Afvallen is voor velen een frustrerende ervaring. Zelfs als je na maanden diëten eindelijk op een lager gewicht bent gekomen, komen de kilo’s vaak snel weer terug. Uit nieuw onderzoek gepubliceerd in Nature blijkt dat dit zogenoemde jojo-effect niet alleen een kwestie van wilskracht of verkeerde keuzes is. Vetcellen bouwen een 'geheugen' op dat lijkt te verklaren waarom je dat verloren gewicht weer zo makkelijk terugkrijgt. Het blijkt een epigenetische kwestie.
Daarom is het zo belangrijk om overgewicht in de eerste plaats te voorkomen, om het jojo-effect te vermijden.
Epigenetica kijkt niet naar de genetische DNA-code zelf (die je meekrijgt van je ouders), maar naar chemische markers op of rond het DNA. Die markers bepalen welke genen aan of uit staan en worden zelf weer beïnvloed door omgevingsfactoren, voeding en fysieke omstandigheden.

Laura Hinte van de Zwisterse polytechnisch universiteit ETH in Zürich legt uit dat epigenetica een cel vertelt wat voor functie hij heeft en wat hij moet doen. Haar onderzoek toont aan dat bij mensen met obesitas specifieke epigenetische veranderingen in hun vetcellen ontstaan. Die veranderingen herstellen zich niet. Ze blijven zelfs na gewichtsverlies bestaan, en sturen de vetcellen aan om opnieuw snel vet op te slaan.

Bijna drie keer zoveel
Hinte en haar collega's namen het vetweefsel van 20 mensen met obesitas onder de loep vlak voordat ze een bariatrische operatie ondergingen. Dat deden ze ook 2 jaar later, toen de deelnemers minstens een kwart van hun oorspronkelijke lichaamsgewicht waren kwijtgeraakt. De resultaten vergeleken de onderzoekers met het vetweefsel van 18 mensen met een gezond gewicht. Ze ontdekten dat vetcellen van mensen met obesitas meer dan 100 afwijkende epigenetische markers hadden in vergelijking met mensen met een gezond gewicht. Die markers waren er 2 jaar na het gewichtsverlies nog steeds. Bij laboratoriumtests bleek dat voormalig obese vetcellen meer vet en suiker opnamen dan niet obese vetcellen.

Om het mechanisme beter te begrijpen, onderzochten de wetenschappers vetcellen van muizen die eerst obees waren en daarna gewicht verloren. Deze muizen kregen vervolgens een vetrijk dieet. Terwijl de muizen die niet obees waren geweest gemiddeld 5 gram aankwamen, kwamen de voormalige obese muizen 14 gram aan.

Evolutionair mechanisme
Vanuit evolutionair oogpunt is het jojo-effect logisch. Onze voorouders hadden vaak te maken met periodes van voedselschaarste. Om te overleven, ontwikkelde het lichaam mechanismen om lichaamsgewicht te verdedigen en verloren vet snel terug te winnen. Deze aanpassing helpt bij het overleven in tijden van schaarste, maar werkt averechts in een moderne omgeving met overvloedig voedsel.

Hoe lang het ‘geheugen’ in de vetcel blijft bestaan, is niet onderzocht. “Vetcellen zijn cellen met een lange levensduur. Gemiddeld leven ze 10 jaar voordat ons lichaam ze vervangt door nieuwe cellen”, zegt Hinte. “Daarom is het zo belangrijk om overgewicht in de eerste plaats te voorkomen, om het jojo-effect te vermijden.”

Het geheugen van vetcellen verklaart niet alles. Onderzoekers vermoeden dat andere cellen, zoals hersencellen en cellen in de bloedvaten, ook een rol spelen.