Naar aanleiding van een opmerking hier stuurde hij foodlog.nl de originele brief die hij naar de NRC stuurde en die daarin afgelopen weekend werd afgedrukt. Ook stuurde hij ons de uitgebreidere tekst die vandaag in het Agrarisch Dagblad wordt afgedrukt. U vindt die tekst hieronder.
"Cruciaal is de zin over concurreren op voedselveiligheid ipv prijs. Laat de NRC nu net die zin er uit hebben gehaald", schreef Van der Weijden ons.
Ik schreef in het lijntje over Bleker's antibioticabeleid hier dat de consument uitgaat van voedselveiligheid. Daar is helemaal geen meerwaarde van te maken. Consumenten eisen het eenvoudigweg omdat ze daar vanuit moeten kunnen gaan.
Is er toch ruimte voor 'antibiotica-vrij vlees' en is - zoals Van der Weijden stelt - de super zo stom om er geen concurrentie-factor van te maken?
Ik blijf voorlopig bij mijn mening: de norm moet veranderen. Het is geen concurrentiebevorderende factor, zoals de keuze tussen chocolade die je met of zonder nootjes kunt kopen. Niemand kiest tussen voedselveilig en voedselonveilig vlees. Marketeers noemen dat een 'dissatisfier', een factor waar je domweg aan moet voldoen en waar je niet op kunt concurreren. Auto's met kapotte remmen verkoop je niet. Alles moet het doen zoals het hoort. Met vlees is het net zo, je verkoopt het of je verkoopt het niet.
En als we het uit deze affaire iets willen slepen en er onze dierhouderij beter door willen laten worden dan elders, dan kunnen we eisen stellen aan het niet-EU product dat de EU binnenkomt. Dat doen we ook met Chinese auto's. Als ze niet door botstests komen, komen ze hier de markt niet op.
Heldere voorstellen daartoe werden vorig geformuleerd door Geu Siebenga, een vooraanstaand agri-bankier, met wie ik daarover een interview deed.
OOK SUPERMARKTEN MOETEN ANTIBIOTICA AANPAKKEN
Het gebruik van antibiotica in de veehouderij bedreigt de voedselveiligheid. Daarom moeten ook de supermarkten in actie komen.
DOOR WOUTER VAN DER WEIJDEN
In kippen- en varkensvlees en zelfs in groenten worden de laatste jaren steeds meer bacteriën aangetroffen die resistent zijn tegen antibiotica. Het gaat vooral om Staphylococcen (MRSA), Campylobacter en zogenaamde ESBL bacteriën.
De bacteriën zijn deels afkomstig van patiënten die in buitenlandse ziekenhuizen hebben gelegen, deels uit de Nederlandse veehouderij, waar het gebruik van antibiotica de laatste tien jaar sterk is toegenomen. Dat probleem wordt inmiddels erkend door de overheid, de vee- en vleessector en de KNMvD.
Het vorige kabinet heeft een doel gesteld van 50% reductie in 2013. Staatssecretaris Bleker dreigt dat hij - als de doelstelling niet wordt gehaald - de verkoop van antibiotica zal weghalen bij de dierenartsen. Dat dreigement kan helpen, maar de diergeneesmiddelensector heeft al bezwaar gemaakt. Daar is men kennelijk zelf resistent geworden; tegen maatschappelijke kritiek. Experts betwijfelen of de 50% reductie zal worden gehaald. En dan te bedenken dat 50% lang niet genoeg is om het probleem op te lossen.
Als overheid en sector te weinig doen, wordt het tijd dat de supermarkten in actie komen. Zij zijn wettelijk verantwoordelijk voor de veiligheid van de levensmiddelen in hun schappen. De laatste jaren hebben zij met kiloknallers geconcurreerd op prijs. Dat is kortzichtig. Ze kunnen beter gaan concurreren op voedselveiligheid. Komen supermarkten niet in beweging, dan ligt er een taak voor de Consumentenbond of TROS Radar. Zij kunnen supermarkten eenvoudig onder druk zetten: neem steekproeven van kippen- en varkensvlees en groenten, laat ze op resistente bacteriën onderzoeken en maak openbaar welke supermarkten slecht en welke goed scoren. Dat zou de hele voedselketen activeren om in hoog tempo orde op zaken te stellen. De goeden hoeven dan niet meer te lijden onder de kwaden.
Milieuorganisaties hebben met zulke naming and shaming resultaat geboekt toen het ging om residuen van bestrijdingsmiddelen in groenten en fruit. Mede daardoor zijn Nederlandse groenten en fruit enkele jaren geleden zelfs aanbevolen door Greenpeace Duitsland. Het zou aardig zijn als Nederlands vlees over een paar jaar wordt aanbevolen door Duitse consumentenorganisaties.
Wouter van der Weijden
Stichting Centrum voor Landbouw en Milieu
bron: agd.nl
Een goede marktwerking [zou] moeten zorgen [...] voor een keuze aan producten die voldoen aan de normen die we stellen op het gebied van milieu, dierwelzijn en een faire beloning voor arbeid en risico. En dat tegen de best mogelijke kostprijzen. Producten die niet aan die te stellen eisen voldoen zouden moeten worden belast. Die belasting zou moeten worden gebruikt om ‘short cuts’ te ondervangen. Die willen we immers niet, want we vinden ze ‘onduurzaam’. Dan moeten we daar ook consequenties aan verbinden.“
Daar ligt een overheidstaak. In het gewriemel tussen afzonderlijke partijen loopt dit soort dossiers muurvast. De enige die lef moet tonen is de overheid, want het gaat om algemeen verbindende normen die voor een goede marktwerking moeten zorgen.
De Haagse moet naar Brussel. In plaats daarvan gaat de staats onder de Nederlandse kaasstolp praten met de media en drie hoogleraren. Als de supers dan toch wat moeten zouden ze samen met de intensieve dierhouderij en de slagers naar Den Haag kunnen gaan om hem in Brussel aan het werk te zetten. Da's een zinvol voorstel en daar zou wat druk bij kunnen helpen.
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
"En dat tegen de best mogelijke kostprijzen" zegt de heer Siebenga. En juist dat is nu het echte probleem, die kostprijzen staan vooral in de agrobusiness al jaren steeds onder druk. "you drive prices down beyond the production costs of a middle-class, educated civilization. You then develop a false moral argument which argues that the consumer's principal right is to buy cheaper goods. And you argue that they are cheap because of competition from cheap labour - which is in reality only a secondary factor. They are cheap principally because of the surplus." John Ralston Saul. En in dat systeem vervuld die antibiotica haar rol, het is er net boven of er net onder. Veel keus is er niet. Economisch leven of de dood. En of de supers daar veel in de melk te brokkelen hebben waag ik te betwijfelen, want productiebeheersingssystemen met een fatsoenlijke kostprijs worden door het systeem niet geduld. Zie de boete die de garnalenvissers door Kalbfleisch (what's in a name) van het NMA is opgelegd.
Op dit moment wordt er door varkensboeren gesproken over productiebeperking. Dat is een goed idee, maar gaat niet werken zolang Nederlands (lees: Europees) vlees gelijk is aan buitenlands (lees: non-Europees).
Ze denken aan het zgn. Canadese systeem, dat alleen voor de eigen markt produceert. Ook daarin komt kostprijs-concurrentie voor. Heel scherpe zelfs. En ook daarbinnen is een trend naar schaalvergroting. Best ernstige zelfs.
Maar 1 ding hebben ze wel voor elkaar: het speelveld is gelijk. De rest is een kwestie van onderscheid creeren daarbinnen.
Wat in bovenstaande tekst door elkaar wordt gehaald zijn basisnormen en onderscheidend voordeel.
Jan Peter van Doorn doet in het voorgaande draadje over Bleker een voorstel om te testen of van de norm onderscheidend voordeel valt te maken als consumenten ontdekken dat ze niet krijgen wat ze denken te krijgen.
Mijn grasmaaier is opgesierd met een sticker met 18 pictogrammen (foto als bewijs beschikbaar), die me waarschuwen voor alle denkbeeldige gevaren of me dwingend adviseren bepaalde dingen te doen of te laten. In de auto moet ik een gordel om, op brommer of motor moet ik een helm op. In Yorkshire zag ik ooit een bord met de mededeling: PONDS CAN BE DANGEROUS!
Maar als het om een gevaar gaat dat de volksgezondheid in dit land op ongekende wijze kan ontwrichten, schiet men collectief in een polderreflex. Dan wordt volop vertrouwen gesteld in het heilzame zelfreinigende effect van de vrije markt en riekt beleid al meteen naar vergaande betutteling.
De Nederlandse burger/kiezer/medelander, zo blijkt uit internationaal onderzoek, stelt een bovengemiddeld vertrouwen in de overheid. Hij is gewend aan het feit dat er boetes worden uitgedeeld bij onveilig gedrag, zoals te hard rijden op volle of lege wegen, rijden zonder gordel en ga zo maar door.
Dus als de overheid de verkoop van vlees met ESBL en MRSA toestaat, dan gaat de gemiddelde consument er voetstoots van uit dat het wel niet zo'n vaart zal lopen.
Een gelijk speelveld zou m.i. ook moeten betekenen dat alle handelswaar aan gelijke veiligheidsnormen moet voldoen. Zoals we onveilige Chinese auto's van de wegen weren, dient vlees met ESBL, MRSA, synthetische hormoonrediduën etc. uit de schappen te worden geweerd.
Alexander, dat laatste is precies waar het Siebenga om gaat. Je kunt zo een nieuw, op normen gebaseerd en dus niet-nationalistisch 'Canada' bouwen. Misschien is het wel wat we zo graag willen in ons domineesland dat voorop wil lopen in 'duurzaam' en dat op z'n minst in Europa, zoniet in de wereld een gidsland wil zijn.
Gisteren werd ik gebeld door een vooraanstaand duurzaamheidsdenker in Nederland. Iemand die je over de feiten niets hoeft te vertellen. Hij wilde weten hoe ik dacht over de scheiding tussen duurzaamheid en de ethische aspecten van duurzaamheid. Andere vooraanstaande en bepalende mensen in Nederland dachten die 2 nl. los van elkaar. Ik antwoordde dat duurzaamheid een keuze-vraagstuk en dus van ethiek is. Niet meer en niet minder. Ze liggen voor de neus van de politiek en van boeren maar beiden lijken het niet te zien.
Kleine maar belangrijke correctie: ik heb niet geschreven dat de supermarkten de schuld zijn van resistente bacteriën, maar dat zij verantwoordelijk zijn voor veilig vlees.
Dat maakt nogal wat uit. Een autohandelaar die onveilige auto's levert kan zich niet verschuilen achter een leverancier die een onveilig onderdeel heeft geleverd. Hij moet gewoon zorgen dat de auto's veilig worden en daar moet hij zijn leverancier op aanspreken. Evenzo moeten supermarkten van hun vleesleveranciers eisen dat ze vlees leveren dat vrij is van resistente bacteriën.