Om de wereldbevolking te voeden, is land nodig. Maar er is ook land nodig voor het produceren van schone energie, en voor het vastleggen van koolstofdioxide, om de klimaatverandering binnen de grens van 1,5 graad Celsius opwarming te houden. Kan dat allemaal wel uit? Dat lijkt echt te kunnen.
Dat laat een nieuwe studie zien: als beleid, landbeheer en consumptiepatronen fundamenteel veranderen, kan de wereld voldoende voedsel en ecosysteemdiensten blijven leveren én voldoen aan de klimaatdoelen.
“Er is genoeg land om een toekomst met 1,5°C mogelijk te maken, mits er effectief beleid wordt gevoerd op nationaal en mondiaal niveau,” zegt hoofdonderzoeker Angelo Gurgel van CS3. Hij leidde het onderzoek van het MIT Center for Sustainability Science and Strategy (CS3), dat deze week gepubliceerd werd in het tijdschrift Frontiers in Environmental Science.
Om de kosten en baten inzichtelijk te maken van de verschillende op landgebruik gebaseerde opties voor klimaatmitigatie, sloeg het MIT-team aan het rekenen. De onderzoekers pasten het MIT Integrated Global System Modeling (IGSM) raamwerk toe binnen Sky2050, een 1,5 C klimaatstabilisatiescenario ontwikkeld door Shell.
Willen we de opwarming van de aarde beperken tot 1,5 graden Celsius, dan zijn ingrijpende veranderingen nodig. Naast het drastisch terugdringen van de broeikasgasuitstoot, is een strategische herverdeling van land cruciaal. Er zal meer land ingezet moeten worden voor bio-energie en natuurlijke koolstofvastlegging, terwijl tegelijkertijd voedselzekerheid en ecologische duurzaamheid gewaarborgd moeten blijven.
In een wereld die streeft naar 1,5°C vervult land een dubbele rol: koolstofdioxide uit de atmosfeer verwijderen en vastleggen (denk aan (her)bebossing en technologieën zoals bio-energie met koolstofopslag (BECCS) of luchtvangstinstallaties), en schone energie produceren (bijvoorbeeld met wind- en zonneparken of duurzame bio-energiegewassen). Deze vormen van landgebruik zijn in directe concurrentie met doelen als voedselproductie en biodiversiteitsbehoud. Om te voorkomen dat klimaatdoelen en voedselzekerheid elkaar de aarde af concurreren, is doordacht beleid nodig. En zonder inzicht in de impact van de keuzes voor landgebruik, is geen doordacht beleid te maken.
De wereldwijde landgebruikpuzzel
Dat is precies wat de onderzoekers gedaan hebben. Ze zetten de complexe afwegingen van de verschillende keuzes voor landgebruik en de impact daarvan op een rijtje: hoeveel land is er nodig, wat betekent dat voor voedselzekerheid en biodiversiteit, en wat levert het op in termen van broeikasgasreductie? Uitgangspunt was, zoals gezegd, het Sky2050-scenario van Shell (een gerenommeerde scenario-ontwikkelaar).
In dit scenario groeit de vraag naar bio-energie en natuurlijke koolstof-sinks, naast de behoefte aan duurzame voedselproductie. Om te beoordelen of er genoeg land is voor deze doelen, namen de onderzoekers de 'mondiale hectare' (global hectare, gha) als standaardmaat. Van de 10 miljard gha aan bewoonbaar aardoppervlak wordt momenteel de helft gebruikt voor voedselproductie en bio-energie.
De conclusie van de onderzoekers is hoopvol: ja, er is genoeg land om - deze eeuw in ieder geval - voldoende voedsel en ecosysteemdiensten te blijven leveren én te voldoen aan de klimaatdoelen. Maar dat gaat alleen lukken met transformatieve veranderingen in beleid, landbeheerpraktijken en consumptiepatronen. De belangrijkste te realiseren veranderingen zijn:
Volgens de onderzoekers kan 2,5 tot 3,5 miljard gha worden ingezet voor op de natuur gebaseerde oplossingen (NBS) die jaarlijks 3 tot 6 gigaton CO₂ vastleggen. Daarnaast zou 0,4 tot 0,6 miljard gha nodig zijn voor energieproductie, waarvan 0,2–0,3 gha voor bio-energie en 0,2–0,35 gha voor wind- en zonne-energie.
Gurgel besluit: "Dit beleid moet niet alleen een efficiënt gebruik van land voor voedsel, energie en natuur bevorderen, maar ook worden ondersteund door langetermijntoezeggingen van beleidsmakers uit nationale en internationale overheden en de industrie.”
Er is maar één probleem: om de door de onderzoekers berekende mogelijkheden te realiseren is een wereldregering nodig. Op dit moment is de wereld zo verdeeld dat sommigen zeggen dat er sprake is van een Derde Wereldoorlog als gevolg van de conflicten die op verschillende plekken op aarde met wapens en andere middelen worden uitgevochten tussen het Westen en Rusland, China, India en krachten in het Midden-Oosten.
“Er is genoeg land om een toekomst met 1,5°C mogelijk te maken, mits er effectief beleid wordt gevoerd op nationaal en mondiaal niveau,” zegt hoofdonderzoeker Angelo Gurgel van CS3. Hij leidde het onderzoek van het MIT Center for Sustainability Science and Strategy (CS3), dat deze week gepubliceerd werd in het tijdschrift Frontiers in Environmental Science.
Om de kosten en baten inzichtelijk te maken van de verschillende op landgebruik gebaseerde opties voor klimaatmitigatie, sloeg het MIT-team aan het rekenen. De onderzoekers pasten het MIT Integrated Global System Modeling (IGSM) raamwerk toe binnen Sky2050, een 1,5 C klimaatstabilisatiescenario ontwikkeld door Shell.
Willen we de opwarming van de aarde beperken tot 1,5 graden Celsius, dan zijn ingrijpende veranderingen nodig. Naast het drastisch terugdringen van de broeikasgasuitstoot, is een strategische herverdeling van land cruciaal. Er zal meer land ingezet moeten worden voor bio-energie en natuurlijke koolstofvastlegging, terwijl tegelijkertijd voedselzekerheid en ecologische duurzaamheid gewaarborgd moeten blijven.
In een wereld die streeft naar 1,5°C vervult land een dubbele rol: koolstofdioxide uit de atmosfeer verwijderen en vastleggen (denk aan (her)bebossing en technologieën zoals bio-energie met koolstofopslag (BECCS) of luchtvangstinstallaties), en schone energie produceren (bijvoorbeeld met wind- en zonneparken of duurzame bio-energiegewassen). Deze vormen van landgebruik zijn in directe concurrentie met doelen als voedselproductie en biodiversiteitsbehoud. Om te voorkomen dat klimaatdoelen en voedselzekerheid elkaar de aarde af concurreren, is doordacht beleid nodig. En zonder inzicht in de impact van de keuzes voor landgebruik, is geen doordacht beleid te maken.
De wereldwijde landgebruikpuzzel
Dat is precies wat de onderzoekers gedaan hebben. Ze zetten de complexe afwegingen van de verschillende keuzes voor landgebruik en de impact daarvan op een rijtje: hoeveel land is er nodig, wat betekent dat voor voedselzekerheid en biodiversiteit, en wat levert het op in termen van broeikasgasreductie? Uitgangspunt was, zoals gezegd, het Sky2050-scenario van Shell (een gerenommeerde scenario-ontwikkelaar).
In dit scenario groeit de vraag naar bio-energie en natuurlijke koolstof-sinks, naast de behoefte aan duurzame voedselproductie. Om te beoordelen of er genoeg land is voor deze doelen, namen de onderzoekers de 'mondiale hectare' (global hectare, gha) als standaardmaat. Van de 10 miljard gha aan bewoonbaar aardoppervlak wordt momenteel de helft gebruikt voor voedselproductie en bio-energie.
De conclusie van de onderzoekers is hoopvol: ja, er is genoeg land om - deze eeuw in ieder geval - voldoende voedsel en ecosysteemdiensten te blijven leveren én te voldoen aan de klimaatdoelen. Maar dat gaat alleen lukken met transformatieve veranderingen in beleid, landbeheerpraktijken en consumptiepatronen. De belangrijkste te realiseren veranderingen zijn:
- beleid ter bescherming van natuurlijke ecosystemen;
- stopzetting van ontbossing en versnelling van (her)bebossing;
- vooruitgang in duurzame landbouwmethoden en praktijken;
- verminderen van landbouw- en voedselafval (lees: voedselverspilling);
- consumenten stimuleren zodat zij kiezen voor duurzaam geproduceerde producten.
Volgens de onderzoekers kan 2,5 tot 3,5 miljard gha worden ingezet voor op de natuur gebaseerde oplossingen (NBS) die jaarlijks 3 tot 6 gigaton CO₂ vastleggen. Daarnaast zou 0,4 tot 0,6 miljard gha nodig zijn voor energieproductie, waarvan 0,2–0,3 gha voor bio-energie en 0,2–0,35 gha voor wind- en zonne-energie.
Gurgel besluit: "Dit beleid moet niet alleen een efficiënt gebruik van land voor voedsel, energie en natuur bevorderen, maar ook worden ondersteund door langetermijntoezeggingen van beleidsmakers uit nationale en internationale overheden en de industrie.”
Er is maar één probleem: om de door de onderzoekers berekende mogelijkheden te realiseren is een wereldregering nodig. Op dit moment is de wereld zo verdeeld dat sommigen zeggen dat er sprake is van een Derde Wereldoorlog als gevolg van de conflicten die op verschillende plekken op aarde met wapens en andere middelen worden uitgevochten tussen het Westen en Rusland, China, India en krachten in het Midden-Oosten.