Bos legt CO2 uit de atmosfeer vast. Daarom is het beleid om meer bos aan te planten. Het liefst bos met veel verschillende soorten, want dat zou weerbaarder zijn. Canadese onderzoekers onderzochten ruim 29.000 bospercelen en ontdekten dat de sterfte in bossen met een hoge biodiversiteit tot 7 keer zo hoog kan zijn dan in bossen met een beperkte soortenrijkdom. Sterfte betekent dat de CO2 weer vrijkomt.
De onderzoekers publiceerden het nieuws dat in biodiverse bossen vooral jonge bomen snel na hun eerste groei doodgaan in het wetenschappelijke blad PNAS.
De onderzoekers vonden dat er nog te weinig feitelijk onderzoek was gedaan naar de levensduur van bomen in verschillende typen bossen. Juist omdat de gedachte is dat een biodivers bomenbestand beter is, is een feitelijke check gewenst. Om te bepalen welke bossen de meeste CO2 opslaan en gevangen houden bekeken de onderzoekers data over boomsterfte van 29.172 bospercelen in Canada en de VS. Uiteraard ging het hen om bomen die op natuurlijke wijze aan hun einde kwamen en niet om gekapte exemplaren.
Het team ontdekte dat de boomsterfte oploopt naarmate het aantal verschillende soorten binnen een perceel toeneemt. Uitgedrukt in een percentage per jaar, blijkt in de meest diverse bossen 4% van de bomen in gematigde klimaten het loodje te leggen. In de meest homogene bossen constateerden ze een jaarlijkse sterfte van 0,6%. In noordelijke klimaten bleek dat grote verschil veel kleiner, maar relatief wel degelijk groot. De soortenrijke bossen scoren jaarlijks met 1,8% dode bomen ruim 60% slechter dan bossen met een eenzijdige aanplant; de laatste laten een jaarlijkse sterfte zien van 1,1%.
De onderzoekers tekenen aan dat de sterfte in soortenrijke aanplant niet overdreven moet worden omdat dood hout natuurlijke biodiversiteit creëert in flora en fauna. Om die natuurlijke biologische gang van zaken zich tot een vergaand recirculair systeem te laten ontwikkelen, moet echter in honderden jaren en wellicht meer worden gerekend.
In zulke systemen - zoals oerwouden - wordt koolstof in de gang van leven naar dood snel weer gebonden door nieuw leven dat in het complexe ecosysteem aanwezig is. Van dergelijke oude bossen is bekend dat ze weinig CO2 meer opnemen, terwijl boskap wel grote hoeveelheden opgeslagen koolstof de lucht in blaast. Productiebossen slaan echter wel koolstof op en kunnen bijvoorbeeld tot huizen worden verwerkt, waardoor de opgeslagen hoeveelheid opgeslagen blijft zo lang het huis staat of het hout wordt hergebruikt.
De onderzoekers vonden dat er nog te weinig feitelijk onderzoek was gedaan naar de levensduur van bomen in verschillende typen bossen. Juist omdat de gedachte is dat een biodivers bomenbestand beter is, is een feitelijke check gewenst. Om te bepalen welke bossen de meeste CO2 opslaan en gevangen houden bekeken de onderzoekers data over boomsterfte van 29.172 bospercelen in Canada en de VS. Uiteraard ging het hen om bomen die op natuurlijke wijze aan hun einde kwamen en niet om gekapte exemplaren.
Het team ontdekte dat de boomsterfte oploopt naarmate het aantal verschillende soorten binnen een perceel toeneemt. Uitgedrukt in een percentage per jaar, blijkt in de meest diverse bossen 4% van de bomen in gematigde klimaten het loodje te leggen. In de meest homogene bossen constateerden ze een jaarlijkse sterfte van 0,6%. In noordelijke klimaten bleek dat grote verschil veel kleiner, maar relatief wel degelijk groot. De soortenrijke bossen scoren jaarlijks met 1,8% dode bomen ruim 60% slechter dan bossen met een eenzijdige aanplant; de laatste laten een jaarlijkse sterfte zien van 1,1%.
De onderzoekers tekenen aan dat de sterfte in soortenrijke aanplant niet overdreven moet worden omdat dood hout natuurlijke biodiversiteit creëert in flora en fauna. Om die natuurlijke biologische gang van zaken zich tot een vergaand recirculair systeem te laten ontwikkelen, moet echter in honderden jaren en wellicht meer worden gerekend.
In zulke systemen - zoals oerwouden - wordt koolstof in de gang van leven naar dood snel weer gebonden door nieuw leven dat in het complexe ecosysteem aanwezig is. Van dergelijke oude bossen is bekend dat ze weinig CO2 meer opnemen, terwijl boskap wel grote hoeveelheden opgeslagen koolstof de lucht in blaast. Productiebossen slaan echter wel koolstof op en kunnen bijvoorbeeld tot huizen worden verwerkt, waardoor de opgeslagen hoeveelheid opgeslagen blijft zo lang het huis staat of het hout wordt hergebruikt.