Varkens in Nood beweerde onlangs dat varkens het in Nederland veel slechter hebben dan doorgaans beweerd wordt. Volgens directeur Martin Scholten van de Animal Sciences Group (WUR) hanteert Varkens in Nood de verkeerde bril. Landen met veel regeldruk laten geen ruimte voor een lerende dierhouderij die zich in de praktijk voortdurende verbetert. Volgens dierwelzijnsexperts behoort de praktijk van de Nederlandse varkenshouderij wel degelijk tot de top in de wereld, zegt Scholten.
Foodlog besteedde kort geleden aandacht aan een rapport van Varkens in Nood: Nederland Koploper Varkenswelzijn in Europa en vroeg me naar mijn reactie daarop. Binnen Wageningen en elders in Europa heb ik een aantal dierwelzijnsonderzoekers die veel met varkens werken om hun oordeel gevraagd. Op grond daarvan kom ik tot de conclusie dat de studie van Varkens in Nood slechts gaat over de regelgeving ten aanzien van varkenswelzijn in Europa. Dat zegt echter niets over het daadwerkelijk welzijn per land. En daar wringt voor mij de schoen.
Generieke regels geen garantie voor dierwelzijn
Wie denkt dat dierwelzijn zich laat borgen met generieke regels komt bedrogen uit. De kern van welzijn is en blijft de professionele zorg voor de dieren en hun behoeften in brede zin. Er moet zorgvuldig met de dieren worden omgegaan en daar moet de dierhouderij lerend op worden afgestemd. 'Het dier centraal' noemde ik die benadering in mijn ontwerp voor een zorgvuldige veehouderij.
Of die zorg zich vertaalt in dierwelzijn kunnen we het dier vragen, door het goed te observeren. Onderzoekers doen dat bijvoorbeeld als ze verschillende opties testen om dierwelzijn te verbeteren. De enige garantie dat het goed zit, is als het dier dit zelf toont in zijn of haar gedrag, of als we dat kunnen bepalen aan de hand van stressindicatoren. De uitdaging is om de boer in staat te stellen alle dieren daarop te volgen, met moderne technologieën en sensoren die het actuele dierwelzijn zichtbaar maken. Zo kan de boer snel ingrijpen als uit de systemen blijkt dat een dier zich minder lekker voelt en kan hij ook zelf uittesten wat in zijn of haar stalsysteem een verbetering is.
Basisregels voor de dierhouderij zijn nodig om uitwassen tegen te gaan. Daar is regelgeving voor. Als de wetgever doorslaat door tot in detail voor te schrijven hoe varkens moeten worden gehouden, gaat het mis. Hoe meer je in dit soort regels vastlegt - vaak door de bril van wat wij mensen denken waar varkens zich plezierig bij voelen - hoe minder ruimte er is om een weg te vinden om het welzijn van het dier daadwerkelijk te optimaliseren. Voldoen aan regelgeving komt dan in de plaats van gerichte zorg voor de dieren op basis van wat je ziet en merkt.
De meeste ontdekkingen uit het onderzoek naar verbetering van het welzijn van varkens zijn in de regelgeving niet voorzien, en worden soms zelfs door die regels gehinderd. De nieuwe kennis die we opdoen, wordt dan meteen voor de praktijk uitgesloten.
Meten
Als ik die uitgangspunten hanteer om het rapport van Varkens in Nood te beoordelen, dan vraag ik me af of dierwelzijn in landen met een traditioneel grotere regeldruk (zoals de Scandinavische, Duitse en Britse wereld) beter geborgd is dan in Nederland. Dat wil ik dan eerst wel eens 'horen van de varkens', op grond van metingen van het actuele dierwelzijn. Het omgekeerde is ook waar. We kunnen ook niet zomaar claimen dat het in Nederland het beste 'geregeld' is. Ook dat moet gemeten worden.
Omgedraaid
Nederland mag zich gelukkig dat ons land de dieren méér dierwelzijn kan bieden op basis van gezond boerenverstand, kennis uit onderzoek en liefde voor de dieren dan via regelgeving alleen. Wij kunnen werken aan verbeteringen terwijl in het Verenigd Koninkrijk en Scandinavië alles is voorgekauwd zonder zekerheid dat daarmee meer dierenwelzijn is geborgd.
Tegen mensen die desondanks toch jaloers naar de regeldruk in Scandinavië kijken zou ik zeggen, staar je niet blind. Jarenlang was Denemarken het voorbeeld voor een laag antibioticumgebruik middels regelgeving. Maar de Nederlandse varkensboer heeft die wereld omgedraaid. De wereld kijkt nu naar Nederland, dat het nog beter doet dan Denemarken. En dan niet met regels opgelegd maar zelf gedaan, vanuit het principe van een zorgvuldige veehouderij. Dat kan alleen als het dierwelzijn zodanig goed is dat je geen antibiotica nodig hebt.
Al met al durf ik, op basis van wat ik ook van buitenlandse experts krijg te horen, de stelling aan dat waar het gaat om varkenswelzijn in Europa, Nederland zeker in het voorste peloton fietst.
Nederland wordt door experts beschouwd als deel uitmakend van de wereldwijde top 4 met Zweden, Denemarken en Duitsland. Maar we zijn nog niet aan de finish. Er is nog werk aan de winkel, ook omdat nieuwe maatregelen die bedoeld zijn om varkenswelzijn te verbeteren op hun beurt weer tot nieuwe uitdagingen (zullen) leiden: denk aan het houden van ongecastreerde beren, het houden van varkens met intacte staarten en het terugdringen van biggensterfte als er minder gebruik zou worden gemaakt van kraamboxen. Het is goed om op het gebied van varkenswelzijn een inhoudelijke discussie te voeren, waarin alle knelpunten die er voor varkenshouder, varken en andere betrokkenen zijn, eerlijk benoemd worden. Het streven moet zijn het hoogste welzijn voor de varkens te bereiken. Basisregels zijn er om uitwassen te elimineren.
Fotocredits: Het wroetvarken, een dier dat in de stal zijn natuurlijke wroetgedrag kan vertonen, wroetvarken.nl
Dit artikel afdrukken
Generieke regels geen garantie voor dierwelzijn
Wie denkt dat dierwelzijn zich laat borgen met generieke regels komt bedrogen uit. De kern van welzijn is en blijft de professionele zorg voor de dieren en hun behoeften in brede zin. Er moet zorgvuldig met de dieren worden omgegaan en daar moet de dierhouderij lerend op worden afgestemd. 'Het dier centraal' noemde ik die benadering in mijn ontwerp voor een zorgvuldige veehouderij.
Of die zorg zich vertaalt in dierwelzijn kunnen we het dier vragen, door het goed te observeren. Onderzoekers doen dat bijvoorbeeld als ze verschillende opties testen om dierwelzijn te verbeteren. De enige garantie dat het goed zit, is als het dier dit zelf toont in zijn of haar gedrag, of als we dat kunnen bepalen aan de hand van stressindicatoren. De uitdaging is om de boer in staat te stellen alle dieren daarop te volgen, met moderne technologieën en sensoren die het actuele dierwelzijn zichtbaar maken. Zo kan de boer snel ingrijpen als uit de systemen blijkt dat een dier zich minder lekker voelt en kan hij ook zelf uittesten wat in zijn of haar stalsysteem een verbetering is.
De meeste ontdekkingen uit het onderzoek naar verbetering van het welzijn van varkens zijn in de regelgeving niet voorzien en worden soms zelfs door die regels gehinderdRegels hinderen toepassing nieuwe kennis
Basisregels voor de dierhouderij zijn nodig om uitwassen tegen te gaan. Daar is regelgeving voor. Als de wetgever doorslaat door tot in detail voor te schrijven hoe varkens moeten worden gehouden, gaat het mis. Hoe meer je in dit soort regels vastlegt - vaak door de bril van wat wij mensen denken waar varkens zich plezierig bij voelen - hoe minder ruimte er is om een weg te vinden om het welzijn van het dier daadwerkelijk te optimaliseren. Voldoen aan regelgeving komt dan in de plaats van gerichte zorg voor de dieren op basis van wat je ziet en merkt.
De meeste ontdekkingen uit het onderzoek naar verbetering van het welzijn van varkens zijn in de regelgeving niet voorzien, en worden soms zelfs door die regels gehinderd. De nieuwe kennis die we opdoen, wordt dan meteen voor de praktijk uitgesloten.
Meten
Als ik die uitgangspunten hanteer om het rapport van Varkens in Nood te beoordelen, dan vraag ik me af of dierwelzijn in landen met een traditioneel grotere regeldruk (zoals de Scandinavische, Duitse en Britse wereld) beter geborgd is dan in Nederland. Dat wil ik dan eerst wel eens 'horen van de varkens', op grond van metingen van het actuele dierwelzijn. Het omgekeerde is ook waar. We kunnen ook niet zomaar claimen dat het in Nederland het beste 'geregeld' is. Ook dat moet gemeten worden.
Al met al durf ik, op basis van wat ik ook van buitenlandse experts krijg te horen, de stelling aan dat waar het gaat om varkenswelzijn in Europa, Nederland zeker in het voorste peloton fietstMensen die generiek uitspreken dat Nederland zich zó uitslooft op het gebied van dierwelzijn, dat het zich daarmee uit de markt prijst, gaan te ver. Ze roepen bovendien een gevoel op dat de varkensboeren de 'gekke Henkies' van Europa zijn. Toch innoveert Nederland voortdurend, zonder extra regels. Vooral op het gebied van (organisch) wroet- en kauwmateriaal (hoog op de verlanglijst van het varken) zijn grote slagen te maken.
Omgedraaid
Nederland mag zich gelukkig dat ons land de dieren méér dierwelzijn kan bieden op basis van gezond boerenverstand, kennis uit onderzoek en liefde voor de dieren dan via regelgeving alleen. Wij kunnen werken aan verbeteringen terwijl in het Verenigd Koninkrijk en Scandinavië alles is voorgekauwd zonder zekerheid dat daarmee meer dierenwelzijn is geborgd.
Tegen mensen die desondanks toch jaloers naar de regeldruk in Scandinavië kijken zou ik zeggen, staar je niet blind. Jarenlang was Denemarken het voorbeeld voor een laag antibioticumgebruik middels regelgeving. Maar de Nederlandse varkensboer heeft die wereld omgedraaid. De wereld kijkt nu naar Nederland, dat het nog beter doet dan Denemarken. En dan niet met regels opgelegd maar zelf gedaan, vanuit het principe van een zorgvuldige veehouderij. Dat kan alleen als het dierwelzijn zodanig goed is dat je geen antibiotica nodig hebt.
Al met al durf ik, op basis van wat ik ook van buitenlandse experts krijg te horen, de stelling aan dat waar het gaat om varkenswelzijn in Europa, Nederland zeker in het voorste peloton fietst.
Jarenlang was Denemarken het voorbeeld voor een laag antibioticumgebruik middels regelgeving. Maar de Nederlandse varkensboer heeft die wereld omgedraaidWereldwijde Top 4
Nederland wordt door experts beschouwd als deel uitmakend van de wereldwijde top 4 met Zweden, Denemarken en Duitsland. Maar we zijn nog niet aan de finish. Er is nog werk aan de winkel, ook omdat nieuwe maatregelen die bedoeld zijn om varkenswelzijn te verbeteren op hun beurt weer tot nieuwe uitdagingen (zullen) leiden: denk aan het houden van ongecastreerde beren, het houden van varkens met intacte staarten en het terugdringen van biggensterfte als er minder gebruik zou worden gemaakt van kraamboxen. Het is goed om op het gebied van varkenswelzijn een inhoudelijke discussie te voeren, waarin alle knelpunten die er voor varkenshouder, varken en andere betrokkenen zijn, eerlijk benoemd worden. Het streven moet zijn het hoogste welzijn voor de varkens te bereiken. Basisregels zijn er om uitwassen te elimineren.
Fotocredits: Het wroetvarken, een dier dat in de stal zijn natuurlijke wroetgedrag kan vertonen, wroetvarken.nl
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 4 juni krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 4 juni krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
"Ik erger me al jaren aan de ongefundeerde claim dat Nederland een varkensparadijs zou zijn waar alle varkens uit heel Europa heen zouden rennen als ze zouden worden vrijgelaten.
Met name het ongefundeerde karakter van die claim heeft mij gestoord."
Aldus een WUR-varkenswelzijnsexpert.
Nogal teleurstellend als de "algemeen directeur Wageningen UR Animal Sciences Group" dan met een enorme lap weinig tot nietszeggende tekst komt, met prachtige voornemens en verhalen over goedwillende varkensboeren met liefst zo min mogelijk regels, maar zonder ook maar één cijfer of concrete onderbouwing van die claim dat Nederland inderdaad dat varkensparadijs zou zijn.
Hoeveel minder subjectief is dat dan de opmerkingen van die vermaledijde ViN?
Er valt een hoop aan te merken op het verhaal van Varkens in Nood.
Maar - met alle respect - van een wetenschapper zou ik daarop dan enige wetenschap en enige concrete Hollandse welzijnsfeiten verwachten: Vergelijking van incidentie/prevalentie van ziekten, stalklimaat, (buiten-)ruimte, vloer, "kraamkamer", biggensterfte, natuurlijk gedrag, "speelmateriaal", antibioticagebruik, staartlengte, ethologie, kannibalisme, afkeur bij de slachterij, of wat er ook maar aan welzijnsindicatoren te bedenken valt. Maar wat schetst mijn teleurstelling: niets, niente, 0,0!
Heeft de WUR dan alleen iets over "humaan" slachten?
Sorry hoor, en excusez le mot, maar ik wordt dan toch weer aardig strontziek van dit zoveelste voorbeeld van goedbedoelde maar gratuite en zonder enig concreet cijfer of onderzoek onderbouwde Hollandse dierwelzijnspropagandaprietpraat.
Evenmin als voor ViN-flutonderzoekjes kopen wij iets voor hearsay, meneer Scholten.
Kom maar op met uw rapporten (die o.m. zouden moeten aantonen dat regelgeving niet tot hoger dierwelzijn leidt)! Of zijn die er niet?
Wat stelt die in algemeenheden uitblinkende "zorgvuldige veehouderij" van u nu helemaal concreet voor, meneer Scholten? Anders dan een weinig onderbouwd pleidooi voor (maatschappelijke acceptatie van) de intensieve veehouderij die u blijkbaar zo voorstaat?
Nederland kampioen steeds grotere "hoogproductieve" worpen: meer biggen dan tepels.
1 op de 7 neonate biggen als "uitval" doodgeslagen, of koppelsgewijs bij speendiarree behandeld met het last-resortmiddel Colistine. De GD kwam onlangs ineens ook nog doodleuk met de mededeling dat wij net als in China ook in Nederland al jaren colistineresistente varkens blijken te hebben. Hoe zorgvuldig!
Hoe rijmt u "zorgvuldige veehouderij" met ongeremde schaalvergroting en met toenemende stankoverlast, gesubsidieerde luchtwassers die - als ze al aan staan - bij lange na niet volgens de schitterende specs presteren, en gigamestfabrieken die vrij spel krijgen?
"Uiterst waardevolle meststoffen". U doelt op de toenemende overschotten van duizenden tonnen gevaarlijke varkensstront vol antibioticarestanten en multiresistente bacteriën die niemand wil, en al dan niet frauduleus tegen hoge (milieu)kosten al dan niet oncontroleerbaar ingedikt moet worden afgevoerd naar het buitenland?
Terwijl de aantallen varkens zelfs onder ingestorte prijzen nog steeds toe blijken te nemen?
"Natuurlijk gedrag"? Bioritme op daglicht? Intacte staarten? Wroeten? Modderbaden? Natuurlijke zoogperiode? 3 jaar lang 2 recordworpen 's jaars? Toiletplaats? Een stalatmosfeer die ook voor ons mensen dermate ongezond is dat COPD een beroepsziekte van 1/4 der varkenshouders is?
Elke week een stal in de hens?
Nogmaals: Uw eigen WUR-onderzoeker Marc Bracke meldde:
"Ik erger me al jaren aan de ongefundeerde claim dat Nederland een varkensparadijs zou zijn waar alle varkens uit heel Europa heen zouden rennen als ze zouden worden vrijgelaten.
Met name het ongefundeerde karakter van die claim heeft mij gestoord."
Dierwelzijn is uw expertise niet, lees ik. Waarom vernemen wij niets meer van "uw" deskundige de heer Bracke? Spreekverbod? Paste zijn ontboezeming niet in de Hollands/Wageningse borstklopperij? Is dat gebruikelijk in Wageningen?
Hoe verhoudt zich dat tot zaken als academische vrijheid en integriteit?
Principe 1: "Wetenschapsbeoefenaren zijn eerlijk en openhartig over hun onderzoek en over de toepassingen ervan"
"De resultaten zijn zo spoedig mogelijk na afronding van het onderzoek toegankelijk, in toenemende mate via Open Access kanalen en met inbegrip van de voor het onderzoek gehanteerde modellen en datasets". Of stelt DLO beperkingen?
P.S.: U stelt: "Nederland doet het beter dan Denemarken".
Geldt dat dan ook qua MRSA, ESBL, Hepatitis E en Colistine-resistentie?
Hollands antibioticagebruik is van een wereldrecord 600 ton gereduceerd (let wel: niet "vrijwillig", maar onder DWANG: veeartsen zouden bij minder dan 50% reductie hun verkooplicentie verliezen) tot niet meer dan gemiddeld.
Als antibioticagebruik dan al een maat voor dierwelzijn kan zijn, dan is de Hollandse veehouderij ook qua dierwelzijn niet meer dan middelmaat.
Goede raad voor Louise Fresco: creeer een soortement p.r. figuur, een socioloog of dierpsycholoog (ja, dat bestaat) die de verbinding en verstandhouding met de grote maatschappij voor Animal Science verzorgt, en mss ook de (gerede en ongerede)klachten van die maatschappij registreert en kan duiden voor de wetenschappers daar, want zo kan het natuurlijk niet langer, -animal science- , -varkens in nood- en -wakker dier-, mijn hemel, bien etonnee de se trouver ensemble, lijkt wel of ze allemaal heel nauwe oogkleppen op hebben bij dat animal science! wat jammer nou, eigenlijk toch helemaal niet nodig!
Dick #1, je hebt volstrekt gelijk: Martin Scholten maakt niet gemeten duidelijk dat het in NL beter is. Wat je in je ijver echter vergeet is dat hij een pleidooi houdt voor innovatie die zich niet laat remmen door wetten en geboden.
Marc Bracke maakte duidelijk dat hij op volstrekt persoonlijke titel reageert. Ik vind dat je dat met meer respect mag benaderen. Ik denk dat ook hij zegt: meet het en roep het niet.
En nog wat: maak er onderscheid mee en laat de rest maar over aan Oost-Europa. Maar dat is een opmerking aan boeren, slachters en verwerkers. Retailers zitten er om te springen.
Dick Veerman : Als Martin Scholten één zaak duidelijk maakt, is het dat het in Nederland
juist NIET beter is qua varkenswelzijn. Het lijkt me namelijk uitermate onwaarschijnlijk dat de heer Scholten op de hele WUR geen enkel varkenswelzijnsonderzoek op de plank heeft liggen.
Het blote feit dat hij in de lappen tekst hierboven niets concreet wenst te maken spreekt boekdelen. Geen enkel onderzoek, geen enkel feit, geen enkel cijfer om dat Hollandse varkensparadijs te staven? Is dat wetenschap of een opinie die nergens op gebaseerd is?
Verder geef je #3 op de van jou inmiddels bekende wijze weer een fraaie draai aan mijn woorden.
Ik heb juist uitermate veel respect voor @Marc Bracke. Hij durft als een van de weinigen zijn nek uit te steken door als WUR-medewerker te melden dat de keizer geen kleren aan heeft, en dat
Hollandse varkensparadijssprookje door te prikken.
Ook het feit dat we vervolgens niets meer van Marc hoorden is wat mij betreft uitermate veelzeggend. Ongetwijfeld kan hij als expert zijn woorden namelijk wél met feiten staven.
Niet zo gek, want het lijkt me een hels karwei om dermate hoogproductief te rijmen met dierwelzijn. Betekent innovatie bij de WUR ook nog wel eens iets anders dan tot in de idiotie doorgedreven productiviteits"records", zoals zeugen als meer dan 29-bigs-biggetjesfabrieken?
Is dat wat de Hollandse varkenshouderij van de WUR moet leren in de ratrace tot the bottom die wereldwijd woedt, en we op kostprijs alleen al wegens onze mestafvoerkosten nooit kunnen winnen?
Biggetjes met een meer dan 5 kilo lager gewicht direct na het spenen afleveren lijkt me ook al niet echt bevorderlijk voor hun gezondheid en welzijn, of het voorkómen van speendiarree.
... waar dan nog steeds regelmatig koppelsgewijs het last-resortmiddel Colistine voor gegeven wordt.
Gek he, die colistineresistentie bij Hollandse varkens!
Het is maar waar je voor kiest: (onderzoek naar) dierwelzijn en kwaliteit, of een jacht naar
steeds idiotere, niets- en niemand ontziende productiviteitsrecords.
You can't have your cake and eat it.
Opnieuw roept dit gebeuren vragen op aangaande de wetenschappelijke integriteit op de WUR.
Onderzoek - waarvoor wij als belastingbetalers nota bene de bulk betalen! - dient openbaar,
transparant en onafhankelijk te zijn.
Ook meneer Scholten wordt tenslotte betaald met óns belastinggeld.
"Een lerende varkenshouderij"? Welk een platitude!
Dat is toch je taak als WUR, als "TOP"universiteit, zowel "lernend" als "lehrend"?
Voor de draad met die varkenswelzijnsonderzoeken, meneer Scholten!
Dick, je beschuldigingen zijn zwaar. Je stelt daarmee vragen waar nu alleen Martin Scholten op kan antwoorden. Ik neem aan dat hij dat hier zal willen doen.