Hoe lok je duizenden diersoorten naar je tuin? Dat moet je aan Jochem Kühnen vragen, trotse eigenaar van een wilde tuin achter een doodgewoon rijtjeshuis. Van tuinieren weet hij, naar eigen zeggen, niets. Hij kent alleen de wilde inheemse planten. Als hij in tuinen van andere mensen komt, kent hij de planten die zij uit het tuincentrum haalden niet.
Een grote tuin heb je niet nodig om duizenden diersoorten te lokken. Achter zijn rijtjeshuis begon hij met het planten van inheemse bijenplanten.
De tuin met vijvertje meet 9 bij 7 meter en is inmiddels een paradijs voor insecten, van azuurwaterjuffers tot de breedbandgroefbij. 11 paartjes gierzwaluwen nestelen dit jaar onder de dakgoot. Planten van het prachtklokje tot de grote wederik zijn er te vinden. De tuin wordt bezocht door wel 80 soorten wilde bijen. Het totale aantal soorten in de tuin is 2.150, weet Kühnen na tien jaar systematische observatie.
De interesse van Kühnen gaat ook uit naar de kleinere beestjes. Zo heeft hij tegen de honderd soorten bladluizen gedocumenteerd. Bladluizen hoef je ook niet te bestrijden, vindt hij. Ze hebben hun eigen plek in het ecosysteem
Is dat nou veel werk zo’n tuin? “Ik houd het pad vrij, dat is eigenlijk alles wat ik doe, ik span af en toe een touwtje.”
De bermen van de rondweg rondom Hellendoorn zijn ingezaaid met bloemen en worden al een paar jaar maar een enkele keer gemaaid. Het ziet er prachtig uit, zelfs als het uitgebloeid is. Zou ook zomaar kunnen zijn dat het ook veiliger is, de weg ziet er veel smaller uit dan wanneer de bermen kort gemaaid zijn.
"Dit artikel is exclusief voor abonnees", moet het dus uit hierboven halen.
"Is dat nou veel werk, zo'n tuin? Ik houd het pad vrij, dat is alles wat ik doe, ik span af en toe een touwtje".
'Minimaal werk, maximale biodiversiteit', wellicht gaat dat vaak zo, maar soms moet je toch ook wel ingrijpen, bijvoorbeeld als het monotoon gras, brandnetels en of braam gaat worden. De natuur heeft zo zijn eigen wegen, en is an sich niet met biodiversiteit bezig, zo is mijn waarneming.
Maar het idee lijkt wel te kunnen. Wat die bramen betreft: bij ons enorme bosschages, veel schuilgelegenheid en vogelnestjes, ik heb nooit de beestjes geteld, maar je moet wel opletten dat je niet alleen braam hebt. Het geluid van de bosmaaier is deze tijden nooit ver weg, maar eigenlijk mag dat pas na half augustus bij en in hagen en dergelijke....vanwege die beestjes en nestjes.
De bermen worden hier fasegewijs gemaaid....dus werk...dat laat daardoor juist veel bloemen en beestjes zien....ook leuk voor de toeristen. Soms is het wel slikken als de orchideetjes plat gaan.
Help de schrijver de juiste toon te vinden waarop je naar hem of haar wilt luisteren.
Klik op de naam van de schrijver en gebruik het "Stuur een mail" veld op zijn of haar profiel om je bericht te versturen.
Lees alles over reageren in de gespreksregels.