Vandaag ging in Montreal de grote VN-conferentie COP15 over biodiversiteit van start. Het moet een "Parijs-akkoord voor de natuur" worden, zei Elizabeth Mrema, de Tanzaniaanse voorzitter van de biodiversiteitsorganisatie van de Verenigde Naties. Vergelijkbaar dus met de klimaattop van Parijs uit 2015, waar vrijwel alle landen ter wereld afspraken maakten om klimaatverandering tegen te gaan. In Montreal staat behoud, bescherming en duurzaam gebruik van de natuur op de agenda. De onderhandelingen beloven moeizaam te verlopen, vooral over de vraag: "wie gaat dat betalen".
"De mensheid behandelt de natuur als een toilet", zei António Guterres, de secretaris-generaal van de VN onomwonden in zijn openingstoespraak tot de COP15. "Het verlies van natuur en biodiversiteit gaat gepaard met hoge menselijke kosten, die we meten in verloren banen, honger, ziekte en sterfgevallen." Volgens hem gaat de achteruitgang van het ecosysteem de wereld tegen 2030 jaarlijks 3 biljoen dollar kosten (een miljoen keer miljoen, ofwel een 1 met 12 nullen).

De toon voor de conferentie, waar verhitte onderhandelingen over de financiering worden verwacht, is daarmee gezet. Net zoals dat ook bij de vorige maand gehouden in Egypte gehouden klimaattop COP27 het geval was. "Het bundelen van financiële middelen is een van de grootste uitdagingen, vooral in deze situatie van oorlog en economische strijd over de hele wereld", aldus EU-commissaris voor milieu Virginijus Sinkevičius.

Ipbes, het intergouvernementeel platform voor biodiversiteit en ecosysteemdiensten, concludeerde dat de meeste kenmerken van biodiversiteit sterk achteruitgegaan zijn: oerbossen zijn bijna verdwenen, van wetlands is nog maar 15% over en van koraalriffen nog maar de helft. In 10 miljoen jaar was de snelheid van uitsterven zó hoog: één miljoen soorten planten en dieren (1 op de 8 soorten) wordt met uitsterven bedreigd. Ook uit het Living Planet Report van het WWF blijken alarmerende afnames: tussen 1970 en 2018 nam de grootte van populaties van in het wild levende zoogdieren, vogels, amfibieën, reptielen en vissen volgens modellen met gemiddeld 69% af. De biomassa van insecten nam de afgelopen 20 tot 40 jaar met 40 tot 80% af. Van de ruim 6.000 gedomesticeerde landbouwrassen zijn er 559 uitgestorven en 1.000 bedreigd.

Tegen die achtergrond focust COP15 op een overeenkomst over 20 doelstellingen. Doelstellingen om de schade aan natuurlijke ecosystemen een halt toe te roepen en tegen 2030 30% van de habitats op het land en in de zee in stand te houden, om daarna, richting 2050, richting bending the curve te gaan. Dan moet de natuur weer ruimte krijgen om zichzelf te herstellen.

Maar dan moet daar wel geld voor zijn. De meeste deelnemers aan de conferentie vrezen dat de vooruitgang wordt afgeremd als de rijkere landen niet meer middelen toezeggen. Volgens het Milieuprogramma van de VN moeten de investeringen in op de natuur gebaseerde oplossingen worden verdubbeld tot naar schatting $384 miljard in 2025. Die hogere investeringen zullen met name uit de particuliere sector moeten komen, gezien de beperkingen van de overheidsbegrotingen, aldus de Financial Times. Zo heeft de EU wel €7 miljard toegezegd tussen 2021 en 2027, maar hebben alleen Frankrijk, Duitsland, Luxemburg en Denemarken sinds 2020 publiekelijk meer middelen voor biodiversiteitsgerelateerde programma's toegezegd.

Volgens Sinkevičius ligt het financieren van natuurherstel nog ingewikkelder dan het instellen van een fonds om arme landen te compenseren voor klimaatverandering - hét topic van de afgelopen klimaattop. "Het is moeilijker, om eerlijk te zijn, omdat we het niet hebben over het beperken van CO₂-emissies en precies weten wat de waarden [zijn] . . . Hier praten we in zeer moeilijke termen over . . . wiens bos is waardevoller? Heeft een wolf of een tijger meer waarde? Het is dus een zeer complexe en moeilijke discussie."