‘Opzienbarende koppels zouden met elkaar in debat gaan, kondigde Nieuwe Oogst aan. Organisator Bart Kemp van Agractie en gespreksleider Aart van Cooten hadden de vijf stellingen bedacht en aan de tien debatdeelnemers toebedeeld. Nieuwe inbreng was niet de bedoeling. Op het voorstel van MOB om het over extern salderen van de bouw en (lucht)verkeer met landbouwstikstof te hebben werd niet gereageerd. Vreemd, want het is een cruciaal onderdeel van de conceptstikstofwet die bij de Tweede Kamer ligt. In agrarische vakbladen wordt hierover veel gepubliceerd en gediscussieerd.

Stelling 1: “De grens moet dicht voor voedsel dat niet aan onze eisen voldoet”
Een inkoppertje zou je denken. Het handelsverdrag met Canada werd aangehaald. Jaco Geurts (CDA) gaf toe dat er nu voedsel, dat niet aan de eisen voldoet, uit Canada Nederland binnenkomt via de haven van Antwerpen. Hij doet er, zei hij, alles aan om het onderwerp te agenderen. Wat dat “alles” inhoudt, bleef onduidelijk. De gespreksleider verzuimde de cruciale vraag te stellen: “als hij tegen is, waarom koos het CDA dan toch voor goedkeuring van CETA”. Ook voorzitter Hennie de Haan van de Nederlandse Vakbond Pluimveehouderij stelde deze cruciale vraag niet (ons kent ons?). Jaco Geurts kon makkelijk wegkomen door de Belgen de schuld te geven. Dat was de eerste steek die in het debat viel.

Stelling 2: “In Nederland is geen ruimte voor nog meer natuur”
Het bleek niet de bedoeding dat alle deelnemers aan het debat iets zouden zeggen over alle stellingen. Jammer, want ik had graag meer willen zeggen en ook anderen over andere stellingen gehoord. Dat zal ook bij het publiek zo zijn geweest.
Ik moest tevreden zijn met het inbrengen van een feit. Nederland heeft sinds 100 jaar 85% van zijn biodiversiteit heeft verloren. Voor wat betreft de Habitatrichtlijn - de Europese regelgeving die de omgang met de natuur formaliseert en bindend heeft vastgelegd - hebben wij hebben in Nederland 162 Natura 2000-gebieden, die circa 13% van het oppervlak van Nederland uitmaken. Daarmee zitten we onder het Europees gemiddelde van 17%. Europa wil naar 30%. Ruim een verdubbeling dus. Of willen we dat beetje dat natuur we nog hebben, vangen, opzetten en opbergen in een museum?

Boerenactivist Mark van den Oever (Farmers Defence Force) stelde dat op en rond zijn boerderij best veel dieren aanwezig zijn. De gespreksleider verzuimde om te vragen of hij de varkens in zijn stallen bedoelde of rondom zijn boerderij. Van den Oever ontkent dat de biodiversiteit terugloopt. “In de praktijk zien we iets anders”, zegt hij; “Het aantal insecten is in de laatste jaren toegenomen.”

Van den Oever ontkent glashard de resultaten van studies van universiteiten in Nederland en omringende landen die laten zien dat het aantal insecten dramatisch terug is gelopen als gevolg van een aan-tal oorzaken waaronder pesticiden spuiten. Hij stelde dat er tegenwoordig veel minder wordt gespoten. Op de stelling van ondergetekende dat het vaak voorkomt dat Nederlandse aardappelen 20 maal in één seizoen worden bespoten met verdelgingsmiddelen voordat ze bij de consument belanden had hij geen duidelijk verweer. Het feit dat glyfosaat diep in Natura 2000-gebieden systematisch wordt aangetroffen wordt volgens Mark niet veroorzaakt door de akkerbouw maar door honden die door hun baasjes worden uitgelaten. De gespreksleider liet deze flauwekul gewoon over zijn kant gaan en Mark mocht nog even het Farmer Friendly-keurmerk aanprijzen alsof dit de stikstofproblematiek zou kunnen oplossen én de boer aan een goed inkomen zou kunnen helpen. Het is een mooi, maar onrealistisch initiatief om de Nederlandse boer wat meer te laten verdienen. Maar als het een vijfde van zijn kosten beter zou dekken, dan nog is hij nog steeds niet geholpen. “Farmer Friendly” gaat pas werken als het een Europees keurmerk wordt. Immers, van onze totale productie gaat 80% naar het buitenland. Wat zou u tegen minister Schouten willen zeggen, vroeg de gespreksleider nog. "Dat heb ik in een aantal brieven naar haar duidelijk gemaakt", zei ik, "en dat waren geen liefdesbrieven".

Stelling 3: “Dieren hebben het goed in Nederland. Stop met projecteren van menselijke beleving op het dier”
Deze stelling is een stokpaardje van Bart Kemp. Laura Bromet was uitgenodigd voor dit onderwerp. Waarom niet iemand van Wakker Dier, de Partij van de Dieren of Animal Rights? Bromet stelde dat "we in Nederland voorop lopen als het gaat om dierenwelzijn. En dat moet zo blijven", zei ze. "Daarom moeten we het steeds beter doen. Dit betekent echter dat je altijd duurder uit bent dan concurrenten in het buitenland." Daar had zij geen oplossing voor. “Je kunt niet groen doen en rood staan”, werd een paar keer gezegd.
Bart Kemp vindt nog steeds dat we teveel met de menselijke beleving naar dieren kijken: dieren kiezen er vaak zelf voor om binnen te zijn...
Waarom greep de gespreksleider niet in door bijvoorbeeld te verwijzen naar de door je ziel snijdende beelden van nertsenfarms waar heel veel dieren in kleine kooien gevangen zitten? Ze zijn enkele malen op het journaal te zien geweest.

Of denk aan de varkenshouderij waar consumenten denken dat ze met 1-ster dieren een wereld van verbetering voor het varken kopen. In werkelijkheid zijn de verschillen met gangbare industrievarkens erg klein. Echte stappen vooruit blijven uit. Of denk aan het gesleep met kalveren door West-Europa. De Nederlandse kalverhouderij heeft nagenoeg een monopolie op dit gebied en is een multinational geworden die vlees verkoopt tot in Japan.
Dat kan alleen door het gesleep met kalveren, een zaak die in tijden waarin microbiologische besmettingen hoog op de agenda staan, dringend besproken zou moeten worden. De gespreksleider leek te zijn geïnstrueerd om de kritische vragen, die in het maatschappelijk debat leven, niet te stellen.

Stelling 4: “Minder dieren in Nederland? De wereld vraagt eerder om méér dan minder voedsel”
Tjeerd de Groot wil minder vee en dus minder export van (fysieke) producten en meer export van kennis. Dus de groeiende wereldbevolking voeden door boeren in het buitenland in staat te stellen meer en beter te produceren. Jan-Cees Vogelaar wil gewoon meer fysieke export.
Vogelaar ontkende het stikstofprobleem (nog steeds). De rekenmodellen deugen niet, zei hij voor de zoveelste keer. Zowel de gespreksleider als Tjeerd de Groot verzuimden om hem te wijzen op het debacle van zijn presentatie in Nieuwspoort waarin hij beweerde te zullen aantonen dat de berekeningen van het RIVM totaal niet zouden deugen. In die presentatie beweerde hij destijds dat de meeste stikstof wordt veroorzaakt door transport en vaarwegen. Dat bleek niet te kloppen, zodat hij nogal afging. Daarop leek hij een tijdje ondergedoken om het debacle over te laten waaien. Nu doet hij alsof iedereen zijn flater inmiddels vergeten is; en daar lijkt het ook op.
Vogelaar draait discussies graag om en daarmee weg van de kern van het debat. Plompverloren beweert hij dat "een vegetariër heeft twee varkens nodig heeft om de reststromen van een plantaardig menu op te eten." Dat dieren gevoerd worden met zulke resten is niet onwaar, maar het is niet waar dat er méér dieren nodig zijn om significant plantaardiger te kunnen eten. Daar is door de universiteit van Wageningen uitgebreid aan gerekend door Imke de Boer.

Stelling 5: “Een ander voedselsysteem? Dat betekent een hogere prijs voor de consument”
Joris Lohman noemde de Tegenlicht-uitzending van afgelopen zondag over boeren in de toekomst om vervolgens over te gaan tot de stelling dat boeren meer geld moeten krijgen voor hun producten. Dat vinden ze allemaal. Die al sinds de jaren ’80 van de vorige eeuw weer opgekomen stelling, is volgens zowel Boerderij als Boerenbusiness de belangrijkste conclusie van het debat. Over hoe je dat voor elkaar krijgt verschilt men echter al even lang van mening. "Ook mensen met een kleine beurs moeten een stukje vlees en verse groeten kunnen kopen, eens per week" zei Tweede Kamerlid Helma Lodders (VVD). Nee, eten moet duurder worden, vond Joris Lohman.

Het bleek het slaapverwekkende slot van een zouteloos en geregisseerd “debat”.

Conclusies:
1. Van een zogenaamd “debat” zoals aangekondigd was geen sprake.
2. Het rampzalige voorstel van minister Schouten voor de stikstofwet, dat naar der Tweede Kamer is gestuurd, stond (bewust?) niet op de agenda .
3. Dat deze wet rampzalig zal gaan uitpakken voor de natuur én de boer stond (bewust?) niet op de agenda en kwam evenmin ter sprake
4. Dat “extern salderen”, dat een tweede PAS is (PAS 2.0) is, kwam niet aan de orde terwijl dit toch “hot” is, ook bij boeren, omdat dit zal leiden tot uitverkoop van boeren: stoppende boeren profiteren, de blijvers hebben het nakijken. Zie de landbouwbladen. Is niet aan de orde geweest.
5. Dat circa 4.000 boeren zonder vergunning zitten, dat dit niet in de nieuwe stikstofwet is “geregeld”, dat hieruit blijkt dat VVD/CDA deze boeren laten vallen, is niet aan de orde geweest.
6. De panelleden die waren gevraagd om in debat te gaan met de landbouwvertegenwoordigers waren zodanig gekozen dat ze niet echt thuis waren op het betreffende gebied.
7. De gespreksleider was kennelijk geïnstrueerd om bepaalde netelige vragen niet te stellen of een discussie in die richting af te kappen. Hij wordt tenslotte door Agractie betaald. Doorgestoken kaart dus.

Rest me op te merken dat Agractie financieel door het ministerie LNV gesteund wordt. Dat de nieuwe stikstofwet dan uit de wind moet blijven, begrijp ik wel.

UPDATE 19 oktober 12u55

Bart Kemp, voorzitter van Agractie, ontkent met kracht enige financiële bijdrage te hebben ontvangen van LNV voor het Boer & Bestuurder-debat. Tevens ontkent hij dat er sprake geweest is van taboes en regie in het debat, noch van de zijde van LNV, noch van de zijde van Agractie. Wel erkent hij dat Vollenbroek heeft verzocht extern salderen als debatonderwerp te agenderen. De organisatie heeft echter niet van de opzet van het debat willen afwijken, omdat zij de geagendeerde onderwerpen minstens zo relevant vond.


vlnr: Vollenbroek, Van Cooten, Van den Oever


Het debat is hier in zijn geheel na te luisteren.
Vlnr: Vollenbroek, Van Cooten, Van den Oever


Vollenbroek is uiterst scherp over de manier waarop de overheid omgaat met het stikstofdossier. Het nieuwe wetsvoorstel van minister Schouten - de opvolger van het Programma Aanpak Stikstof (PAS) dat hij in het voorjaar van 2019 bij de Raad van State doorgehaald wist te krijgen - typeerde hij in Tubantia als de 'prestaties van een kleuterklas'.

Dit artikel afdrukken