Welgestelde burgers met hogere opleidingen die klimaatverandering serieus nemen, blijven vaak vervuilend leven. Aan de andere kant blijken minder bedeelde Nederlanders, die wel wat anders aan hun hoofd hebben dan expliciete klimaatzorgen, juist duurzamer te leven. Dat blijkt uit onderzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) en de Protestantse Theologische Universiteit.
Het SCP-rapport Tussen duurzaam denken en duurzaam doen toont aan dat hoger opgeleide Nederlanders met meer financiële middelen hun levensstijl maar moeilijk aanpassen naar meer duurzame normen, terwijl ze wel vaker bezorgd zijn over het klimaat.

Mensen met een hoger inkomen hebben een levensstandaard die een grotere ecologische voetafdruk heeft. Zo schaffen ze meer spullen aan, reizen ze vaker met het vliegtuig of kopen ze sneller nieuwe kleding. "Duurzaam handelen is ingewikkeld. Wat ‘groen’ lijkt, zoals producten kopen met een duurzaam label, zet soms weinig zoden aan de dijk voor het klimaat. Wie met een forse ‘footprint’ begint, komt niet snel in de buurt van een CO2-vriendelijke, duurzame levensstijl," schrijft Trouw.

Daar staat tegenover dat mensen met minder inkomen vaak dichterbij hun werk wonen, minder reizen en consumeren, wat resulteert in een onbedoeld, en soms noodgedwongen, duurzamere levensstijl. Interessant is dat deze groep, ondanks hun duurzame gedrag, minder bezorgd lijkt over klimaatverandering. Personen met minder inkomen vinden dat er urgentere problemen zijn om aan te pakken, zoals de woningnood of geldgebrek.

Financiële motivatie als drijfveer voor verandering
In meer dan de helft (54%) van de scenario’s die het SCP aan respondenten voorlegde, waren Nederlanders niet bereid hun gedrag te veranderen. Als mensen al bereid zijn tot verandering, dan is dat voornamelijk als duurzaam gedrag goedkoper is dan niet-duurzaam gedrag.

Ondanks dat een grote meerderheid van 75% van de deelnemers aan het onderzoek de klimaatcrisis als een ernstig probleem ziet, voelt slechts de helft zich persoonlijk verantwoordelijk om actie te ondernemen. Naast hoger opgeleide Nederlanders (hbo- en wo-geschoolden) erkennen ouderen, vrouwen en mensen die in stedelijk gebied wonen de urgentie van klimaatverandering meer dan anderen.

Oplossingen volgens het SCP
Omdat de gevolgen voor de eigen portemonnee de belangrijkste prikkel is voor gedragsverandering, zou klimaatbeleid gericht op het financieel belasten van niet-duurzaam gedrag effectief kunnen zijn, denkt het SCP. Het nadeel hiervan is dat niet-duurzame keuzes een luxe worden die alleen rijke mensen zich kunnen veroorloven.

Verder stelt het SCP voor om klimaatdialogen te organiseren op laagdrempelige locaties zoals verenigingen en geloofsgemeenschappen. Dit kan helpen om een breed gedragen begrip en actie voor het klimaat te bevorderen. Ook de invoering van een rechtvaardig belastingstelsel - dat de grootste vervuilers meer laat betalen - kan bijdragen aan een eerlijker klimaatbeleid. De meeste Nederlanders vinden namelijk dat de kosten van klimaatbeleid niet eerlijk verdeeld worden tussen arme en rijke Nederlanders (61%) en tussen burgers en bedrijven (70%).