Sinds de uitbraak van de oorlog in Oekraïne zijn huismerken procentueel gezien meer in prijs gestegen dan A-merkartikelen. Afgelopen september waren huismerkproducten 13% duurder dan een jaar eerder. In hetzelfde jaar stegen A-merken 11% in prijs.
Dat blijkt uit een analyse van databedrijf Hiiper. Toch kun je als consument die wil besparen op de boodschappen maar beter huismerken blijven kopen.
Retailexpert Paul Moers legt op BNR uit dat de extra prijsstijging van huismerkproducten te maken heeft met de onder druk staande marges van supermarkten. Een simpel sommetje: als een supermarkt op een A-merk van €2 euro 10% marge maakt, is dat 20 cent. Op het huismerk dat €1 kost, is de marge wellicht 15%. Maar als meer consumenten meer huismerken kopen, schiet de supermarkt daar bij iedere aankoop keihard 5 cent bij in. Dus zijn de supermarkten gedwongen de huismerkprijzen te verhogen, aldus Moers.
Volgens Moers gaat op dit moment de marge voor de supermarkten 'ongelooflijk omlaag'. Waar het prijsverschil tussen huismerken en A-merken traditioneel tussen de 25% en 35% lag, is dat inmiddels opgelopen tot wel 50% door de toegenomen concurrentie en prijsstijgingen (energie, lonen, inkoopprijzen). De winnaar van deze prijzenslag? De consument. Want hoewel die het afgelopen kwartaal 8% meer kwijt was aan de boodschappen dan een jaar geleden, is het "natuurlijk geweldig dat je huismerken kunt kopen tegen deze prijzen," besluit Moers.
Wat tomaten, een beetje gehakt en pasta en dan twintig piek. Leven wordt zo best duur. En de rest lag gelukkig al in de koelkast. Inflatie? pic.twitter.com/yFkRjpRNNx
— Arno Wellens (@ArnoWellens) November 12, 2023
Lees alles over reageren in de gespreksregels.