Wat zou het nut van smaaklessen moeten zijn?
Een criticaster vond dat ik me er niet tegenaan moest bemoeien, want volgens hem was ik erg slecht geïnformeerd, wat mij een domme stuurvrouw maakte die het vanaf de wal beter wist. Wel, ik dacht er helemaal niet over om de smaaklessen te besturen, maar het slecht-geïnformeerd zijn klopte wel zo'n beetje. Maar disqualificeert me dat? Ik giste alleen naar de bedoelingen...
Daar kun je een multiple-choice proefwerkje van maken. Laten we het maar eens proberen: welk doel beogen smaaklessen? A. Zijn ze om kinderen 'bewust' te maken van wat ze in hun lichaam stoppen? (Maar dat staat al heel redelijk in alle biologie-boeken.)
B. Zijn ze om hun eetpatroon te verbeteren? (Maar dan kun je ze beter een warme maaltijd geven tussen de middag, zoals de Franse overheid doet.)
C. Zijn ze om de verkoop van snacks op school te stuiteren? (Maar in het verbeteren van het schoolkantine-assortiment doet het Voedingscentrum al jaren achtereen vruchteloos bekeringswerk).
D. Zijn ze voor het kweken van Slow Food-kindertjes (zie de komische noot als reactie op Smaaklessen 2), die niet bij hun vriendjes willen eten omdat daar met Croma wordt gebraden? (Maar wat gaat de overheid het status-eten aan?)
E. Zijn ze er om aan kinderen die nog slechts drie groenten kennen - tomaat, komkommer en 'Italiaanse roerbakmix' - te laten zien hoe een boerenkool eruitziet? (Maar daar zijn de schooltuintjes al zo’n voortreffelijke uitvinding voor - de school heeft er budget voor, zoals een van de reacties luidde op mijn stukje 2. Het daar ook geopperde idee om kinderen zelf ' Italiaanse wokgroenten' te laten samenstellen én uit te proberen, heeft geheel mijn hart.... Alleen: dat gaat op scholen niet lukken. Want één van de knelpunten die 'een landelijke uitrol' (zoals het in overheidsbargoens heet) van de 'Smaaklessen' (het blijkt een gedeponeerd handelsmerk te zijn, dus er moet zo'n erretje bij dat niet op mijn toetsenbord zit) tegenwerken, blijkt te zijn dat het vak verzorging uit de basisvorming is geschrapt en er geen kookapparatuur in de leslokalen mag worden opgesteld.’
Dit citaat komt uit een verslag van een proefproject Smaaklessen, door InnovatieNetwerk in 2004 gehouden in samenwerking met Pierre Wind op een paar Rotterdamse vmbo-scholen. Want inmiddels heb ik me beter geïnformeerd.
Daar heb ik intussen erge spijt van ...
Het verslag bevestigt dat zulke mooie plannetjes al gauw echt een paar slordige miljoenen kosten. (Uit hetzelfde verslag is de berekening dat ‘brede implementatie’ - ook weer zulke akelige Haagse nieuwspraak - van het Rotterdamse project alleen voor Rotterdam al 1.3 miljoen euro zou kosten.) Daar moet ik niet over in zitten, mooie plannen ten uitvoer brengen kost nou eenmaal wat.
Erger is het feit dat inmiddels (zie www.smaaklessen.kennisnet.nl) zijn er griezelig veel partijen (“stakeholders”) bij betrokken. Het ziet eruit als een monsterverbond van:
1. het ministerie van LNV
2. de Universiteit van Wageningen
3. het Voedingscentrum
4. Hogere Agrarische Scholen
5. Koksverenigingen
6. de Gelderse Sportfederatie
Naar ik hoor ontbreekt in dit rijtje het ministerie van VWS, dat er alleen officieel nog niet bij staat.
Pierre Wind figureert namens zichzelf, hij is inderdaad niet de uitvinder, maar blijkt geïnspireerd te zijn geraakt door de ‘Dag van de Smaak’, die door Euro-Toques voorzitter Bernard Fournier in de jaren negentig is bedacht. Wat Fournier ermee voor ogen stond is ‘dat aangesloten koks van Euro-Toques hun visie op koken aan de jeugd zouden overbrengen, omdat smaakbeleving van natuurzuivere gerechten voor hen van essentieel belang zou kunnen zijn.’
In die fijne jaren negentig ging het dus nog over ‘natuurzuiverheid’, daar merk je op de smaaklessen-site helemaal niks meer van ...
‘Het beleven van voedsel staat centraal’, geeft het consortium als beginselverklaring op. ‘Kinderen worden zich bewust van hun eigen smaak’, oppert pagina 2, waarna in vrolijke grote letters het logo volgt: FOOD=FUN, en de verwachting wordt geuit dat ‘kinderen niet alleen nieuwe smaken en producten zullen ontdekken, maar leren ook meer over voedsel en allerlei onderwerpen die daarmee samenhangen, zoals samenstelling, productie, bereidingswijze en herkomst.’ De bedoeling van het al is ‘leerlingen een positief gevoel te geven bij voedsel. Vanuit dat gevoel wordt het interessant nieuwe producten en smaken te ontdekken. Een kind dat positief staat tegenover eten, wil er ook meer van weten!’ Smaaklessen hoopt dat kinderen zo, vanuit hun eigen interesse en nieuwsgierigheid, leren bewuste en gezonde voedselkeuzes te maken, want, schrijft Jeltje Snel, specialist voeding, jongeren en onderwijs van het Voedingcentrum, “Smaak is een heel goede ingang om leerlingen enthousiast te maken voor voeding.’’
Dus met mijn multiple-choice zat ik er helemaal naast. De Smaaklessen staan voor: “enthousiast maken, fun en beleving.” De fun houdt overigens in hoofdstukje 3 al meteen weer op. Na de “zinnenprikkelende en speelse” lessen volgt toch stiekem een examen over de Schijf van Vijf, want daar wordt bars bevolen dat de leerlingen antwoord kunnen geven op vragen als ‘‘Wat zijn onze basisbehoeften en wat behoort tot de extraatjes?”
Onno Kleyn is verstandiger dan ik, en zag al meteen dat de hele onderneming - inmiddels “geïmplementeerd” door de stakeholder met het hoogste woord, het Voedingscentrum - heilloos is. Maar als - is dat nou echt “utopisch” Onno? - het ministerie LNV nou met die smaaklessen niks had geïmplementeerd en landelijk ontrold, en van die smaaklessen helemaal zelf, zonder hulp van “stakeholders” die allemaal iets anders in hun agenda hebben staan of de glorie van Unilever uitbazuinen, er helemaal zélf iets moois en simpels van ging maken dat direct verband houdt met de ‘Voedselkwaliteit’ die ze in hun naam hebben gezet? En misschien ook met ‘Landbouwkwaliteit’, waarvoor bij mijn weten behoefte bestaat om aan de burgerbevolking uit te leggen wie bezig is wat aan te richten?*
In smaaklessen zou, hoopte ik, namelijk kennis daarover kunnen worden overgebracht, over wat dat is, ‘VOEDSELKWALITEIT’.
Voorlopig blijven de smaaklessen naar mijn smaak nog heel ver uit de buurt van de materie die Gerard van Westerloo schitterend aanvatte in zijn portret van de kip die drie-voor-een-tientje mag/kan kosten (M Magazine, NRC Handelsblad, 2/3 december 2006), of van de vraag die Cees Veerman deze week aan de Partij voor de Dieren voorlegde: of zij wellicht dachten dat de bio-industrie door de boeren is uitgevonden, en dat het publiek daar geen schuld aan had?
Mijn motto, voor die smaaklessen, zou niet FOOD = FUN zijn, maar zoiets als “Voedsel is een Hoop Ellende”. Dat is dus een heel vervelende boodschap om te brengen, maar met het “beleven” komt het dan wel helemaal goed...
De Britse voedselsocioloog Tim Lang, schrijver van Food Wars en activist inzake de voedselkilometers, liet zich in een interview ontvallen:
‘Scholen moeten kinderen leren waar het voedsel vandaan komt. Laat mensen weer zien hoe voedsel geteeld wordt. Veel kinderen kunnen niet koken. Dan kun je toch niet zeggen dat ze goed opgeleid zijn?’
(wordt vervolgd met een vierde deel)
----------------
* Uit het advies ten behoeve van het verkiezingsprogramma van de Socialistische Partij “Landbouw, natuur en platteland” door Joop de Koeijer, Niek Koning, Jan Douwe van der Ploeg en Eric Smaling:
“Een eerste belangrijk punt betreft het onderwijs. Kinderen denken dat melk uit een pak komt, waar hun vuilniszak heengaat weten ze niet en landbouw is “vies en vervuilend”. Bij een dergelijke beroerde basis kweek je een generatie die los staat van natuur, van het landschap en van een mooie sector. Kinderen moeten al vroeg leren denken in termen van kringlopen en ketens. Ze moeten weten hoe het water uit de kraan komt en waar het naar toe gaat als het door het putje is, ze moeten weten waar hun drol blijft en ook waarom wij een mestoverschot hebben. Kinderen moeten ook het nodige leren over onze cultuurlandschappen. Die hebben evenveel waarde en dienen net zo sterk te worden gewaardeerd als natuurlijke landschappen. De waarde en de esthetische aspecten zoals de verscheidenheid van boerderijvormen en typische landschapskenmerken. Er moet weer respect komen voor het boerenvak door er meer over op te nemen in schoolcurricula. Dit is ook van belang voor allochtone leerlingen die anders in het geheel niet in aanraking komen met het landelijk gebied.”
Dit artikel afdrukken
Een criticaster vond dat ik me er niet tegenaan moest bemoeien, want volgens hem was ik erg slecht geïnformeerd, wat mij een domme stuurvrouw maakte die het vanaf de wal beter wist. Wel, ik dacht er helemaal niet over om de smaaklessen te besturen, maar het slecht-geïnformeerd zijn klopte wel zo'n beetje. Maar disqualificeert me dat? Ik giste alleen naar de bedoelingen...
Daar kun je een multiple-choice proefwerkje van maken. Laten we het maar eens proberen: welk doel beogen smaaklessen? A. Zijn ze om kinderen 'bewust' te maken van wat ze in hun lichaam stoppen? (Maar dat staat al heel redelijk in alle biologie-boeken.)
B. Zijn ze om hun eetpatroon te verbeteren? (Maar dan kun je ze beter een warme maaltijd geven tussen de middag, zoals de Franse overheid doet.)
C. Zijn ze om de verkoop van snacks op school te stuiteren? (Maar in het verbeteren van het schoolkantine-assortiment doet het Voedingscentrum al jaren achtereen vruchteloos bekeringswerk).
D. Zijn ze voor het kweken van Slow Food-kindertjes (zie de komische noot als reactie op Smaaklessen 2), die niet bij hun vriendjes willen eten omdat daar met Croma wordt gebraden? (Maar wat gaat de overheid het status-eten aan?)
E. Zijn ze er om aan kinderen die nog slechts drie groenten kennen - tomaat, komkommer en 'Italiaanse roerbakmix' - te laten zien hoe een boerenkool eruitziet? (Maar daar zijn de schooltuintjes al zo’n voortreffelijke uitvinding voor - de school heeft er budget voor, zoals een van de reacties luidde op mijn stukje 2. Het daar ook geopperde idee om kinderen zelf ' Italiaanse wokgroenten' te laten samenstellen én uit te proberen, heeft geheel mijn hart.... Alleen: dat gaat op scholen niet lukken. Want één van de knelpunten die 'een landelijke uitrol' (zoals het in overheidsbargoens heet) van de 'Smaaklessen' (het blijkt een gedeponeerd handelsmerk te zijn, dus er moet zo'n erretje bij dat niet op mijn toetsenbord zit) tegenwerken, blijkt te zijn dat het vak verzorging uit de basisvorming is geschrapt en er geen kookapparatuur in de leslokalen mag worden opgesteld.’
Dit citaat komt uit een verslag van een proefproject Smaaklessen, door InnovatieNetwerk in 2004 gehouden in samenwerking met Pierre Wind op een paar Rotterdamse vmbo-scholen. Want inmiddels heb ik me beter geïnformeerd.
Daar heb ik intussen erge spijt van ...
Het verslag bevestigt dat zulke mooie plannetjes al gauw echt een paar slordige miljoenen kosten. (Uit hetzelfde verslag is de berekening dat ‘brede implementatie’ - ook weer zulke akelige Haagse nieuwspraak - van het Rotterdamse project alleen voor Rotterdam al 1.3 miljoen euro zou kosten.) Daar moet ik niet over in zitten, mooie plannen ten uitvoer brengen kost nou eenmaal wat.
Erger is het feit dat inmiddels (zie www.smaaklessen.kennisnet.nl) zijn er griezelig veel partijen (“stakeholders”) bij betrokken. Het ziet eruit als een monsterverbond van:
1. het ministerie van LNV
2. de Universiteit van Wageningen
3. het Voedingscentrum
4. Hogere Agrarische Scholen
5. Koksverenigingen
6. de Gelderse Sportfederatie
Naar ik hoor ontbreekt in dit rijtje het ministerie van VWS, dat er alleen officieel nog niet bij staat.
Pierre Wind figureert namens zichzelf, hij is inderdaad niet de uitvinder, maar blijkt geïnspireerd te zijn geraakt door de ‘Dag van de Smaak’, die door Euro-Toques voorzitter Bernard Fournier in de jaren negentig is bedacht. Wat Fournier ermee voor ogen stond is ‘dat aangesloten koks van Euro-Toques hun visie op koken aan de jeugd zouden overbrengen, omdat smaakbeleving van natuurzuivere gerechten voor hen van essentieel belang zou kunnen zijn.’
In die fijne jaren negentig ging het dus nog over ‘natuurzuiverheid’, daar merk je op de smaaklessen-site helemaal niks meer van ...
‘Het beleven van voedsel staat centraal’, geeft het consortium als beginselverklaring op. ‘Kinderen worden zich bewust van hun eigen smaak’, oppert pagina 2, waarna in vrolijke grote letters het logo volgt: FOOD=FUN, en de verwachting wordt geuit dat ‘kinderen niet alleen nieuwe smaken en producten zullen ontdekken, maar leren ook meer over voedsel en allerlei onderwerpen die daarmee samenhangen, zoals samenstelling, productie, bereidingswijze en herkomst.’ De bedoeling van het al is ‘leerlingen een positief gevoel te geven bij voedsel. Vanuit dat gevoel wordt het interessant nieuwe producten en smaken te ontdekken. Een kind dat positief staat tegenover eten, wil er ook meer van weten!’ Smaaklessen hoopt dat kinderen zo, vanuit hun eigen interesse en nieuwsgierigheid, leren bewuste en gezonde voedselkeuzes te maken, want, schrijft Jeltje Snel, specialist voeding, jongeren en onderwijs van het Voedingcentrum, “Smaak is een heel goede ingang om leerlingen enthousiast te maken voor voeding.’’
Dus met mijn multiple-choice zat ik er helemaal naast. De Smaaklessen staan voor: “enthousiast maken, fun en beleving.” De fun houdt overigens in hoofdstukje 3 al meteen weer op. Na de “zinnenprikkelende en speelse” lessen volgt toch stiekem een examen over de Schijf van Vijf, want daar wordt bars bevolen dat de leerlingen antwoord kunnen geven op vragen als ‘‘Wat zijn onze basisbehoeften en wat behoort tot de extraatjes?”
Onno Kleyn is verstandiger dan ik, en zag al meteen dat de hele onderneming - inmiddels “geïmplementeerd” door de stakeholder met het hoogste woord, het Voedingscentrum - heilloos is. Maar als - is dat nou echt “utopisch” Onno? - het ministerie LNV nou met die smaaklessen niks had geïmplementeerd en landelijk ontrold, en van die smaaklessen helemaal zelf, zonder hulp van “stakeholders” die allemaal iets anders in hun agenda hebben staan of de glorie van Unilever uitbazuinen, er helemaal zélf iets moois en simpels van ging maken dat direct verband houdt met de ‘Voedselkwaliteit’ die ze in hun naam hebben gezet? En misschien ook met ‘Landbouwkwaliteit’, waarvoor bij mijn weten behoefte bestaat om aan de burgerbevolking uit te leggen wie bezig is wat aan te richten?*
In smaaklessen zou, hoopte ik, namelijk kennis daarover kunnen worden overgebracht, over wat dat is, ‘VOEDSELKWALITEIT’.
Voorlopig blijven de smaaklessen naar mijn smaak nog heel ver uit de buurt van de materie die Gerard van Westerloo schitterend aanvatte in zijn portret van de kip die drie-voor-een-tientje mag/kan kosten (M Magazine, NRC Handelsblad, 2/3 december 2006), of van de vraag die Cees Veerman deze week aan de Partij voor de Dieren voorlegde: of zij wellicht dachten dat de bio-industrie door de boeren is uitgevonden, en dat het publiek daar geen schuld aan had?
Mijn motto, voor die smaaklessen, zou niet FOOD = FUN zijn, maar zoiets als “Voedsel is een Hoop Ellende”. Dat is dus een heel vervelende boodschap om te brengen, maar met het “beleven” komt het dan wel helemaal goed...
De Britse voedselsocioloog Tim Lang, schrijver van Food Wars en activist inzake de voedselkilometers, liet zich in een interview ontvallen:
‘Scholen moeten kinderen leren waar het voedsel vandaan komt. Laat mensen weer zien hoe voedsel geteeld wordt. Veel kinderen kunnen niet koken. Dan kun je toch niet zeggen dat ze goed opgeleid zijn?’
(wordt vervolgd met een vierde deel)
----------------
* Uit het advies ten behoeve van het verkiezingsprogramma van de Socialistische Partij “Landbouw, natuur en platteland” door Joop de Koeijer, Niek Koning, Jan Douwe van der Ploeg en Eric Smaling:
“Een eerste belangrijk punt betreft het onderwijs. Kinderen denken dat melk uit een pak komt, waar hun vuilniszak heengaat weten ze niet en landbouw is “vies en vervuilend”. Bij een dergelijke beroerde basis kweek je een generatie die los staat van natuur, van het landschap en van een mooie sector. Kinderen moeten al vroeg leren denken in termen van kringlopen en ketens. Ze moeten weten hoe het water uit de kraan komt en waar het naar toe gaat als het door het putje is, ze moeten weten waar hun drol blijft en ook waarom wij een mestoverschot hebben. Kinderen moeten ook het nodige leren over onze cultuurlandschappen. Die hebben evenveel waarde en dienen net zo sterk te worden gewaardeerd als natuurlijke landschappen. De waarde en de esthetische aspecten zoals de verscheidenheid van boerderijvormen en typische landschapskenmerken. Er moet weer respect komen voor het boerenvak door er meer over op te nemen in schoolcurricula. Dit is ook van belang voor allochtone leerlingen die anders in het geheel niet in aanraking komen met het landelijk gebied.”
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 4 juni krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 4 juni krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Diny, ik sta er nu toch behoorlijk van te kijken! Het beeld dat zo langzamerhand doorbreekt is er één van het grote compromis. Iedereen is 'aangehaakt'. De geinige woorden van de oude polderaar Vondel blijken weer helemaal actueel: 'het leven is een pijpkaneel, ieder zuigt eraan en krijgt zijn deel.'
Grote compromissen zijn précaire evenwichten die geld kosten én daarom onaantastbaar zijn geworden. Kwalijke zaak in een land dat toch al niet van debating houdt.
Ik blijf het een mooi initiatief vinden. Ook al zie ik dat het aan alle reeds bestaande activiteiten om kinderen 'iets mee te geven' slechts een 'echt product' wilde toevoegen. Om de boel financierbaar te krijgen is het kennelijk ontaard ... in een reclame-kreet zonder diepere lading die regelrecht uit de voedingsindustrie had kunnen komen en niets met LNV te maken heeft.
Toverballen en tovervla, da's pas fun. Net als peper op aardbeien en groene biefstuk die anders lijkt te smaken. Met de kwaliteit van die aardbeien en dat vlees heeft dat niets te maken. Kennelijk was die ooit in het geding, maar onderweg van de kar gevallen.
Ik kan me niet voorstellen dat iemand als Pierre Wind - superperformer maar ook een serieuze kok-met-een-missie - daar zelf blij mee is.
Oh gut, wat vermoeiend is dit, sorry hoor. Ik pik er een zinnetje uit: "kinderen worden zich bewust van hun eigen smaak"...We weten toch al lang dat smaak verandert? Ik zie en heb het gezien bij onze eigen kinderen. Toen ze 4 en 3 waren aten ze in Frankrijk het kindermenu (altijd steak hachée en friet). Het jaar erop zochten we dus restaurants uit waar geen kindermenu's waren. Dat resulteerde in (we zijn 10 jaar op rij naar Frankrijk geweest alle vakanties) achtereenvolgens een grote voorliefde voor: eendenborst, andouillette, slakken, zeewolf, ratatouille (de rest ben ik even kwijt), waarvan de andouillette inmiddels geschrapt is, niet meer lekker en ratatouille alleen nog 's zomers goed bevonden wordt (en terecht natuurlijk). Ik geloof toch echt niet (denk maar aan het gesprekje hier over kinderen die niet wisten hoe een tomaat eruit ziet) dat wij de enige zijn met kinderen die gewoon voedsel aangeboden krijgen. Ik kom er nog op terug.
Het verhaal lijkt ten onder te gaan aan vaagheid. Als er geen concrete doelstellingen zijn zoals het verminderen van het aantal diabetici, is algemeen beleid zinloos. Logisch is het dan om op dit vlak de inhoud van het vak te laten bepalen door de scholen zelf, in samenspraak met de ouders. Als iets geen landsbelang is, moet de landelijke overheid zich erbuiten houden. Ik begin tegelijkertijd iets te voelen voor het genoemde staatslunches-concept, om in één keer van een hoop vergaderclubjes en overbetaalde Rosenmüllers af te zijn.
Diny, jij bent voorlopig niet gediskwalificeerd om over SL te schrijven, maar blijf geïnformeerd. Een ongenuanceerd debat is misschien leuk, het levert wellicht zelfs entertainment op, maar niet een beter begrip en energie om in te zetten. Ik nodig iedereen uit meningen (meervoud!) te formuleren over Smaaklessen, maar weet dat Smaaklessen evolueert, en dus, als het goed is die meningen ook! De principes om vanuit te boordelen kunnen statisch zijn (Wouter vhL: “overheid moet zich koest houden”), maar zelfs die laten uitzonderingen toe (“staatslunches” volgens Wouter zelf; inderdaad een goed idee, er zijn ook al private partijen die dat al doen, en die zouden willen ‘opschalen’ (gaan we weer), maar dat niet kunnen zonder (aanloop)verliezen.
Met de doelen A t/m C is niets mis, lijkt me.
Wat betreft A: bewustzijn is maar zeer ten dele een factor in voedselkeuze- of eetgedrag. Toch is enige basiskennis (‘culturele bagage’) van de herkomst en gezondheidswaarde van voedsel wel vereiste.
Het verbeteren van gedrag is als meer pedagogisch dan didactisch element voor VWS wel en voor LNV niet een streven. VWS zit (o.a.) bijvoorbeeld achter SchoolGruiten, een programma waar Smaaklessen nauw meer samen gaat werken, zoals door minister Hoogervorst aan de Kamer geschreven.
SchoolGruiten heeft als doelstelling het bevorderen van groente en fruitconsumptie (AGF Promotie Nederland doet graag mee), en dat meten (en vinden) ze ook. Smaaklessen, gaat in de visie van LNV voor het huidige schooljaar 2006-2007 niet zover met de doelstelling:
De doelstelling van Smaaklessen is om mensen in hun jeugd al te interesseren voor voedsel via het aantrekkelijke aspect van ‘smaak’. De gedachte hierachter is dat je de jeugd daarmee ontvankelijk maakt om zich te informeren over voedsel.
Het doel is dus niet is om de jeugd van specifieke informatie te voorzien.
Voor het komende schooljaar worden SchoolGruiten en Smaaklessen onderdeel van een programmalijn Jeugd en Voedsel die als doelstelling al een iets ander accent legt:
De programmalijn verhoogt op prikkelende wijze de kennis van de schoolgaande jeugd over voedsel en voeding zodat ze nu of op latere leeftijd gezondheid en herkomst van voedsel in hun eigen keuzes betrekken. Tevens bevordert het uitvoeren van het programma specifiek de groente- en fruitconsumptie. Gestreefd wordt naar een structurele plaats in het onderwijs. Jeugd en ouders kunnen ook via andere settings dan de school benaderd worden, bijvoorbeeld in de eigen omgeving.
Randvoorwaarden en (gebrek aan) vrijheidsgraden:
Benadering doelgroep
- Pakket moet aantrekkelijk zijn en prikkelen
- Vraaggerichte benadering.
- Jeugd van 4-16 jaar
Onderwijs
- Geen project maar inbedding bij organisaties die actief zijn rond onderwijs én omgeving jeugd, uiteindelijk moet het daar tot enthousiasme leiden en opgepakt worden.
- Indien mogelijk koppeling aan kerndoelen OC&W, met behoud van bestaande doelstelling.
Kortom twee ministeries die serieus aan het werk zijn, en over de muurtjes heenkijken Weer niet goed?
En ja er zijn nu veel partijen bij betrokken, en nee, dat hoeft niet zo te blijven, verandering juist alom! Dus Dick, je hoeft nog niet te oordelen dat het ontaarde compromissen zijn, die ‘onaantastbaar’ geworden zijn.
En de gebezigde reclame-kreten hebben toch overduidelijk wel een diepere lading (voedsel weer een emotie meegeven waar het nu werktuiglijk naar binnen geschoven wordt)?
Hans, ' diepere lading' : ik kan je verhaal volgen als een zaak die zich hergroepeert en the benefit og the doubt verdient, maar de diepere lading van de verrassing over je eigen smaak ontgaat me (= een eenvoudige psychologisch trucje). Het ging toch ook om de kwaliteit van een product? Dat mis ik totaal in je verhaal!