Janneke Donkerlo maakte in de NRC en op de radio de balans op van de ‘eerlijke handel’ en de eerlijker handel die Tony’s Chocolonely met zijn chocolade wil zijn. De balans ziet er niet best uit. Ze zei ons dat ze hoopt dat Tony’s nog lang lekkere chocola zal blijven maken, maar ophoudt het publiek te voorzien van een te gemakkelijke aflaat. Hoe verder? Daar wil ze het met Foodlog over hebben.
Als iedereen nu maar Fairtrade koopt, dan komt het goed met de kleine koffie- en cacaoboeren. Dat was jarenlang was het adagium van Max Havelaar. Maar omdat het wereldmarktaandeel van Fairtrade (ooit begonnen als Max Havelaar) tot op heden nooit uit is gekomen boven de 1% (!), moeten de boeren van de coöperatie het ietsiepietsie premie onder elkaar verdelen.
Wie van ‘eerlijk’ wil leven, moet af en toe een kip vangen
Tony’s wilde het anders aanpakken. Het bedrijf neemt in principe alle bonen van twee kleine coöperaties af op Fairtrade voorwaarden, zodat alle boeren over alle bonen een premie ontvangen. Toch blijkt dat ook op die manier deze boeren hun inkomen niet zien stijgen boven de absolute armoedegrens van 1,25 USD per dag. Vergis je niet, dat is op zich al een bizar laag bedrag waar je alleen van rond kunt komen als je elke dag je eigen knollen eet en af en toe een kip vangt.
Tweederde gaat naar de certificeerders
Het idee van het Fairtrade systeem is heel simpel:
- de consument betaalt een meerprijs voor de reep chocola
- de meerprijs gaat naar de cooperatie
- de boeren van de coöperatie beslissen democratisch wat er met het geld gebeurt
- met het geld van de premie krijgen de boeren en hun ’communities’ een beter leven
Om te beginnen gaat de meerprijs niet naar de producenten, zoals Max Havelaar op haar website met droge ogen beweert. Nou oké, een beetje dan. Maar oplettende onderzoeksjournalisten hebben cijfers van de certificeringsorganisatie zelf geconcludeerd dat tweederde van de meerprijs naar henzelf gaat.
Is dat nou eerlijk? Nee, dat is een flagrante leugen.
Ongelijkheid tussen boer en coöperatiebestuurder
Ten tweede wordt er over het geld, dat wel naar de coöperatie gaat, niet democratisch beslist. De wens uitspreken dat dat gebeurt, wil nog niet zeggen DAT het ook gebeurt. Een coöperatie is misschien wel het beste systeem om individuele en kwetsbare producenten meer macht te geven. De werkelijkheid blijkt echter weerbarstig. In de praktijk zijn het vooral de bestuurders van de coöperatie die profiteren. Hoe groter de coöperatie, des te groter de ongelijkheid tussen de boer en het bestuur. In Nederland hebben we al een probleem met toezichthouders, in landen als Ghana en Ivoorkust hebben ze waarschijnlijk nog nooit van het woord gehoord.
Geen Hut van Oom Tom
Tot slot: de boeren zouden een beter leven krijgen. Nee dus. Ook voor de boeren van Tony’ staat ethisch ondernemen gelijk aan ‘duurzame armoede’. Intussen gebruikt Tony’s het argument van kindslavernij om aandacht voor het merk te genereren.
Begrijp me niet verkeerd. Kinderen moeten te allen tijd beschermd worden tegen de gruwelen waar volwassenen toe in staat zijn. Zonder uitzondering. Ieder kind. Maar kindslaven in de cacaoindustrie? Op cacaoplantages? Het begrip plantage stamt uit de tijd van de Hut van Oom Tom, waar Afrikaanse mensen - nadat ze waren gekneveld en verscheept - op verre kusten te werk gesteld, werden geslagen en zonodig werden doorverkocht.
In West-Afrika zijn echter helemaal geen grootschalige cacaoplantages. Er zijn cacaoboomgaarden. Die boomgaarden varieren van 0.5 - 4 ha. De meeste kinderen in Ghana gaan tegenwoordig minimaal naar de lagere school. Dat de kwaliteit van het onderwijs vaak niet zo goed is, is een ander verhaal. Na schooltijd werken ze mee, net zoals vroeger in Nederland. Het was tot in de jaren zestig zelfs heel normaal dat een jongen van 14 niet doorleerde maar ging werken. Hij woonde dan nog gewoon bij zijn ouders en droeg een deel van zijn loon af. Als je toen van kindslavernij gesproken had, zou je midden in je gezicht zijn uitgelachen.
Armoede is niet sexy
Het gaat niet om plantages en stokslagen. Waar we ook echt bij stil moeten staan is dit: armoede. Dat is alleen niet zo mediageniek als kindslavernij. Zagen aan de poten van het ondoorzichtige economische systeem van kartels waardoor producenten worden gedwongen om te slikken of te stikken is taai en niet erg sexy. Intussen bestaan er al jaren internationale verdragen met betrekking tot milieu, mensenrechten, arbeidsomstandigheden en kartelvorming. Als we daar nu eindelijk eens internationaal sancties aan verbinden, dan hoeven we ook niet meer de goedwillende consument te belasten met de keuzes tussen tig ‘eerlijke’ keurmerken waar boeren in wezen niets mee opschieten. Wie roept dat wetten en sancties niet mogelijk zijn omdat je daar internationaal gezamenlijk beslissingen over moet nemen, wil misschien even stilstaan bij het feit dat Europese belastingontduiking nu opeens wel aangepakt wordt. Werk aan de winkel!
Fotocredits: ongelijk verdeeld reep van Tony's zonder wikkel, Tony's Chocolonely
Dit artikel afdrukken
Wie van ‘eerlijk’ wil leven, moet af en toe een kip vangen
Tony’s wilde het anders aanpakken. Het bedrijf neemt in principe alle bonen van twee kleine coöperaties af op Fairtrade voorwaarden, zodat alle boeren over alle bonen een premie ontvangen. Toch blijkt dat ook op die manier deze boeren hun inkomen niet zien stijgen boven de absolute armoedegrens van 1,25 USD per dag. Vergis je niet, dat is op zich al een bizar laag bedrag waar je alleen van rond kunt komen als je elke dag je eigen knollen eet en af en toe een kip vangt.
Tweederde gaat naar de certificeerders
Het idee van het Fairtrade systeem is heel simpel:
- de consument betaalt een meerprijs voor de reep chocola
- de meerprijs gaat naar de cooperatie
- de boeren van de coöperatie beslissen democratisch wat er met het geld gebeurt
- met het geld van de premie krijgen de boeren en hun ’communities’ een beter leven
Om te beginnen gaat de meerprijs niet naar de producenten, zoals Max Havelaar op haar website met droge ogen beweert. Nou oké, een beetje dan. Maar oplettende onderzoeksjournalisten hebben cijfers van de certificeringsorganisatie zelf geconcludeerd dat tweederde van de meerprijs naar henzelf gaat.
Is dat nou eerlijk? Nee, dat is een flagrante leugen.
Ongelijkheid tussen boer en coöperatiebestuurder
Ten tweede wordt er over het geld, dat wel naar de coöperatie gaat, niet democratisch beslist. De wens uitspreken dat dat gebeurt, wil nog niet zeggen DAT het ook gebeurt. Een coöperatie is misschien wel het beste systeem om individuele en kwetsbare producenten meer macht te geven. De werkelijkheid blijkt echter weerbarstig. In de praktijk zijn het vooral de bestuurders van de coöperatie die profiteren. Hoe groter de coöperatie, des te groter de ongelijkheid tussen de boer en het bestuur. In Nederland hebben we al een probleem met toezichthouders, in landen als Ghana en Ivoorkust hebben ze waarschijnlijk nog nooit van het woord gehoord.
Geen Hut van Oom Tom
Tot slot: de boeren zouden een beter leven krijgen. Nee dus. Ook voor de boeren van Tony’ staat ethisch ondernemen gelijk aan ‘duurzame armoede’. Intussen gebruikt Tony’s het argument van kindslavernij om aandacht voor het merk te genereren.
Begrijp me niet verkeerd. Kinderen moeten te allen tijd beschermd worden tegen de gruwelen waar volwassenen toe in staat zijn. Zonder uitzondering. Ieder kind. Maar kindslaven in de cacaoindustrie? Op cacaoplantages? Het begrip plantage stamt uit de tijd van de Hut van Oom Tom, waar Afrikaanse mensen - nadat ze waren gekneveld en verscheept - op verre kusten te werk gesteld, werden geslagen en zonodig werden doorverkocht.
In West-Afrika zijn echter helemaal geen grootschalige cacaoplantages. Er zijn cacaoboomgaarden. Die boomgaarden varieren van 0.5 - 4 ha. De meeste kinderen in Ghana gaan tegenwoordig minimaal naar de lagere school. Dat de kwaliteit van het onderwijs vaak niet zo goed is, is een ander verhaal. Na schooltijd werken ze mee, net zoals vroeger in Nederland. Het was tot in de jaren zestig zelfs heel normaal dat een jongen van 14 niet doorleerde maar ging werken. Hij woonde dan nog gewoon bij zijn ouders en droeg een deel van zijn loon af. Als je toen van kindslavernij gesproken had, zou je midden in je gezicht zijn uitgelachen.
Armoede is niet sexy
Het gaat niet om plantages en stokslagen. Waar we ook echt bij stil moeten staan is dit: armoede. Dat is alleen niet zo mediageniek als kindslavernij. Zagen aan de poten van het ondoorzichtige economische systeem van kartels waardoor producenten worden gedwongen om te slikken of te stikken is taai en niet erg sexy. Intussen bestaan er al jaren internationale verdragen met betrekking tot milieu, mensenrechten, arbeidsomstandigheden en kartelvorming. Als we daar nu eindelijk eens internationaal sancties aan verbinden, dan hoeven we ook niet meer de goedwillende consument te belasten met de keuzes tussen tig ‘eerlijke’ keurmerken waar boeren in wezen niets mee opschieten. Wie roept dat wetten en sancties niet mogelijk zijn omdat je daar internationaal gezamenlijk beslissingen over moet nemen, wil misschien even stilstaan bij het feit dat Europese belastingontduiking nu opeens wel aangepakt wordt. Werk aan de winkel!
Fotocredits: ongelijk verdeeld reep van Tony's zonder wikkel, Tony's Chocolonely
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 mei krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Beste Janneke, de Vlaamse Oxfam-Wereldwinkels schreven een opiniestuk hieromtrent: Mijn rijk voor een reep chocolade.
eindquote:
"Wat zich vandaag in de sterk geconcentreerde cacaoketen voordoet, is een pijnlijke illustratie van een markt waarbij slechts enkele spelers de prijs en de regels van hún spel dicteren. Wat broodnodig is, zijn moedige mededingingswetten die voldoende concurrentie garanderen. Met een eerlijk handelsbeleid dat -met de juiste regulering- zorgt voor meer concurrentie, worden afspraken tussen de kopers onhoudbaar. En dan hebben we er alle vertrouwen in dat, eens die Ivoriaanse cacaoboer opnieuw over zijn cacao en de prijs kan onderhandelen, de cacaostiel terug aantrekkelijk wordt. En als meer jongeren brood zien in de teelt, zullen die zelf wel investeren, en zou het aanbod wel eens sneller en duurzamer kunnen stijgen dan de sector zich kan inbeelden. Gezond verstand, toch?"
Het Fair Trade Advocacy Office bracht onlangs het rapport uit: Who's got the power.
Beste Janneke,
Het is goed dat deze discussie gevoerd wordt, en ik waardeer je inzet. Maar de discussie moet wel feitelijk kloppen, en de onderliggende problemen begrepen, en de uitwerkingen daarvan niet gebagatelliseerd. Hier hebben we het al uitvoerig over gehad, maar je maakt in dit stuk een aantal generalisaties die niet kloppen.
Ten eerste moet je de meerprijs die een consument betaalt voor FairTrade splitsen tussen de licentiekosten (die inderdaad naar Max Havelaar gaan) en de meerprijs die naar de boeren gaat. Door deze op één hoop te gooien vertroebelt het debat bij voorbaat. En daar heeft niemand baat bij, behalve de sensatie.
Ten tweede: er zijn coöperaties waar het bestuur inderdaad op grote afstand staat van de boeren, met daaraan gekoppeld allerlei misstanden. En inderdaad, een aantal van de Fair Trade coöperaties zijn absurd groot, waaronder Kuapa Koko in Ghana. Maar de kop en de intro van het artikel gaat over Tony's: die doen zaken met een klein aantal kleinschalige coops (zoals je zelf aangeeft) waar juist wel een vrij hoog niveau van democratische besluitvorming is. M.a.w.: dit stuk legt causale verbanden die ikzelf niet zou durven maken, en die ook deels door het stuk zelf worden ontkracht.
Ten derde: geloof mij maar als ik zeg dat je geen grootschalige plantages nodig hebt om échte kindslavernij mogelijk te maken. De aantallen kindslaven zullen weliswaar in percentage meevallen, in absolute aantallen zijn het er waarschijnlijk nog zo'n 10.000. Dat is een fors aantal. Ik wilde dat het zo was dat de meeste kinderen in Ghana naar de lagere school gingen. Maar dat is simpelweg niet zo. Er zijn nog veel te veel kinderen die daar om een veelheid aan redenen niet naartoe gaan. En veel van deze kinderen werken. Niet alleen in de cacao, maar ook in de mijnbouw, in de visserij, in soya, palmolie, rubber etc... In Ivoorkust is het percentage kinderen dat naar school gaat nog veel kleiner, en dat is 's werelds grootste cacaoproducent. Kinderarbeid - en de ergste vormen van kinderarbeid - zijn daar een dagelijkse realiteit. Het is echt schadelijk om dat probleem te bagatelliseren. Je schetst nu de indruk dat kinderen daar tot hun veertiende naar school gaan. Dat is ver bezijden de waarheid.
Ten vierde: het idee dat men helemaal van cacao zou moeten kunnen leven is naïef; het is júist goed als men ook andere vormen van inkomsten en voedsel heeft, waarvan een deel zelf verbouwd. Anders worden boeren helemaal afhankelijk van de marktwerking van de cacaoprijs, een marktwerking waar je terecht je vraagtekens bij zet.
En dat is de discussie die we zouden moeten voeren: over de marktwerking, en over hoe een boer wél een goed inkomen zou moeten kunnen krijgen. En zoals ik het je al eerder verteld heb, dat is voor een boer simpelweg afhankelijk van drie factoren: productiekosten, prijs voor zijn product, en hoeveelheid cacao die hij kan verbouwen. Daarbinnen zitten heel veel factoren, sommigen daarvan kunnen (deels) beïnvloed worden door certificering. Maar veel ook niet.
Ik ken werkelijk geen enkel (mainstream) bedrijf dat zo hard aan de randen van het huidige systeem schuurt als Tony’s, op het gebied van verloning naar de boeren, op lange termijn relaties met ‘hun’ boeren, op transparantie van hun hele keten, op de problematiek in de hele industrie, en zelfs over hun eigen fouten (welk ander jaarverslag ken je waarin de gemaakte fouten eerlijk en duidelijk worden gecommuniceerd?). Ik snap daarom ook oprecht niet waarom je hen op de korrel neemt. Zeker niet gezien het feit dat dit artikel behalve in de kop en in de intro in zijn geheel niet verwijst naar Tony’s.
Wij moeten binnenkort maar inderdaad een bak koffie doen.
Groeten, Antonie
Dank Antonie voor jouw uitvoerige en feitelijke reactie. Ik zal je bekennen (zoals ik gisteren met Janneke besprak): ik heb getwijfeld over het opnemen van dit stuk omdat ik inmiddels teveel op de hoogte ben van de complexiteit van de materie en een paar jaar geleden mijn punt voor dat moment wel had gemaakt (met als plezierig gegeven dat het leidde tot wat aanpassing in de certificeringsspelregels).
Jouw stuk van enkele weken geleden - waar ik je zelf om vroeg - was kennelijk een keerpunt. Je liet zien dat productie verdwijnt waar de kostprijs niet betaald wordt en intransparantie de markt niet laat functioneren. Daarmee raakte je voor mij de kern van de helemaal niet zo ingewikkelde oplossingsrichting waarin gedacht moet worden.
Dit stuk namen we op om het er nu eens echt over te hebben en dat openbaar te doen. Mijn ambitie is een verdergaande gesprek dat vanaf hier na een goeie online verkenning van het punt dat Janneke terecht of onterecht maakt offline gaat met de betrokkenen en dan weer online komt. Het gezeik over dit veenbrandje dat steeds weer terugkomt - nota bene aangezet door Maurice Dekkers van de Keuringsdienst met Teun vd Keuken als acteur in zijn spel - moet nl. eens helder worden. Ik maak het nu al tien jaar mee en steeds opnieuw komt het terug in de pers.
Beste Dick,
Het lijkt alsof deze discussie dicht op je irritatiegrens zit. Dat begrijp ik niet helemaal. Nog minder begrijp ik waarom je dit debat (deels) 'offline' wilt voeren.
Het punt dat Janneke maakt is valide en actueel. Chocoladeproducenten beloven chocoladeliefhebbers dat cacaoboeren uit de armoede worden getild wanneer consumenten meer betalen voor een fairtrade reep. Volgens mij toont Janneke aan dat die belofte naar de consument toe niet wordt waargemaakt.
Daar kun je allerlei kanttekeningen bij plaatsen, zoals Antonie hier ook doet. Prima, maar waarom zou dat niet (hier) in alle openheid kunnen doen (en telkens opnieuw)? Ik zou juist iedereen die goed inzicht heeft in de complexiteit van de materie willen uitnodigen om zich in alle openheid uit te spreken. Wie heeft er eigenlijk belang bij een ‘vergaand gesprek’ over fairtrade als dat niet in het publieke domein plaatsvindt? Ik denk dat de kritische consument, de belangrijkste stakeholder in deze, er ook recht op heeft om de complexiteit van dit onderwerp te kunnen vatten. Sterker, zolang ze daar geen inzicht in heeft, is ze ontvankelijk voor nieuwe valse beloften en schijnoplossingen.
Als ik zo vrij mag zijn om op de voorgaande commentator (#4) te reageren: deze discussie woedt al een tijdje. Hier zijn hele conferenties over gevoerd. En dat is heel goed. Daarnaast voer ikzelf deze discussie ook regelmatig zowel voor als achter de schermen met de chocoladebedrijven, met de standards bodies, en met vele andere betrokkenen. Het is een belangrijke discussie. Maar dan moet 'ie wel met de juiste argumenten worden gestaafd. En het stuk waar wij nu op reageren is in mijn mening, om de door mij hieronder al benoemde redenen, niet met de juiste argumenten onderbouwd. Dat is jammer, want dan komt er ruis op de radar.
Lukt het de standaarden (Fairtrade, UTZ, Rainforest) om de boeren uit armoede te halen? Nee, dat lukt ze niet. Pretenderen ze dat wel te doen? Ja, elk van deze standaarden hebben als een van hun kern communicaties dat ze de boeren uit armoede proberen te helpen. Kúnnen ze dat überhaupt? Ik betwijfel of ze dat in de huidige opzet kunnen. Moet dat dus anders? Ja, dat moet anders.
Maar dan moet de kritiek wel de juiste zijn. En dan moet je open staan om over de dingen die écht moeten veranderen te praten. Dan hebben we het over o.a. wetgeving op het gebied van ketentransparantie, vereisten op het gebied van minimumprijzen (die daadwerkelijk te maken hebben met leefbaar inkomen etc), verhoging van de prijs voor consumenten, etc. Dan hebben we het over een nieuwe architectuur van de hele keten.
Totdat die discussie mogelijk is, is het óók zaak om genuanceerd te kijken naar de rol van de tussenoplossingen, zoals certificering. Niet alleen genuanceerd, maar ook met begrip van de bredere problematiek. En in die zin heeft deze discussie nog veel te leren.