De uitstoot van broeikasgassen in Nederland was in het eerste kwartaal van 2023 4% lager dan in het eerste kwartaal van 2022. Dat komt vooral doordat de gebouwde omgeving (-12%) en de industrie (-8%) minder uitstootten. De hoge aardgasprijzen hebben net als in het voorgaande kwartaal tot minder aardgasverbruik geleid, meldt het CBS, dat de cijfers berekende conform de richtlijnen van de IPCC.
De landbouwsector heeft in het eerste kwartaal van 2023 3% minder uitgestoten dan in het eerste kwartaal van 2022. Die daling is relatief klein omdat de glastuinbouw in het eerste kwartaal van 2022 al minder aardgas verbruikte als gevolg van de toen al relatief hoge gasprijzen. De elektriciteitssector heeft ongeveer net zoveel broeikasgassen geproduceerd en uitgestoten als een jaar eerder.
In de sector mobiliteit (verkeer en vervoer) is een ander beeld te zien: rijdend Nederland stootte 10% meer uit dan in het eerste kwartaal van 2022. De uitstoot is door deze stijging weer bijna op het niveau van voor de coronapandemie.
Bij het berekenen van de totale uitstoot van broeikasgassen neemt het CBS ook de uitstoot door landgebruik mee. Dat doet het bureau omdat die uitstoot meetelt in de Nederlandse en Europese klimaatdoelen. Zo’n 2,5% van de broeikasgasuitstoot hangt samen met landgebruik. Denk daarbij aan uitstoot die hoort bij landgebruiksveranderingen, zoals het verdwijnen van groene gebieden als er huizen gebouwd worden.
Het CBS berekende ook de CO2-uitstoot van alle Nederlandse economische activiteiten volgens de nationale rekeningen. Die was 3,3% lager dan een jaar eerder.
Lees alles over reageren in de gespreksregels.