Vaclav Smil, de wereldberoemde Tsjechisch-Canadese energie- en landbouwexpert, is bekend om zijn werk over de invloed van energie op onze samenleving en leefstijl. In How to Feed the World, zijn nieuwste boek, legt hij de vinger op de grootste zere plekken van ons voedselsysteem. Sommigen zien een zwartkijker in Smil. Toch blijkt hij praktische oplossingen te hebben voor grote uitdagingen.
Stel je het volgende voor: snijd een tomaat in plakken en rangschik deze op een bordje. Giet er vervolgens 5 à 6 eetlepels van je favoriete olie over. Milieuwetenschapper, energiehistoricus en thuiskok Vaclav Smil raadt aan donkere sesamolie te gebruiken voor het beste visuele effect. Eet smakelijk! Met dit voorbeeld illustreert Smil de afhankelijkheid van ons huidige voedselsysteem van fossiele brandstoffen, van de diesel die machines aandrijft tot de kunstmest die we gebruiken om de oogst te verhogen. Dankzij fossiele brandstoffen kan ons voedselsysteem de 8 miljard mensen op aarde voeden.

Dat op fossiele energie gebaseerde voedselsysteem is behalve inefficiënt ook enorm vervuilend. Voedselproductie neemt meer dan een derde van al het land op aarde in beslag, verbruikt het grootste deel van ons water en veroorzaakt bijna een derde van de wereldwijde uitstoot van broeikasgassen. Daarnaast verspillen we wereldwijd 30-40% van het verbouwde voedsel.

Die verspilling noemt Smil 'crimineel'. In How to Feed the World heeft Smil het over pragmatische oplossingen, maar fileert hij ook een aantal te simplistische ideeën die vooral in westerse landen veel aanhangers hebben.

'Vegetarisch of biologisch: crimineel'
Neem de suggestie dat we allemaal volledig vegetarisch moeten gaan eten. "Dat is volstrekt onpraktisch," zegt Smil in NewScientist. "De meeste mensen zullen nooit vegetarisch worden, tenzij je ze dwingt. Zodra het inkomen van mensen stijgt, zullen ze massaal meer vlees consumeren. Zelfs India, waar de moraal en manieren het dichtst bij het ideaal van een niet-vleesetende natie komen, eet nu meer. Vanaf een zeer laag niveau is de Indiase vleesconsumptie de afgelopen 10 jaar verdubbeld."

Of neem het voorstel om allemaal over te schakelen op biologisch. Smil is erg kritisch over het idee dat biologische landbouw de conventionele landbouw wereldwijd zou kunnen vervangen. De hoge opbrengsten van de moderne landbouw zijn volgens hem vooral te danken aan stikstofkunstmest. Zonder kunstmest zou bijna de helft van de wereldwijde voedselproductie van de voedselproductie wegvallen. Volgens Smil zou de overstap naar biologische landbouw, die geen gebruik maakt van synthetische stikstof, leiden tot veel lagere opbrengsten. Het zou onmogelijk zijn om voldoende voedsel te produceren voor de huidige wereldbevolking.

Zonder synthetische meststoffen zouden de oogsten aanzienlijk dalen, wat zou betekenen dat veel meer land nodig is om aan de voedselvraag te voldoen. Dit zou leiden tot een grotere aantasting van natuurlijke ecosystemen, omdat landbouwgrond zou moeten uitbreiden. Smil vindt dat biologische landbouw wel in bepaalde niches kan werken, maar dat het als wereldwijde oplossing niet haalbaar is, gezien de enorme voedselproductie die nodig is om miljarden mensen te voeden

Er zijn duizenden stappen die je tegelijk moet zetten. Dat klinkt misschien moeilijk en frustrerend, maar het is ook bemoedigend omdat we het probleem op zoveel verschillende manieren kunnen aanpakken
Smil benadrukt dat de voedselproductie fundamenteel verbonden is met fossiele brandstoffen, zowel voor productie als distributie. "Zonder die energiebronnen werkt het voedselsysteem simpelweg niet. Neem bijvoorbeeld de import van Peruaanse blauwe bessen naar Canada – dat is absurd in termen van energieverbruik en milieu-impact." Naast fossiele brandstoffen zijn stikstof en water cruciale problemen. "In Nederland is er een overschot aan stikstof dat gewassen niet opnemen, terwijl in delen van Afrika bijna geen stikstof wordt gebruikt, wat resulteert in voedselonzekerheid." Om over de ongelijkheid in waterverdeling maar niet te spreken. "Kijk naar de boerderijen in de woestijn van Saoedi-Arabië. Ze hebben gigantische dieselpompen die bijna 100 liter brandstof per uur verbruiken en water uit oude watervoerende lagen zuigen om gewassen te irrigeren, die vervolgens aan koeien worden gevoerd om melk te produceren."

Toch is Smil niet pessimistisch. Hij verwijst naar het boek uit de jaren '90 van milieuactivist Lester Brown Who Will Feed China?, dat voorspelde dat China niet in staat zou zijn zichzelf te voeden. "Destijds schreef ik er een korte reactie op, waarin ik zei: oh, ja, dat zal het wel. Een van de redenen dat ik dit boek nu heb geschreven, is dat ik gelijk heb gekregen: China voedt zichzelf." China produceert inmiddels meer dan 3.000 kilocalorieën per dag per hoofd van de bevolking en importeert meer om dieren te voeden. "Als China, met 1,4 miljard mensen, het kan, kunnen andere landen het ook."

'Speling in het systeem'
Hoe dan? Om te beginnen door de 'speling in het systeem' op te lossen, met name door voedselverspilling aan te pakken. Wereldwijd wordt 30 tot 40% van wat we verbouwen verspild. "Wat we aan kunstmest, machines, irrigatie en veredeling van gewassen gebruiken, wordt verspild. Dat is gewoon crimineel." Daarnaast mikt Smil op een aantal verbeterstappen. "Het voedselsysteem is zo ingewikkeld dat je niet één of twee grote oplossingen kunt hebben; het moet veelzijdig en stapsgewijs zijn. Beter beheer van water, beter beheer van stikstof, beter beheer van grasland en akkerland, minder vlees eten. Het gaat ook om het eten van voedsel van betere kwaliteit in plaats van de lege voedingsstoffen van bewerkt voedsel. Er zijn duizenden stappen die je tegelijk moet zetten, en dit geldt ook voor energie. Dat klinkt misschien moeilijk en frustrerend, maar het is ook bemoedigend omdat we het probleem op zoveel verschillende manieren kunnen aanpakken."

Zout- en droogtetolerantie
In nieuwe technologieën om basisvoedsel te produceren, ziet Smil niet veel heil. Neem vlees zonder dieren: kweekvlees. Smil: "Denk eens aan de manier waarop kweekvlees momenteel wordt gemaakt, waarbij iemand een piepklein stukje produceert op de laboratoriumtafel en het experimenteel serveert. Het opschalen hiervan zal niet snel gebeuren." Wat wel zoden aan de dijk zet, is via veredeling of genetische modificatie meer droogtetolerantie of meer zouttolerantie te ontwikkelen in de variëteiten van gewassen die we verbouwen.