Gemiddeld gooide iedere Nederlander vorig jaar 33,4 kilo voedsel weg. Dat is nog wel ietsjes minder dan bij de vorige meting in 2019, maar het verschil is minimaal. Zo halen we nooit de doelstelling van 2030: dan mag nog maar 21,6 kilo voedsel in de vuilnisbak belanden - de helft van wat we in 2015 weggooiden. Minister Adema werkt aan specifieke voorstellen.
Maak altijd een lijstje en zet daar ook hoeveelheden op, zoals 400 gram sperziebonen. Lijstjesmakers gooien tot 9 kilo minder voedsel weg
“Goed voedsel is onze eerste levensbehoefte. Als we ons eten verspillen, gooien we ook onnodig geld, water, energie en andere grondstoffen weg. En natuurlijk de waardering voor het vakmanschap van de boer," schrijft minister Piet Adema van LNV in de Kamerbrief bij de nieuwe cijfers over voedselverspilling in Nederland.

Het ministerie werkt samen met het Voedingscentrum en de Stichting Samen Tegen Voedselverspilling aan het tegengaan van voedselverspilling. Iedere 3 jaar vindt een meting plaats. Sinds 2015 is de verspilling bij burgers gedaald met 23%, naar 33,4 kilo per persoon. In 2019 stond de teller op 34,4 kilo. De daling stagneert, constateert de minister, en daarom is "meer actie nodig vanuit de hele voedselketen om de Nederlander te helpen thuis minder voedsel te verspillen."

Lijstjesmakers verspillen tot 9 kilo minder
Dat zal nog niet meevallen, zegt Toine Timmermans, voedselverspillingsexpert bij Wageningen University & Research, in Trouw. "We zijn nu op een niveau beland dat het moeilijker is de verspilling verder te laten dalen. Iedereen is zich er wel van bewust, de quick wins hebben we gehad." Nog altijd zijn brood en deegwaren (6,2 kilo), groente (4,4 kilo), fruit (4,3 kilo), aardappelen (2,8 kilo) en zuivel (2,8 kilo) het meest weggegooide eten. In vergelijking met 2019 worden brood, deegwaren en zuivel minder verspild, maar groente en fruit juist meer, aldus RTL Nieuws.

Dé gouden tip om tot 9 kilo voedsel te besparen? Maak altijd een lijstje en zet daar ook de hoeveelheden op, zoals 400 gram sperziebonen.

Volgens minister Adema is er in de hele voedselketen, van landbouw tot consument, nog veel winst te behalen. Toverwoorden zijn onder meer:
  • kleinere verpakkingen
  • grote bedrijven 'medeverantwoordelijk' maken voor de hele weg die hun producten afleggen (2026)
  • business cases voor 'onvermijdbare reststromen' (denk aan snijresten van aardappelen, groenten en fruit)
  • verwerking tot diervoer
  • circulaire productie van vlees, zuivel en eieren
  • aanpassing van wetgeving (flexibelere regels voor houdbaarheidsdata)

Adema zegt het zo: "Ik zie dat we in de hele keten nog te weinig progressie boeken. Er moet echt een tandje bij om voedselverspilling in 2030 te halveren, want er is van boer tot bord nog veel winst te behalen. [..] Een halvering van de totale voedselverspilling in Nederland levert een enorme winst op. Zo kunnen 2,7 miljoen mensen een jaar eten van het voedsel dat niet wordt verspild en zorgt het voor een reductie aan broeikasgassen van twee tot drie megaton."

Verplicht monitoren
Een belangrijke voorwaarde om die halvering te halen, is weten hoeveel er nu eigenlijk verspild wordt door de voedselverliezen in de landbouw beter te monitoren. De minister verkent ook of het mogelijk is monitoring en rapportage in de keten verplicht te stellen. Samen met aanvullende maatregelen, waar later dit jaar een besluit over wordt genomen, moet dat ervoor zorgen dat in 2030 voedselverspilling in Nederland is gehalveerd, vergeleken met 2015.