De vlees- en zuivellobby bracht het Europees Hof van Justitie in 2017 tot de uitspraak dat plantaardige producten niet naar hun zuivel- of vleesequivalent mogen heten. Daarom heet bijvoorbeeld havermelk in Nederland haverdrink.
Vlees- en zuivelbenamingen voor plantaardige alternatieven blijken echter verhelderend te werken voor de consument. Dat concludeert datawetenschapper Hannah Ritchie van Sustainability by numbers.
Heb jij wel eens per ongeluk een plantaardig alternatief gekocht, terwijl je dacht dat je een dierlijk product kocht? Daar zijn de lobbygroepen bang voor. Dat blijkt onzin.
Het verbieden van equivalente benamingen is juist geen goed idee, volgens onderzoek van Ritchie. Meerdere studies tonen aan dat consumenten prima onderscheid kunnen maken tussen havermelk en koemelk, zolang je maar vegetarisch, vegan of het ingrediënt zoals haver voor de benaming zet.
De echte verwarring zit in de term plant-based. Is dat volledig vegan of zijn er nog eieren of zuivel toegevoegd aan het product? Maar goed, deze verwarring zal niet worden opgelost door het bannen van ‘vlees’ of ‘zuivel’ benamingen.
Noem het product ‘vleesvrije bacon’ en iedereen weet waar je het over hebt.
Do people think ?plant-based yoghurt? comes from a cow, or are lobby groups crying over spilt milk?,
1 jun 2023