Het natuurgebied van de Waddenzee zou een belangrijke bijdrage kunnen leveren aan de Nederlandse energietransitie. Onderzoek van TNO wijst uit dat het water in dit gebied een aanzienlijk potentieel heeft voor de opwekking van groene stroom. Het rapport is overhandigd aan demissionair klimaatminister Rob Jetten, die positief reageerde.
Het zal niet doorslaggevend zijn, maar het kan wél een goede aanvulling zijn op onze energiemix
Groene stroom uit de Waddenzee biedt een kans om een stukje van de klimaatopgave voor Nederland te realiseren. In opdracht van het Waddenfonds heeft TNO onderzoek gedaan naar demonstratieprojecten die experimenteren met het opwekken van energie uit water.

Volgens het rapport kan 83% van de huishoudens op de Waddeneilanden en in de kustregio’s van energie uit waterkracht worden voorzien. Het doel om in 2030 zelfvoorzienend te zijn, komt daarmee in de buurt.

Continue bron
Het aandeel groene energie in Nederland stijgt, maar maakt nauwelijks gebruik van waterkracht. Ons land heeft tot op heden voornamelijk ingezet op zonne- en windenergie, ook in Natura 2000-gebieden.

In tegenstelling tot landen als Noorwegen, Zwitserland en Oostenrijk maakt waterkracht slechts een paar procent uit van de totale hoeveelheid groene stroom in Nederland. Ons land is plat en kent nauwelijks hoogteverschillen om energie op te wekken, maar is rijk aan rivier- en zeewater. Dat biedt unieke kansen. Toch wordt onze zee bijna niet gebruikt.

Anders dan zon en wind, is water een continue energiebron. Er is altijd stroming. Het opwekken van stroom uit water kan met de beweging van golven, getijden (het verschil tussen eb en vloed) en het verschil in zoet en zout water. Dat laatste gebeurt al bij de Afsluitdijk en tussen het IJsselmeer en de Waddenzee. Maar ook de getijden en stromingen van de Waddenzee kunnen worden ingezet als energiebron.

Vliegers, molens en membranen
TNO bracht de bedrijven in kaart die met het nog ongebruikte potentieel experimenteren. REDstack is gevestigd op de dijk tussen Noord-Holland en Friesland en werkt met elektrodialyse en membranen. Een drijvende molen van Slow Mill zet golven om in energie die een deel van Texel van stroom voorziet. Dutch Wave Power gebruikt daarvoor een drijvende cilinder. Eb en vloed drijven een spoel aan van de ‘onderwatervlieger’ van SeaQurrent voor energieopwekking.

Minister Rob Jetten toonde zich positief over de nieuwe technieken en kansen: “Het zal niet doorslaggevend zijn, maar het kan wél een goede aanvulling zijn op onze energiemix. Naast wind op zee hebben we juist ook die kleine technieken nodig om te balanceren.”

Financiers en risico
Maar zover is het nog niet. De technieken zijn duur, bij een te lage energieprijs. Voordat Nederland daadwerkelijk naar golf- en getijdenparken op zee kan gaan, is eerst opschaling nodig en financiers die het risico willen lopen. Volgens TNO-projectleider Sam Lamboo zit de ontwikkeling vooral in het opschalen en drukken van de kosten. Maar ook daar zijn natuurlijk risicodragende euro's nodig.

De Waddenzee is onderdeel van de Natura 2000-gebieden en is zelfs uitgeroepen tot UNESCO-werelderfgoed. Dat maakt exploitatie van het gebied gevoelig en zorgt voor een extra risicobarrière. TNO benadrukt uiteraard dat de impact op de natuur verder moet worden onderzocht. Niet voor niets waren er vroeger bezwaren tegen gaswinning in de Waddenzee. Nu zou het verschil maken dat er sprake is van een groene energiebron. Die kan echter even verstorend werken op het leven in de Waddenzee. Ook hightech watermolens, membranen en onderzeevliegers blijven niet onopgemerkt door de vissen en ander zeeleven.

Voordelen
De grootste waterkrachtcentrale van Europa staat in het Franse Rance en maakt gebruik van natuurlijke getijden. De zee heeft een voordeel boven waterkracht uit stuwdammen. Die kunnen droogvallen door klimaatverandering, terwijl de zeespiegel stijgt. Ook is een stuwdamcentrale in geval van oorlog kwetsbaar zoals de recente damdoorbraak in Oekraïne liet zien.