EU-topman Jean-Claude Juncker blijkt dat te snappen.
Jan Braakman van Boerderij wijst vandaag op een schijnbaar politiek-technisch bericht. De Europese Commissie (EC) heeft er genoeg van om steeds over heikele zaken als landbouwgif en het gebruik van genetisch gemodificeerde organismen te moeten beslissen.
Juncker komt volgende week met voorstellen om de besluitvorming rond die dossiers zo te veranderen, dat de lidstaten duidelijk moeten maken wat zij willen. De toelating van gewasbeschermingsmiddelen en genetisch gemodificeerde gewassen loopt op dit moment via het vaste Comité voor Planten, Dieren, Voeding en Veevoer (het zogeheten Scopaff: standing committee on plants, animals, food and feed). Het comité bestaat uit ambtelijke vertegenwoordigers van de 28 lidstaten. Als ze er niet uitkomen, moeten ze stemmen. In controversiële gevallen doen ze dat doorgaans zo dat de stemmen staken. Volgens de bestaande regels moet dan de Commissie besluiten. Die doet dat op basis van een wetenschappelijk oordeel, waar dus geen consensus over bestaat onder de lidstaten. Onder het publiek bestaat die consensus nog minder. De Europese Commissie bevindt zich dan ook in een onmogelijke positie: ze moet altijd een besluit nemen dat onpopulair is. De EC neemt haar besluiten op basis van wetenschappelijke oordelen van de hoogst geplaatste instituten die we daar in Europa voor hebben. Andere instituten hebben daar soms weer een ander oordeel over, zoals bijvoorbeeld in het geval van het herbicide glyfosaat.
Het is een bijzondere zaak en niet zomaar een nieuwsberichtje. Onlangs zeiden de presidente en vice-president van de Nederlandse Koninklijke Nederlandse Academie voor Wetenschappen (KNAW) dat het publiek naar wetenschappelijke feiten moet luisteren. Als deskundige ambtenaren van lidstaten dat al niet kunnen, dan maakt de KNAW een denkfout. Hoe je met feiten omgaat, is een keuze die de feiten niet voor ons kunnen maken. Juncker ziet dat scherp. Als wetenschap niet tot één oordeel leidt en deskundigen niet kunnen beslissen over wat feiten betekenen, blijkt wetenschap een kwestie van kiezen. Die realiteit wordt door Juncker op waarde geschat. Het juiste oordeel over wat wetenschap betekent, vergt het nemen van een wijs besluit na goed overleg. Anders kom je er nooit uit. Om die reden sleept onder meer het glyfosaat-dossier al jaren voort.
Dit artikel afdrukken
Juncker komt volgende week met voorstellen om de besluitvorming rond die dossiers zo te veranderen, dat de lidstaten duidelijk moeten maken wat zij willen. De toelating van gewasbeschermingsmiddelen en genetisch gemodificeerde gewassen loopt op dit moment via het vaste Comité voor Planten, Dieren, Voeding en Veevoer (het zogeheten Scopaff: standing committee on plants, animals, food and feed). Het comité bestaat uit ambtelijke vertegenwoordigers van de 28 lidstaten. Als ze er niet uitkomen, moeten ze stemmen. In controversiële gevallen doen ze dat doorgaans zo dat de stemmen staken. Volgens de bestaande regels moet dan de Commissie besluiten. Die doet dat op basis van een wetenschappelijk oordeel, waar dus geen consensus over bestaat onder de lidstaten. Onder het publiek bestaat die consensus nog minder. De Europese Commissie bevindt zich dan ook in een onmogelijke positie: ze moet altijd een besluit nemen dat onpopulair is. De EC neemt haar besluiten op basis van wetenschappelijke oordelen van de hoogst geplaatste instituten die we daar in Europa voor hebben. Andere instituten hebben daar soms weer een ander oordeel over, zoals bijvoorbeeld in het geval van het herbicide glyfosaat.
Als wetenschap niet tot één oordeel leidt en deskundigen niet kunnen beslissen over wat feiten betekenen, blijkt wetenschap een kwestie van kiezenVolgens Politico.eu wil Juncker daar een einde aan maken. De lidstaten moeten kiezen wat zij willen en niet de EC met een per definitie verloren Salomonsoordeel opzadelen.
Het is een bijzondere zaak en niet zomaar een nieuwsberichtje. Onlangs zeiden de presidente en vice-president van de Nederlandse Koninklijke Nederlandse Academie voor Wetenschappen (KNAW) dat het publiek naar wetenschappelijke feiten moet luisteren. Als deskundige ambtenaren van lidstaten dat al niet kunnen, dan maakt de KNAW een denkfout. Hoe je met feiten omgaat, is een keuze die de feiten niet voor ons kunnen maken. Juncker ziet dat scherp. Als wetenschap niet tot één oordeel leidt en deskundigen niet kunnen beslissen over wat feiten betekenen, blijkt wetenschap een kwestie van kiezen. Die realiteit wordt door Juncker op waarde geschat. Het juiste oordeel over wat wetenschap betekent, vergt het nemen van een wijs besluit na goed overleg. Anders kom je er nooit uit. Om die reden sleept onder meer het glyfosaat-dossier al jaren voort.
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
"Als wetenschap niet tot één oordeel leidt en deskundigen niet kunnen beslissen over wat feiten betekenen, blijkt wetenschap een kwestie van kiezen."
Hier ben ik het niet mee eens, de conclusie moet m.i. luiden dat in bepaalde gevallen het wetenschappelijk proces (nog) niet tot een (zinvolle) conclusie leidt. Daar stopt het, of wordt er verder gezocht. Als er desondanks toch nu een keuze moet worden gemaakt, is dat iets dat buiten het wetenschappelijk kader valt. Net als politiek, ethiek, religie, en dergelijke zaken buiten dat kader vallen.
Het maken van de gevraagde keuzes is niet iets dat door de achterdeur het wetenschappelijk spectrum binnengeschoven moet worden, dat leidt tot devaluatie van het wetenschappelijk proces. Het moet simpelweg erkend worden dat de wetenschappelijke procedure niet op alle vragen (en op commando, zou ik bijna zeggen) antwoorden kan opleveren. Er dient daarmee ook erkend te worden dat er andere methoden van oordeel- en besluitvorming nodig zijn. Accepteer dat en faciliteer dergelijke andere methoden vervolgens.
Dennis, kiezen heeft vele mogelijke opties, waaronder óók deze: onbeslisbaarheid, risico-aanvaarding, toepassen van het voorzorgsprincipe, herformulering van de vraagstelling en mogelijk nog verdere dan ik nu noem om je gerust te stellen.
Waar het omgaat, is dit: voor die keuzen is wetenschap niet verantwoordelijk. Mensen moeten een besluit nemen welke betekenis ze aan feiten toekennen. In het geval van glyfosaat besloot het Franse Haut Conseil des biotechnologies tot onbeslisbaarheid. Dat riekt naar een politiek besluit dat politiek genomen had moeten worden. Nu blijft het nl. onderdeel van een voortdurend terugkerende controverse.
Wél hadden de wetenschappers kunnen zeggen, als je zus denkt, dan kun je zo beslissen, maar als je zo denkt dan zou je zo moeten beslissen. Het schetsen van de mogelijke richtingen op basis van mogelijke uitgangspunten komt hen toe. Het besluit niet.
Wat dit standpunt verder impliceert is dit: wetenschappers móeten adviseren op basis van uitgangspunten die zij van beslissers moeten vernemen.
Dick, volgens mij zeggen we dan hetzelfde. De zin die ik citeerde lijkt echter iets anders te suggereren, want het lijkt die keuze binnen het kader van het wetenschappelijk proces te willen leggen.
Dennis, dat denk ik ook. Mogelijk wekt de zin verwarring, maar ik waag vooralsnog dat te betwijfelen. Denk aan de glyfosaatcase. Die sleept inmiddels al jaren. Er moet echt een besluit worden genomen: blijft het middel toegelaten en onder voor welke voorwaarden? Opschorten van een oordeel over die vraag kan niet omdat duidelijkheid nodig is: de inzet is te hoog, onze technologische samenleving dwingt daartoe. Alleen al omdat er geen wetenschappelijke consensus is, is het oordeel dan ook noodzakelijk politiek. Dat mag niet alleen duidelijk zijn, maar moet duidelijk zijn.
Maar er is meer. Ik ben van mening dat een wetenschappelijke consensus nog niet hoeft te betekenen dat iets politiek irrelevant wordt. Een voorbeeld. Ik persoonlijk zou bijv. niet weten wat er tegen het inbrengen van een gerstgen in een appel kan zijn zodat die zonder bestrijdingsmiddelen geteeld kan worden. Toch zijn er mensen die er wel tegen zijn omdat ze zich realiseren dat diezelfde technieken op termijn op alle leven, inclusief het onze zullen worden toegepast. Ze realiseren zich dat we daarmee onze natuurlijkheid ter discussie stellen en dat de techniek god zal gaan spelen (techniek is immers driving). Dat willen ze niet. Over dat niet-willen kan wetenschap niet beslissen. Het is een kwestie van willen of niet willen. Het is dan ook par excellence een politiek besluit.
Dat wordt veel te weinig erkend en is mogelijk zelfs de oorzaak van de glyfosaat-impasse.
Alternative facts is dus een ding van zowel links als rechts ook m.b.t. glyfosaat. Zowel van de 'gifspuitende' boeren als van de 'milieufundamentalisten'.