Wil Seattle zichzelf kunnen voeden met stadslandbouw, dan moet de stadsgrens 93 kilometer uitbreiden. Dat blijkt uit nieuw onderzoek.
Omdat stadslandbouw in zwang is gekomen als voedselvoorziening van de toekomst, wilden onderzoekers hoeveel inwoners van een stad er daadwerkelijk van kunnen eten. Ze namen de Amerikaanse stad Seattle als voorbeeld.
Zou 50%, 80% of zelfs 100% van de inwoners lokaal gevoed kunnen worden, zoals bewuste stedelingen veelal blijken te denken? In de praktijk valt er weinig voedsel uit de stad te halen, ontdekten de onderzoekers. Als al het beschikbare groen ingezet wordt voor het telen van gewassen, levert dat genoeg op om 1 op de 25 inwoners van Seattle in leven te houden.
"Het is de eerste keer dat er op systematische wijze gekeken wordt naar alle verschillende gewassen die in een stad zou kunnen groeien, in combinatie met de voedingswaarden en hoeveelheden die mensen nodig hebben om te overleven", zegt senior auteur Monika Moskal.
Vegetarisch eetpatroon
Onderzoekers van de University of Washington gebruikten 3-D beeldmateriaal van Seattle om het landgebruik, de boomdichtheid en de hoeveelheid beschikbaar daglicht nauwkeurig in kaart te brengen. Daarmee kregen ze inzicht in hoeveel gewassen er zouden kunnen groeien. Die gegevens combineerden ze met de National Nutrient Database waarin de calorieën, macronutriënten en micronutriënten van voedingsmiddelen vermeld staan. Dat leverde inzicht op in hoeveel gewassen er geteeld zouden moeten worden om de stad te kunnen voeden. Ze gingen uit van een vegetarisch eetpatroon, omdat het telen van groenten, granen en noten nu eenmaal minder land in beslag neemt dan het fokken van vee.
Voor Seattle betekent dat, wil de stad 100% zelfvoorzienend zijn, de stadsgrens rondom ruim 93 kilometer zou moeten opschuiven. Om de stad zelfs alleen maar plantaardig te voeden, blijkt een hele regio nodig.
De stadsgrens van Seattle in het midden. De 4 witte lijnen eromheen laten het percentage zien waarmee Seattle gevoed kan worden als de huidige graas- en landbouwgronden geconverteerd worden naar intensieve landbouw. Bron: University of Washington
Ook voor andere steden toepasbaar
Volgens de onderzoekers kan het door hen ontwikkelde model ook toegepast worden door andere steden. Voorwaarde is wel dat er goede geospatiale data beschikbaar zijn over de hoeveelheid zonlicht en het bladerdek zodat planners rekening kunnen houden met welke gewassen er het beste zullen groeien. "Als een stad echt geïnteresseerd is in een duurzame voedselvoorziening, is dit een manier om te testen of het kan", zegt hoofdauteur Jeff Richardson. "Met het verfijnen van dit onderzoek hebben we echt alle voedingswaarde-aspecten meegenomen, zodat we zeker weten dat je dit voor iedere stad kunt doen op grond van een dieet dat voldoet en mensen in leven houdt."
Het onderzoek is verschenen in Urban Forestry & Urban Greening.
Fotocredits: 'Harborview Park, Seattle', Tiffany von Arnim
Dit artikel afdrukken
Zou 50%, 80% of zelfs 100% van de inwoners lokaal gevoed kunnen worden, zoals bewuste stedelingen veelal blijken te denken? In de praktijk valt er weinig voedsel uit de stad te halen, ontdekten de onderzoekers. Als al het beschikbare groen ingezet wordt voor het telen van gewassen, levert dat genoeg op om 1 op de 25 inwoners van Seattle in leven te houden.
"Het is de eerste keer dat er op systematische wijze gekeken wordt naar alle verschillende gewassen die in een stad zou kunnen groeien, in combinatie met de voedingswaarden en hoeveelheden die mensen nodig hebben om te overleven", zegt senior auteur Monika Moskal.
Vegetarisch eetpatroon
Onderzoekers van de University of Washington gebruikten 3-D beeldmateriaal van Seattle om het landgebruik, de boomdichtheid en de hoeveelheid beschikbaar daglicht nauwkeurig in kaart te brengen. Daarmee kregen ze inzicht in hoeveel gewassen er zouden kunnen groeien. Die gegevens combineerden ze met de National Nutrient Database waarin de calorieën, macronutriënten en micronutriënten van voedingsmiddelen vermeld staan. Dat leverde inzicht op in hoeveel gewassen er geteeld zouden moeten worden om de stad te kunnen voeden. Ze gingen uit van een vegetarisch eetpatroon, omdat het telen van groenten, granen en noten nu eenmaal minder land in beslag neemt dan het fokken van vee.
Om de stad zelfs alleen maar plantaardig te voeden, blijkt een hele regio nodigDe wetenschappers concludeerden dat als alle beschikbare achtertuinen in Seattle voor stadslandbouw ingezet zouden worden, dat genoeg voedsel op zou leveren om zo'n 6.000 mensen 100% te voeden. Dat is ongeveer 1% van de bevolking. Werd ook al het openbare groen voor standslandbouw ingezet, dan liep dat percentage op tot 4% van de bevolking. "Ik denk dat veel mensen groenten zien groeien in hun tuin en 's zomers een zelfgeteelde salade eten en dan geloven dat ze zichzelf kunnen voeden", aldus Moskal. "Ze beseffen niet dat dat vanuit calorieën-oogpunt niet het hele plaatje is." Een stad kan tonnen tomaten, sla en boerenkool opleveren, maar het wordt een ander verhaal als je de daadwerkelijk benodigde eiwitten, vetten en koolhydraten meerekent. Over het algemeen komen die niet uit de stad zelf maar worden ze van elders aangevoerd.
Voor Seattle betekent dat, wil de stad 100% zelfvoorzienend zijn, de stadsgrens rondom ruim 93 kilometer zou moeten opschuiven. Om de stad zelfs alleen maar plantaardig te voeden, blijkt een hele regio nodig.
De stadsgrens van Seattle in het midden. De 4 witte lijnen eromheen laten het percentage zien waarmee Seattle gevoed kan worden als de huidige graas- en landbouwgronden geconverteerd worden naar intensieve landbouw. Bron: University of Washington
Ook voor andere steden toepasbaar
Volgens de onderzoekers kan het door hen ontwikkelde model ook toegepast worden door andere steden. Voorwaarde is wel dat er goede geospatiale data beschikbaar zijn over de hoeveelheid zonlicht en het bladerdek zodat planners rekening kunnen houden met welke gewassen er het beste zullen groeien. "Als een stad echt geïnteresseerd is in een duurzame voedselvoorziening, is dit een manier om te testen of het kan", zegt hoofdauteur Jeff Richardson. "Met het verfijnen van dit onderzoek hebben we echt alle voedingswaarde-aspecten meegenomen, zodat we zeker weten dat je dit voor iedere stad kunt doen op grond van een dieet dat voldoet en mensen in leven houdt."
Het onderzoek is verschenen in Urban Forestry & Urban Greening.
Fotocredits: 'Harborview Park, Seattle', Tiffany von Arnim
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 2 oktober krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 2 oktober krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Ben wel benieuwd naar het ras van die kip Joep, want leghybriden lijken mij niet zo geschikt om iets met afval te doen, zelfs niet eens om al scharrelend aan de kost te komen. Ja, ook hierover moet goed nagedacht worden, en dat gebeurt uiteraard niet, het onderzoek en de gelden gaan naar de bioindustrie! (maar zou wel door Montpellier opgestart kunnen worden voor algemenere toepassing! bij voldoende druk en handtekeningen? )
En @Herman: mooi en nuttig kan best samen hoor, kijk maar eens naar al die schitterende Bauernhoefe in de Alpen, en de afrasteringen van spaanhout, dat was vroeger echt niet voor de mooiigheid, ging puur om nut, goedkoopte en efficiency. Bij ons ook de stolpboerderijen, en in jouw Limburg die mansions met binnenhofje. Waarom zou dat niet door een landelijke architect opnieuw kunnen (je kon het vroeger studeren in Wageningen, landschapsarchitectuur, nu nog?)
Dirk #24, dat eitje, gemaakt van keukenafval, wordt al in verschillende gemeentes in Frankrijk toegepast. Het gft storten de inwoners bij de gemeentelijke kippenren waar het door vrijwilligers wordt ontdaan van producten die ongeschikt zijn voor de kippen. De eieren gaan terug naar de inwoners.
Voorbeeld: Poulailler Communal à Belvézet
In een dorp(je) doet iedereen mee. In een stad lijkt mij zoiets moeilijk haalbaar.
En dan was er nog dat aardige belgische initiatief om leghennen uit te delen onder de burgers met keukenafval, het eitje zo van de legnesten naar de keuken, geen gesleep meer van voer, mest, eendagskuikens, gevulde kartonnen eierdozen, en minder afval, wat is daar eigenlijk van geworden? Je reinste stadslandbouw/veeteelt natuurlijk, en behapbaar(itt tot de melkkoe langs de weg of in achtertuin, of dat paard in de gang). Een aardig beginnetje!
Dat stadje Quedlinburg had ik niet voor niets genomen. In de eerste plaats omdat ik daar vier keer was komen kijken, maar ook omdat het mij een voorbeeldig stadslandbouwstadje leek zoals Folke Günther in zijn layout van duurzame (ik durf het woord amper nog te gebruiken), gespreide bevolkingsagglomeraties in zijn visioenen ziet.
Towns are doomed zijn noties vanuit een niet landbouw hoek, althans zeker niet in de eerste plaats, maar vanuit redelijke zekerheden over hun lot, namelijk de onmogelijkheid om energietransities tijdig te bewerkstelligen en serieuze klimaat sores nog te kunnen voorkomen. Men leze Charles Hall over energy! Of luister naar hem wat hij op computerfilmpjes daarover te vertellen heeft.
De laatste stadslandbouw die ik op tv zag was vorige week in een stad in Syrië, geboren vanuit de struggle for life. Dat argument deed ook de stadslandbouw opkomen in Quedlinburg e.a. vermoed ik, zeker in de DDR periode. Hier in ons land is het veel meer de onbeargumenteerde afschuw over de echte stadslandbouw (Westland) en ook over de gangbare landbouw. They hate it deeply!
Herman#20
Herman, keiharde grond ?
Er zit zeker twee weken verschil qua lente tussen Groningen en Zeeuws-Vlaanderen, en de hoogste temperaturen op dit moment ? Zeeuws-Vlaanderen.
Stadslandbouw ?
“Laat Nederland nu toevallig één stedelijke agglomeratie zijn.”, schreef je
Ik stipte reeds aan dat het Groene Hart een vorm van ‘stadslandbouw’ is.
Maar Nederland bestaat niet alleen uit Randstad.
Mensen op de lijn van ‘slow food’ en biologisch willen directer contact met boeren,
en denken dat stadslandbouw die mogelijkheid kan bieden.
De stad omarmt de landbouw…. Een nieuw evenwicht …?
Het aantal boeren dat gevarieerde groente en fruit teelt kun je op 1 hand tellen.
Hier in ZVL: Juun-, graan-, bieten- en bonen-boeren, & melk- c.q. mais- en grasboeren (veevoer) Daarnaast grote fruittelers en in de Kanaalzone zwaar gesubsidieerde tomaten- en paprika-teelt. De boerinnen kopen hun groente bij de Lidl en de Plus…
Er zijn wel een paar slimme boeren die een schuurwinkel hebben. En dat wordt lachen. Daar komen mensen die er gevarieerde groenten en fruit kopen, omdat het ‘biologisch en supervers van die boer komt’. Maar die slimme boer, die niets te verkopen heeft, vult zijn schuurwinkeltje vanuit.. de veiling en moet daardoor veel duurder zijn dan een de super. De realiteit is dat de meest boeren niets aan de burger te leveren hebben.
Dus wat verwacht je van stadslandbouw ?
1. Revival van kneuterboertjes die kleinschalig van alles gaan kweken ?
2. Een consortium van boeren met ieder eigen specialisaties ? (De WUR agroparken van het pamflet achter je link). En wat voor impact geeft dat op stadsdistributie, logistiek en financieel, of toch weer via de veiling ? Maar dan hoeven ze ook niet bij de stad te zitten. Dan liever vijvers en parken met fruitbomen.
Rondom ‘stadslandbouw’ hangt de zweem van alternatieve kleinschaligheid, en dat botst keihard met de moderne setting en logistiek van een moderne stad als Rotterdam en Amsterdam.
En, belangrijk..!
Wat wordt impact van een dergelijke agrarische ommezwaai op onze export, als Nederland als een proeftuin moet functioneren ?
Ik heb je link gevolgd, naar WUR ‘De Stad heeft honger’ gelezen. Het is geen studie, maar een pamflet. Met veel uitbundige lay-out en kreten. Vooral de kreet “De grootste inhaalslag die we kunnen maken is het schrappen van transport van dieren..”
Tja…wat moet ik daar mee ?
Bijlage:
In de 70er jaren behandelden we een stuk van Alexander Mitcherlich. Ik denk dat het uit ‘Op weg naar een vaderloze maatschappij’ kwam, en ging over de sociologie van de stad. Geheel naar de geest van die tijd moesten we ‘vrij’ werkstuk maken. Opstel, tekening of wat dan ook. De vrije geest waarde in het onderwijs rond.
Ik schreef een lang gedicht, me daarin afvragend of het stichten en het bestaan van steden een logische sociaal proces kent. Het is het eerste deel van het gedicht, en het gaat om de laatste zin van dit deel. Zoals we al vaststelde en ook in het WUR-pamflet vermeld staat, davert de ‘exode rural’ overal ter wereld door. Mega steden en krimpend platteland. Ik zou liever daar een ommezwaai zien..
de stad
alexander mitscherlich
beschreef de sociologie
van de stad
de stad was daar
en broeide reeds
omwald sinds
horden er
om wat voor reden dan ook
hun vuur maakten
hun drenkput sloegen
hun vrouwen lieten baren
op een plaats
waar vooral wegen kruisten
men boten teerde
vellen spande in harde wind
maar soms ook
anderen het Woord
of ter dood bracht
de stad is niet zuiver dus
eerder besmet
door de tijd
want om mensen te voegen
in zo'n orde
is pragmatisch fout
-