgens de voorzitter van de NVV, Wyno Zwanenburg, wordt de wijze waarop varkens in Nederland worden gehouden door de burger onder een vergrootglas gelegd. Maar is de consument vooralsnog in Nederland niet bereid om de meerkosten van een eventuele andere wijze van varkens houden te betalen.
Uit onderzoeken zou blijken dat de consument grote waarde hecht aan het juiste welzijn van dieren. Volgens Zwanenburg "hecht ieder weldenkend mens, dus ook varkenshouders, grote waarde aan dierwelzijn”. De NVV vindt hierbij dat de eisen die aan de landbouwhuisdieren worden gesteld ook voor de gezelschapsdieren zouden moeten gelden.
De Nederlandse varkenshouderij loopt op het gebied van dierwelzijn, milieu en voedselveiligheid vrijwel overal voorop ten opzichte van de rest van de wereld, terwijl deze kostprijsverhogende zaken niet via de markt of de opbrengsten zijn terug te halen. Vervolgens worden er wel goedkopere producten vanuit het buitenland in ons land of de EU verkocht, die onder andere productieomstandigheden zijn geproduceerd.
Hiermee is er in de ogen van de NVV-voorzitter “sprake van oneerlijke concurrentie”.
“Wat in Nederland wordt geconsumeerd, zou ook in Nederland moeten mogen worden geproduceerd. Anders is er sprake van hypocriet gedrag. Wel in eigen land hoge eisen stellen aan de productieomstandigheden en vervolgens gaan winkelen in het buitenland.”
De NVV stelt zich op het standpunt dat in toekomstig beleid steeds “het Level Playing Field binnen de EU en liefst wereldwijd in ogenschouw dient te worden genomen”.
De voorzitter van de NVV pleit tevens voor een totale, nieuwe, innovatieve benadering van de mineralenkringloop van dierlijke mest. Dierlijke mest is nl. duurzamer geproduceerd dan kunstmest en biedt daarnaast wellicht mogelijkheden om energie op te wekken of buiten de landbouw afgezet te worden.
De NVV dringt erop aan om in het nieuwe regeerakkoord de volgende zaken op te nemen:
*zowel consument als retailers aanspreken op hun inkoopgedrag, zij worden ook geacht voor extra eisen te betalen;
*gelijke behandeling van de diverse sectoren in de landbouw;
*gelijke behandeling bij het beoordelen van dierwelzijn tussen landbouwhuisdieren en gezelschapsdieren;
*totale, nieuwe, innovatieve benadering van de mineralenkringloop van dierlijke mest. Dierlijke mest is nl. duurzamer geproduceerd dan kunstmest en biedt daarnaast wellicht mogelijkheden om energie op te wekken!
*meer eigen verantwoordelijkheid voor de sector mits de ruimte binnen acceptabele financiële kaders valt;
*steeds het Level Playing Field binnen de EU in ogenschouw blijven nemen.
De NVV is bereid medewerking te verlenen aan de uitwerking van het bovenstaande.
In het persbericht staat een link naar : brief NVV aan formateur “positie varkenshouderij in het regeerakkoord”.
Op 2 oktober krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
"'Less is more': Mies' adagium is eind tachtiger/ begin negentiger jaren nadrukkelijk opgepakt ... Natuurlijkheid' was daarin de zgn. kernwaarde."
Bij Mies van der Rohe betekende deze Less is more-aanpak het gebruik van de beste materialen. Minder ornamentiek, maar meer kwaliteit. Anders werkt het niet, zo bewijzen de strakke maar armoedige oostblokflats. Dat is wat voedselproducenten die uit het prijsminimalisme willen breken inderdaad voor ogen zou moeten staan. Er is een kleine-hapjestrend, maak daar gebruik van door kleine stukjes supervlees aan te bieden. Dit is geen oplossing voor de bioindustrie, maar wel een mogelijkheid om met lage-moraallanden te kunnen concurreren.
De consument mag w.m.b. ook flink op zijn lazer krijgen, maar dat is een taak van opiniemakers, de makers van schooolboekjes, predikanten, imams en filosofisch consulenten.
Nick, Wouter, ik ben hier erg fel op. Het aanbod krijgt altijd op z'n lazer en de consument gaat geheel vrij uit. Dat is veel te makkelijk.
Markketing is een vak dat zoveel mogelijk uitgaat van het volgen van de natuurlijke hang van consumenten. Anders kost marketing je nl. te veel: waarom eerst je publiek brainwashen om je product te laten kopen, als het veel makkelijker kan. Brainwashen gebeurt ook, maar alleen in markten waarin je juist weg probeert te komen uit prijsmarketing (Unilever's omega-3 en huidige linolzuurverbreiding in haar vette producten is daar een voorbeeld van).
In de beschreven context handelen consumenten zoals ik hierboven probeerde aan te geven - dat is althans mijn vaste vermoeden en de basis van de manier waarop ik zelf op dit moment experimenten uitvoer om het Nederlands publiek nou juist aan dat betere eten te krijgen. Uit zichzelf wel te verstaan.
Schiet m'n argumenten vooral aan flarden! Graag zelfs, want het is geen eenvoudige materie omdat er weinig echt te bewijzen valt.
Ik denk inderdaad dat er ruimte is voor marketing in plaats van een lage prijzenbeleid. Makkelijk is het niet omdat een product voortdurend zijn intrinsieke waarde moet bewijzen vs de goedkope keuze. Een bedrijf als Audi slaagt er in de automarkt uitstekend in, terwijl nota bene bekend is dat de kern van hun auto's dezelfde is als die van VW en Lada. VW zit klem tussen Lada en Audi en zou weer klem moeten zitten tussen de onderkant van de markt en VW maar zit dat niet omdat het de slimme keuze is als je die topkwaliteit wilt hebben op een niveau net boven het midden van de markt. VW zit wel echt klem en heeft moeite premium te worden (de Phaeton strategie werkt niet, waarschijnlijk omdat je onder een BMW 5 en 7 wel een 1 kunt maken, maar boven een Golf en Polo geen S-klasse).
Hoe vertaal je de mechanismen die hier spelen, mutatis mutandis, in eten? Dat is naar mijn bescheiden mening de vraag.
'Less is more': Mies' adagium is eind tachtiger/ begin negentiger jaren nadrukkelijk opgepakt - als trendvoorspelling - door Lidewij Edelkoort en Droog Design (beide Nederlands en internationaal letterlijk toonaangevend). ' Natuurlijkheid' was daarin de zgn. kernwaarde. Die trend is opgepakt in kelding, meubels, vakanties en in zekere zin zelfs in auto's. In food is er niet of nauwelijks iets mee gedaan. Wat mij betreft maf, want ik zie er veel in.
Overigens, juist vanwege die 'ostentatieve Belg' is die auto-strategie zo mooi gelukt in Belgie: heel wat Golfrijders rijden waarschijnlijk tegenwoordig in A3's, Mercedes A's, BMW's 1 en de kleinere broers van de ' echte' Zweedse Volvo's. Maar ik moet oppassen; dit is slechts waarneming van wat om me heen rijdt als ik in Vlaanderen ben, en dan nog alleen op de strook Antwerpen-Gent.
Dank U voor deze andere invalshoek. betekent dit dat er hoop is voor kwaliteitsmarketing? In België merk ik een afkalven van de wil naar intrinsieke kwaliteit, omdat het eten dat je thuis op tafel zet nu net zo "onostentatief" is. Je scoort er niet mee in de race van "keeping up with the Jones".
Vriendendineetjes zijn natuurlijk anders, daarvoor gaan ze hier naar dure kooklessen bij topkoks, georganiseerd door Knack, en als hij braaf is (want in het weekend kookt mijnheer), krijgt de amateurkok nog een artikel over zijn kunnen in de 'boekskes' toe. Ook niet zo'n beste eveolutie, als je het mij vraagt.
A propos: "less is more" is van Mies van der Rohe, die stierf in 1969.
Nee Nick en Wouter Kl, dit is GEEN interessant perspectief, maar marketing van de al te koude grond. Het is hooguit boeiend omdat het je doet realiseren dat eten steeds goedkoper is geworden (kijk even naar het staatje van The Economist; de afgelopen 6 jaar is de trend alleen maar scherper geworden). Het geeft echter geen enkel inzicht in het fundamentele gedragsvraagstuk erachter: waarom vinden we eten duur, terwijl het in werkelijkheid goedkoper is dan ooit en we ook nog eens meer alternatief besteedbaar budget hebben dan ooit?
WEL interessant om er eens flink tegenaan te schoppen, want zelfs zeer kritische geesten komen klaarblijkelijk nauwelijks verder dan de eerste afgeleide. Niet in de laatste plaats degenen die de percentuele budgetverdeling van de jaren '50 van de vorige eeuw transponeren naar vandaag;-)
Ze zijn overigens in uitstekend gezelschap. Uit de mond van een hooggeplaatste fooodretailman, mocht ik ooit vernemen dat zijn holding er ook niks van begreep. Hij wilde de kiloknallers die op de klientjes letten liever niet binnen, want daarmee verpest je het in zijn visie voor de anderen, voor je eigen winst en verliesrekening en die van je leveranciers (in laatste instantie dus: de boeren)
Geen sinecure dus om het hier ' even' in een paar woorden duidelijk te maken - het bedrijf in kwestie raakte uiteindelijk binnen een paar dagen een paar miljard kwijt. Het inzicht is dus kennelijk wat waard, ;-)
Slechts een poging dus, die ongetwijfeld zal mislukken.
Er lopen hier twee vraagstukken door elkaar. Consumenten kiezen tussen verschillende prioriteiten, lees: bestedingsdoelen. Sinds de jaren vijftig zijn er flink wat bijgekomen. Die bestedingsdoelen concurreren met elkaar in een maatschappij die door het marketingdenken aanspoort tot ' meer willen' . Iedereen wil alles (wie heeft er nog geen 3 mobielen of toch minstens 2 en 4 vakanties per jaar? - zoniet, dan ben je een looser) . Technologie als 'enabler' stelt bedrijven in staat om het volume snel en tegen lage kosten op te voeren om iedereen tegen lage kosten alles te kunnen bieden. In het begin van de jaren ' 90 van de vorige eeuw beschreven consultants dit proces al als ' creating value while destroying profits': de consument krijgt steeds meer voor steeds minder geld en bedrijven verdienen er steeds minder aan en moeten dus steeds sneller innoveren (met bovendien de kostendruk daarvan als gevolg).
De prioriteitencalculaties die consumenten toepassen zijn hierdoor totaal veranderd.
Sowieso neemt het bestedingsaandeel van de meest primaire producten af door toenemende welvaart (= ruimte voor andere dingen, waarvan het aandeel dus toeneemt). Daarnaast zorgen, betere marketingprocessen en technologietoepassing voor een relatieve en - zoals in het geval van voeding, maar bijv. ook telefonie, reizen - zelfs absolute kostendaling.
Wie wil nou de kiloknaller? De marketeer, omdat die bang is dat hij zijn vlees anders niet meer kwijt komt. Dat is zonder meer waar. Maar WIJ zoeken ernaar en hebben het gewild (of kochten we al die spullen en reizen waarzonder we eerder ook niet ongelukkig waren soms niet?). Kun je het die markteer kwalijk nemen? Onzin. Die speelt alleen maar in op het gedrag zoals hij dat kent van de dieren daar in de straat?
WE wennen ons met graagte aan wat de marketeer ons voorhoudt en piepen als we iets kwijt raken dat we vroeger helemaal niet nodig hadden, cq. waar we zelfs nog nooit van gedroomd hadden. Waarom dus dat goedkooptegedrag? Anders kunnen we onze (inmiddels ook al weer goedkoper geworden) mobiel niet meer betalen. Die moet nl. niet duurder worden want we moeten ook ieder jaar een nieuwe PC (die ook al niks meer kost en waar de producent ook al niets meer aan verdient). Want anders kunnen we dat nieuwe plasmascherm (het oude LCD kan echt niet meer) of de 4x4, desnoods in de VW Polo versie (iedereen moet tegenwoordig zo'n ding ook al dreigde je er Nijmegen niet meer mee in te mogen) ......
Zoiets dus als 'wie kraaien zaait, zal raven oogsten'. Want - en dat is de fout van Wouter's analyse: economie is een contextuele gedragswetenschap van het streven naar steeds meer voor steeds minder - zo zijn we nu eenmaal: " greed is good" , zei Gordon Gecko al in Wallstreet. ' De' consument is het roerend met hem eens.
Dat was nou precies het punt van de McKinsey-heren waar ik het net over had tegen waarschuwden: als je als aanbieder alle nadruk legt op kostprijs en efficiency kun je steeds meer tegen steeds lagere kosten leveren, maar gek genoeg verdien je er niks meer aan. Met andere woorden: wees slim en speel de consument tegen zichzelf uit, durf in marketing de nadruk weer eens op de K van Kwaliteit te leggen ipv op de P van Prijs, dan komt het weer goed met de P/K-verhouding. Die is nl. zoek en daar hebben we het hier over.
Ik blijf bij mijn punt: WE willen dat en de marketeer volgt de makkelijke weg.
Ik ben het overigens volstrekt eens met het feit dat dit een marketingvraagstuk is. Kwalitiet als priorirteit boven kwantiteit doet onder het publiek allang opgeldt (van wie was "less is more" ook al weer en is die kreet al niet al bijna 20 jaar oud?) Voor de elite is die markting allang weer heruitgevonden. Voor de massa blijven we echter kiloknallen. Dat is inderdaad arremoei. Ik ben het echter radicaal oneens met de oplossing dat we dan maar gewoon een hoge minimumprijs moeten verplichten. Dat was de tijd van Sovjet Unie. Echte marketing graag. En die heeft alles te maken met 'greed' en 'ik heb lekker wat anders dan jij/cq. hoor er wel bij en jij niet'.
OK, ik zal proberen er binnenkort een tekstje over te schrijven. De Allerhande van deze maand ligt tenslotte al weer klaar. Mooie titel: " veel voor weinig" ;-)
@Wouter,
Een zeer interessante invaslhoek, maar ik zou het niet op de 'vleesindustrie' steken. De distributie is misschien al groot genoeg als boosdoener. Door de immense concurrentie tussen de supermarktketens is de druk op de prijzen enorm (voor alle voedingsproducenten touwens). Reken daar nog eens de druk van de voerleveranciers, kredietverstrekkers, verzekeraars en stalontwerpers (consultants) bij, die in vele landen ook nog eens tot dezelfde groepen behoren (bv. Boerenbond/ landbouwbank/ Aveve...) Dan heeft de boer echt niet veel ademruimte en zit tot over zijn oren in de schulden. Voedsel wordt zo op veel plaatsen in Europa geproduceerd op kosten van het eigen vermogen van de landbouwer.