Ieder jaar raken commerciële vissers circa 2 procent van hun lijnen, netten en fuiken kwijt. Knoop je al die lijnen aan elkaar, dan kom je ermee naar de maan én terug. En leg je alle netten naast elkaar, dan gaan er in minder dan 65 jaar genoeg verloren om de hele aardbol te bedekken. En dat is nog niet eens het ergste, want uiteindelijk komt er vanaf het land ieder jaar nog meer plasticafval in zee terecht dan al dit verloren vistuig. Maar netten, fuiken, haken, korven en lijnen zijn bedoeld om (zee)dieren te vangen. En dat blijven ze doen, ook als de netten en lijnen niet meer opgehaald worden. Met als gevolg een onbekende aantal dode zeedieren en effecten op populatieniveau.
"Super confronterend" zegt co-auteur Denise Hardesty in The Guardian. "We ontdekten dat er jaarlijks 14 miljard vishaken, 25 miljoen fuiken en korven en bijna 740.000 kilometer vislijn door de commerciële visserij in de oceaan verdwijnt.” Dat is nog naast de 78.000 vierkante kilometer aan ringzegennetten en kieuwnetten en de 215 vierkante kilometer aan bodemtrawlnetten. “Als dit zo doorgaat, liggen er binnen 65 jaar genoeg netten op de zeebodem om de hele planeet te bedekken.

Onderzoekers van het Australische wetenschapsagentschap CSIRO en de universiteit van Tasmanië legden een vragenlijst voor aan 451 commerciële vissers in zeven landen (VS, Marokko, Indonesië, Belize, Peru, IJsland en Nieuw-Zeeland) om te vragen wat er aan vistuig verloren gaat. Ze koppelden deze interviews aan gegevens over de omvang van de commerciële visserij wereldwijd om verdere schattingen te maken. Het onderzoek, het eerste in zijn uitgebreidheid, is gepubliceerd in het tijdschrift Science Advances.

Kleinere vissersboten verliezen meer vistuig dan grotere schepen en bodemtrawlers meer dan midwatersleepnetvissers. Oorzaken van vistuigverlies zijn slecht weer of verstrikking van het vistuig in de uitrusting van concurrerende vissers, die op dezelfde visbestanden vissen. Een mogelijke (deel)oplossing is het aanbrengen van tags of labels aan het vistuig en vooral het aanbieden van gratis faciliteiten in havens om onbruikbare netten veilig weg te kunnen gooien of te recyclen.

Hardesty noemt twee categorieën slachtoffers van de 'spooknetten'. Enerzijds zijn dat de vogels, schildpadden, walvissen, haaien, dolfijnen en doejongs die in de netten verstrikt raken. Maar anderzijds ook de vissers. Elke meter verloren visnet- of -lijn is een kostenpost voor de visser. In vervangingskosten, maar ook in misgelopen vangst. En daarmee komt ook de mensheid als 'slachtoffer' in beeld. Want alle vis die wel gevangen maar niet binnengehaald wordt, is "eiwit dat mensen over de hele wereld niet voedt."