image

Vrijdagmiddag, we gaan voor een late lunch naar Dordrecht, afspraak met goede vrienden. Altijd gezellig om weer bij te praten, ze maken zulke leuke dingen mee. Net terug uit Rome of Hongarije, of op weg naar Brussel of Londen.
We spreken af bij Villa Augustus, een omgetoverd industrieel complex aan het water in Dordrecht. Het miezert dus we zijn niet zo blij dat de parkeerplaats ver weg is, en dat we niet via een dichtbijzijnde poort naar binnen kunnen, maar dat we helemaal naar de snelweg moeten omlopen. Op de deur hangt met de handgeschreven: Deur dicht doen aub!. Voor ons een reden om direct om te keren, maar we hebben nu eenmaal afgesproken.
De entree komt uit op een soort marktplein met winkelhoekjes, kratten met verse groente en fruit, een bakkerijhoek, en wat stoeltjes en tafeltjes voor een snelle hap.
We kijken rustig rond, want niemand toont interesse, behalve twee bijna bekende Nederlanders die alle mensen bestuderen om gezien te worden.
We lopen het restaurantgedeelte in - groot - om te kijken of C en W er al zitten en ook daar lopen we ongestoord de hele ruimte door, kijken uit het raam naar de moestuin en de kassen, bestuderen het meubilair, zien onze vrienden niet en als we weer weg lopen komt er een jonge dame vragend op ons af, maar ze zegt niets. We gaan weer naar het marktplein en daar stappen ze net binnen.
Reserveren was op deze vrijdagmiddag beslist niet nodig, in de wijde hoeken van het restaurant zijn een paar tafeltjes bezet. We schuiven bij een kapstok tegen een verwarming aan bij het raam.
Laten we vooropstellen: het is heel gezellig, maar dat ligt aan het goede gezelschap en de vrolijke en vriendelijke ober. Villa Augustus dankt de naam aan de vruchtbare maand Augustus, leren we van hem. Ze werken met veel verse producten en maken alles zelf, heet het. Er komt een mandje voortreffelijk brood op tafel en de ober maalt peper en zout door een bakje goede olijfolie. De pret kan beginnen.
Overleg met de kok levert mij dit heerlijke bord - ongebonden saus - met vongole op. Er zijn mij groentetjes uit de tuin in beloofd, maar dat blijkt een mager handje gesnipperde rucola. Het is lekker, maar ontzettend zout. William heeft hetzelfde genomen, maar dan de gebonden versie, ook lekker, minder zout dus. Aan de overkant van de tafel staan twee borden pasta met mosselen, radicchio (ook goed verstopt) en ansjovissaus. Lekker glaasje verdicchio erbij en veel Sourcy water.
De vongole is een voorgerecht, de pasta een hoofdgerecht. Veel is het allemaal niet. Dus gaan we voor een nagerecht, lekker ijs, een miezerig laagje creme brulee, een oud kaasplankje uit de koeling. En dan de koffie. Vooropgesteld: ik ben niet dol op koffie, het moet echt heel goede koffie zijn wil ik er meer dan twee slokken van nemen. En dit is houterig, waterig, bitter en er zit weliswaar een grappig suikerzakje bij, maar.... waar is het chocolaatje? Dat mag toch wel voor 1,90 euro per kopje? Met zijn vieren zijn we klaar voor een dikke 120 euro. We rijden wat teleurgesteld naar huis. Halverwege de rit krijgen we ontzettende trek in lekker eten. Nog voor ik mijn jas uitgetrokken heb staat er al een pan water op het vuur. Een stevige pasta met groente en kruiden uit de tuin en Sardijnse pecorino. Daar hebben we behoefte aan.

Eigenlijk is het uitzicht op de palmkool in de moestuin van Augustus nog het smakelijkste. In de nacht word ik wakker met een bittere foute smaak in mijn mond. MSG-smaak. De zoute vongole zijn in een sapje met MSG gegaard, kan niet anders. Dat verklaart het lekkere door-eetzoutige ervan. En ik ben twee dagen ziek
Dit artikel afdrukken