Het mondiale voedselsysteem is een complex van wereldwijde handelsstromen. De nodige producten zijn zodanig verweven in een internationaal web van handelsrelaties dat protectionistische maatregelen, zoals de ‘America First’-benadering van voormalig president Donald Trump, gemakkelijk kunnen leiden tot tekorten en prijsstijgingen. Een goed voorbeeld hiervan is knoflook: 80% van de wereldvoorraad komt uit China.
Het heffen van hoge importtarieven op producten uit landen zoals China kan snel leiden tot duurdere of zelfs onbereikbare producten voor consumenten.
Knoflook als voorbeeld
Knoflook, een basisingrediënt in keukens wereldwijd, dreigt duurder te worden als importtarieven op Chinese producten stijgen. Als de Verenigde Staten bijvoorbeeld een tarief van 60% op Chinese knoflook heffen, kan dit leiden tot aanzienlijke prijsstijgingen in supermarkten. In Californië wordt wel knoflook geproduceerd, maar die productie is te klein om plotselinge tekorten op te vangen. De productie van knoflook kost 8 tot 10 maanden, zodat boeren hun productie niet snel kunnen verhogen.
De grote supermarktketens in de VS zoals Walmart en Costco importeren veruit het grootste deel van hun knoflook. Hogere tarieven zouden een kettingreactie veroorzaken in de voedselketen: de hogere prijzen van de bolletjes voor consumenten leiden ook tot prijsstijgingen van producten die knoflook bevatten, zoals sauzen, vleeswaren en kant-en-klare maaltijden.
Gevolgen voor consumenten en boeren
De stijging van voedselprijzen heeft niet alleen gevolgen voor consumenten, maar ook voor boeren en producenten. Als consumenten door hogere prijzen minder knoflook kopen of alternatieven zoeken, worden lokale boeren elders in de wereld geconfronteerd met veranderende vraag. Dit kan hen dwingen hun gewassen te heroverwegen, wat de beschikbaarheid van knoflook op de lange termijn zou kunnen beïnvloeden. Zo ontstaat het risico dat het bestaande marktevenwicht verschuift en de prijsstabiliteit verder onder druk komt te staan.
Een grotere trend: stijgende voedselprijzen
Knoflook is slechts een voorbeeld van wat wereldwijd kan gebeuren als handelsbeperkingen en de heffing van importtarieven toeneemt. Door stijgende kosten worden ook andere producten, zoals rijst, soja en koffie, duurder. Supermarkten, die werken met smalle marges, zullen deze hogere prijzen doorberekenen aan de consument. De economische impact van dit beleid kan op termijn zelfs leiden tot een wereldwijde recessie in de levensmiddelenindustrie. Consumenten gaan minder besteden. Supermarkten - die draaien op hoge volumes en dunne marges - gaan minder omzet maken terwijl ze hun inkoopkosten zien stijgen. Daardoor worden ze gedwongen hun margeverlies te verhalen op de levensmiddelenindustrie waar de marges van de A-merken dikker zijn. Dat leidt tot wrijving die kan uitmonden in dalende volumes door dalende consumptie en duur voedsel. Als geheel kan een zich wereldwijd verspreidend protectionisme vanuit VS, de grootste economie op aarde, de voedingseconomie zodanig verzwakken dat voedsel aanmerkelijk duurder wordt terwijl het prijsniveau door consumenten in rijke landen nu al als hoog wordt ervaren.
Protectionisme in het mondiale voedselsysteem
Protectionistische maatregelen, zoals verhoogde tarieven, kunnen nationale industrieën op korte termijn ondersteunen, maar kunnen op langere termijn ongewenste bijwerkingen hebben. Als landen wereldwijd overgaan op zelfvoorzienendheid en hun invoer beperken, ontstaat tekorten aan een waaier van producten. Dat verhoogt de prijzen. Dit fenomeen beperkt zich niet tot knoflook.
De ironie wil dat Trump mede werd gekozen vanwege de sterk gestegen kosten van dagelijkse boodschappen in de jaren na Covid en de start van de oorlog om Oekraïne tussen Oost en West. Kamala Harris kon hierop geen overtuigend antwoord geven, vonden zowel kenners als kiezers die haar afwezen. De populist Trump herhaalde voortdurend dat voedselprijzen omlaag moeten en beloofde dit te realiseren door alles in de VS te produceren. Maar dan moet hij wel fors investeren in nieuwe teelten die gedurende de eerste jaren niet zelden duurder uit zullen vallen. Dat komt mede omdat hij ook goedkope arbeid buiten de grenzen wil houden. Boeren gaan niet zomaar vanzelf nieuwe producten telen voor de binnenlandse markt: een volgende president kan de koers weer veranderen.
Knoflook als voorbeeld
Knoflook, een basisingrediënt in keukens wereldwijd, dreigt duurder te worden als importtarieven op Chinese producten stijgen. Als de Verenigde Staten bijvoorbeeld een tarief van 60% op Chinese knoflook heffen, kan dit leiden tot aanzienlijke prijsstijgingen in supermarkten. In Californië wordt wel knoflook geproduceerd, maar die productie is te klein om plotselinge tekorten op te vangen. De productie van knoflook kost 8 tot 10 maanden, zodat boeren hun productie niet snel kunnen verhogen.
De grote supermarktketens in de VS zoals Walmart en Costco importeren veruit het grootste deel van hun knoflook. Hogere tarieven zouden een kettingreactie veroorzaken in de voedselketen: de hogere prijzen van de bolletjes voor consumenten leiden ook tot prijsstijgingen van producten die knoflook bevatten, zoals sauzen, vleeswaren en kant-en-klare maaltijden.
Gevolgen voor consumenten en boeren
De stijging van voedselprijzen heeft niet alleen gevolgen voor consumenten, maar ook voor boeren en producenten. Als consumenten door hogere prijzen minder knoflook kopen of alternatieven zoeken, worden lokale boeren elders in de wereld geconfronteerd met veranderende vraag. Dit kan hen dwingen hun gewassen te heroverwegen, wat de beschikbaarheid van knoflook op de lange termijn zou kunnen beïnvloeden. Zo ontstaat het risico dat het bestaande marktevenwicht verschuift en de prijsstabiliteit verder onder druk komt te staan.
Een grotere trend: stijgende voedselprijzen
Knoflook is slechts een voorbeeld van wat wereldwijd kan gebeuren als handelsbeperkingen en de heffing van importtarieven toeneemt. Door stijgende kosten worden ook andere producten, zoals rijst, soja en koffie, duurder. Supermarkten, die werken met smalle marges, zullen deze hogere prijzen doorberekenen aan de consument. De economische impact van dit beleid kan op termijn zelfs leiden tot een wereldwijde recessie in de levensmiddelenindustrie. Consumenten gaan minder besteden. Supermarkten - die draaien op hoge volumes en dunne marges - gaan minder omzet maken terwijl ze hun inkoopkosten zien stijgen. Daardoor worden ze gedwongen hun margeverlies te verhalen op de levensmiddelenindustrie waar de marges van de A-merken dikker zijn. Dat leidt tot wrijving die kan uitmonden in dalende volumes door dalende consumptie en duur voedsel. Als geheel kan een zich wereldwijd verspreidend protectionisme vanuit VS, de grootste economie op aarde, de voedingseconomie zodanig verzwakken dat voedsel aanmerkelijk duurder wordt terwijl het prijsniveau door consumenten in rijke landen nu al als hoog wordt ervaren.
Protectionisme in het mondiale voedselsysteem
Protectionistische maatregelen, zoals verhoogde tarieven, kunnen nationale industrieën op korte termijn ondersteunen, maar kunnen op langere termijn ongewenste bijwerkingen hebben. Als landen wereldwijd overgaan op zelfvoorzienendheid en hun invoer beperken, ontstaat tekorten aan een waaier van producten. Dat verhoogt de prijzen. Dit fenomeen beperkt zich niet tot knoflook.
Te grote schommelingen kunnen het systeem ontwrichten en de voedselvoorziening ernstiger bedreigen dan we op het eerste gezicht denkenHet mondiale voedselsysteem is kwetsbaar voor ingrijpende beleidswijzigingen. De mogelijke impact op de prijs van knoflook geeft een eerste idee van de gevolgen van protectionisme voor de voedselzekerheid en de toegang tot betaalbaar voedsel voor consumenten wereldwijd. Uiteindelijk zijn stabiele handelsrelaties essentieel om prijsschommelingen te beperken. Te grote schommelingen kunnen het systeem ontwrichten en de voedselvoorziening ernstiger bedreigen dan we op het eerste gezicht denken.
De ironie wil dat Trump mede werd gekozen vanwege de sterk gestegen kosten van dagelijkse boodschappen in de jaren na Covid en de start van de oorlog om Oekraïne tussen Oost en West. Kamala Harris kon hierop geen overtuigend antwoord geven, vonden zowel kenners als kiezers die haar afwezen. De populist Trump herhaalde voortdurend dat voedselprijzen omlaag moeten en beloofde dit te realiseren door alles in de VS te produceren. Maar dan moet hij wel fors investeren in nieuwe teelten die gedurende de eerste jaren niet zelden duurder uit zullen vallen. Dat komt mede omdat hij ook goedkope arbeid buiten de grenzen wil houden. Boeren gaan niet zomaar vanzelf nieuwe producten telen voor de binnenlandse markt: een volgende president kan de koers weer veranderen.