Zes jaar geleden schreven we in een serie van drie artikelen over de moeite die Herman Kemper - de man van de Kemperkip - moest doen om in het Gelderse Wehl (Achterhoek) een kippenhouderij met vrije uitloop te realiseren.
Kemper houdt biologische kippen en wil dertien kleine stallen bouwen voor in totaal zo'n 53.000 kippen; per stal zullen circa 4350 kippen worden gehuisvest.
Het is een modern kleinschalig project in een parkachtige omgeving. Zoals Wakker Dier, Caring Farmers en de Dierenbescherming het willen.
Maar toch was er weerstand.
Kippenslachter Esbro zit om de hoek en vond het maar niks. Zodra er vogelgriep uitbreekt, treedt een vervoersverbod in werking en gaat de slacht op slot. Esbro vond het risico van buitenkippen te groot, hoe leuk en aardig en maatschappelijk verantwoord het project van Kemper ook mag zijn.
De Raad van State stelde deze week Kemper in het gelijk tegen zijn buurman de slachter. Die vond het risico op de griep te hoog. Omwonenden waren bang voor fijnstof. De Raad van State vindt dat Kemperkip in Wehl wel moet kunnen omdat de risico's beperkt zijn; die zijn alleen verhoogd in waterrijk en pluimveedichtgebied. Wel moet er bij de bouw nog extra worden gelet op het beperken van fijnstofuitstoot.
Wanneer de nieuwe stallen gereed zijn, weet Kemper nog niet. Hij is met de aannemer in gesprek over de planning. De bouwkosten zullen zijn gestegen ten opzichte van een aantal jaren geleden en zijn daarom een punt van aandacht.
Lees alles over reageren in de gespreksregels.