Aarde Boer Consument. Deze week sprak een delegatie van de coalitie met met minister Ploumen. De coalitie is niet tegen buitenlandse handel op zich, maar wel tegen deze vrijhandelsverdragen, omdat er "geen sprake is van een gelijk speelveld".
In een vanmiddag uitgekomen persbericht schrijft de coalitie:
Met TTIP en CETA zijn zowel Nederlandse landbouwers en veehouders als de werknemers in de landbouw de verliezers", verklaart Guus Geurts, coördinator van de TTIP en landbouwcoalitie. "Voedselproducten worden in de Verenigde Staten en Canada tegen aanzienlijk lagere dierenwelzijns-, milieu-, arbeids- en voedselveiligheidsstandaarden geproduceerd. Bij het wegvallen van importheffingen of het instellen van tariefvrije importquota komen deze producten tegen lage prijzen de Europese markt op. Dit leidt tot oneerlijke concurrentie en een verslechtering van de inkomenspositie van de landbouwers en veehouders, die in Nederland vaak al een hogere kostprijs hebben dan hun Europese collega’s."
Minister Ploumen onderkent dat een aantal agrarische sectoren te maken krijgt met grotere concurrentie als gevolg van CETA en TTIP. Reden waarom zij hecht aan een open en constructieve communicatie met de betreffende bedrijfstakken. Deze zal dan ook gecontinueerd worden.
De coalitie is blij met de plannen van de minister voor een ‘reset’ van de handelspolitiek. Deze komt erop neer dat er in onderhandelingen over nieuwe handelsverdragen meer aandacht moet zijn voor transparantie en grote betrokkenheid van maatschappelijke organisaties. Daarnaast moet er meer rekening gehouden worden met de impact van handelsakkoorden op klimaat, sociale aspecten en armoedebestrijding in ontwikkelingslanden. Dan is wel nodig dat de WTO toestaat er eisen mogen worden gesteld aan ‘de wijze van productie’ van importproducten, en er wél sprake is van een gelijk speelveld, zo stelt de coalitie.
Eerder kwam in het nieuws dat ook in Duitsland en Frankrijk reserves bestaan ten aanzien van de vrijhandelsakkoorden.
Opmerkelijk binnen de anti-TTIP-coalitie is de samenwerking tussen partijen die aan heel verschillende einden van het idelogische spectrum staan. Het Platform Aarde Boer Consument pleit op andere podia voor een lokale boereneconomie en vormen van altermondialisme, terwijl bijvoorbeeld de NVV ijvert voor het zoveel mogelijk op peil houden van de varkensproductie in Nederland om die wereldwijd buiten de EU te kunnen exporteren.
Op 2 oktober krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Theo Jonkhart #8 Op dit moment is er inderdaad een positieve handelsbalans (van voedsel inclusief alcoholische drank) tussen de EU en de VS van ruim 7 miljard euro, zonder alcohol is dat 161 miljoen. Zie pagina 6 uit het genoemde rapport bij reactie #5.
Enkele cijfers van export versus import (in miljoen Euro): Levende dieren 374 - 148, Rundvlees 6 - 236, Varkensvlees 268 - 10, Pluimveevlees 1 - 1, Kaas 905 - 2, Boter 77 - 0, Caseïne en gemodificeerd zetmeel 351 - 268.
Over het algemeen exporteren we nu veel meer dierlijke producten dan we importeren, ook al door de lagere Amerikaanse importheffingen. Met TTIP dreigt echter het omgekeerde te gebeuren.
Volgens onderzoek door het Amerikaanse ministerie van Landbouw USDA, zijn de gevolgen bij twee scenario's als volgt (zie pagina 13 - 14 uit genoemde rapport).
In scenario 1 worden alle tarieven en alle tariefvrije importquota afgeschaft. De EU-import uit de VS (4,82 miljard euro) zal dan veel meer stijgen dan de EU-export naar de VS (701 miljoen euro). De export vanuit de VS stijgt in bijna elke categorie. De productie in de EU zal dalen voor o.a. de volgende producten: tarwe, andere granen inclusief maïs, bietsuiker, verwerkte suiker, verwerkt veevoer, rundvlees, varkensvlees, overig vlees, wei en boter. De prijzen van alle producten dalen, ook van producten waarvan de export naar de VS zal stijgen: kaas, fruit en groenten.
Scenario 2 is een combinatie van scenario 1 plus het afschaffen van non-tarifaire maatregelen. In dit scenario stijgt de Amerikaanse export met 8,42 miljard euro en de EU-export met 1,76 miljard euro. Dus in beide scenario's een fors handelstekort.
Dus ook economisch gezien en de hiermee samenhangende werkgelegenheid in de landbouw, toevoer, handel en verwerking, is er geen enkele goede reden om door te gaan met TTIP.
Eigenaardig.
Ondanks dat het vanwege de veel beklaagde ‘mindere mlieu-, dierenwelzijns-, hygiëne- en arbeidsnormen, USA-vlees niet deugt, harkt de EU jaarlijks evenzogoed geruisloos voor
€ 246.000.000 vlees binnen. 41 x meer dan ze richting USA stuurt. De exportbalans naar de de USA ligt in bijna alle andere voedselproducten vele malen hoger dan andersom. Ondermeer 77 x meer boter en 452 x meer kaas.
Twintig jaar geleden lag de totale handelsbalans EU/USA nagenoeg gelijk. Na de dip in 2009 is het handelsoverschot momenteel met € 7.400.000.000 groter dan ooit! Dit is de kern van het ‘probleem’ dat de gelegenheidscoalitie beweegt. Dat moet behouden blijven. De enige reden van het verlangen om de resetknop in te drukken.
Naar Canada ligt een verdubbeling van de kaasexport door het CETA verdrag op de loer. Als ik ‘dairy man’ was zou ik een gat in de lucht springen ipv te jeremiëren: Cono straks na volop in Ontario ook in de rest van Canada. Weeklagen over zogenaamde oneerlijke concurrentie mag best. Maar zolang de veel bezongen ‘hoogwaardige EU standaarden’ voornamelijk op papier beleden worden, lijkt mij enige bescheidenheid gekoppeld aan veel zelfreflectie best op zijn plaats.
RIA; hier is de link op ouderwetse wijze, anders doet ie het niet blijkt inmiddels. http://cratefreefuture.com/pdf/Gestation Crate Elimination Policies.pdf
Bedankt voor de verwijzing, Guus!
@Jur Schuurman #2
De bewering "Voedselproducten worden in de Verenigde Staten en Canada tegen aanzienlijk lagere dierenwelzijns-, milieu-, arbeids- en voedselveiligheidsstandaarden geproduceerd." hebben we gedaan op basis van een uitgebreide studie met bronmateriaal.
Deze is genaamd TTIP en CETA een gevaar voor de hoogwaardige Europese en Nederlandse landbouw, veehouderij en voedselvoorziening.