'De provincie mag boeren verplichten oude stallen aan te passen', schrijft de provincie Noord-Brabant op de site naar aanleiding van de tussenuitspraak van de rechtbank in Den Haag. Volgens de provincie blijkt uit de uitspraak dat Noord-Brabant scherpere stikstofeisen mag stellen aan zowel bestaande stallen als nieuwe stallen. Wel vindt de rechtbank het "nog onduidelijk of er onevenredig zware gevolgen zijn voor individuele gevallen."

De rechtbank vraagt zich bovendien af of partijen nog verder willen procederen, "gelet op de wijziging van de IOV [de 'interim omgevingsverordening', CJ] die recent in procedure is gebracht." Het geschil wordt doorverwezen naar de rolzitting van 26 augustus. "Partijen moeten dan aangeven of zij door willen procederen en zo ja, op welke wijze en welk belang ze hebben."

'Teleurgesteld'
ZLTO is teleurgesteld over de tussenuitspraak, blijkt uit het bericht van de organisatie op de site. "We vinden het jammer dat de rechter het in beginsel acceptabel vindt om de eisen voor stalaanpassingen van 2028 naar voren te halen. Dit was voor ZLTO de inzet van en aanleiding voor deze rechtszaak tegen de provincie Noord-Brabant."

Toch ziet de organisatie genoeg aanknopingspunten voor een vervolg. Die formuleert ZLTO als volgt:

  • De scherpere eisen heeft de provincie uit voorzorg versneld mogen invoeren.

  • De provincie heeft echter niet aangetoond dat alle veehouders verplicht aan de strengere eisen moeten voldoen.

  • De provincie had bij het beleid moeten betrekken dat niet elk bedrijf (relevant) effect heeft op Natura 2000-gebieden en dat elk gebied andere stikstofdoelstellingen heeft.

  • De investeringen van boeren moeten opwegen tegen de effecten voor Natura 2000-gebieden en daarbij moet in acht worden genomen of er compensatie wordt geboden.

  • Voor de individuele deelnemers moet in een vervolgprocedure beoordeeld worden of in hun geval de investeringen opwegen tegen de effecten voor de natuur.

'Sinds het besluit van 2017 is in Noord-Brabant een nieuw college aangetreden, met daarin oud-ZLTO-directeur Elies Lemkes. ZLTO reageerde verheugd: "In het Brabantse coalitieakkoord ‘Samen, Slagvaardig en Slim: Ons Brabant’ van VVD, Forum voor Democratie, CDA en Lokaal Brabant is de balans voor boeren in evenwicht gebracht. Daarmee lijkt de realiteitszin in het Brabantse bestuur teruggekeerd, zonder daarbij het duurzaamheidskompas van de agrarische sector uit het oog te verliezen."

Het nieuwe college verschoof de ingangsdatum van de stalaanpassingen naar 1 januari 2024. Mede dankzij de lobby in het provinciehuis. Maar het is nog altijd een 'bittere pil', aldus ZLTO. Het doel van de bodemprocedure, "het van tafel krijgen van de datum voor het aanpassen van stallen in de interim omgevingsverordening en terug te brengen naar 2028, zoals oorspronkelijk was afgesproken met de provincie", is immers niet bereikt.

Bovendien vindt ZLTO dat het beleid in Noord-Brabant nog altijd een 'stuk strenger' is dan de aangekondigde landelijke maatregelen.

Dat blijft onrechtvaardig voelen; te meer omdat we vanuit het meerjarenplan ‘Boeren hebben een oplossing’ heel nadrukkelijk een bijdrage leveren aan een gestaag dalende uitstoot van stikstof. Die verantwoordelijkheid voelen wij heel nadrukkelijk. ZLTO en haar leden onderkennen de noodzaak om het stikstofprobleem aan te pakken, maar vinden dat de rekening nu vooral bij boeren wordt gelegd. Naast de provinciale aanpak hebben zij ook te maken met landelijke maatregelen, zoals de actuele voermaatregel. Veel veehouders zullen de komende jaren een keuze moeten maken tussen risicovol blijven investeren of met pijn in het hart stoppen.

ZLTO gaat er dan ook vanuit dat "de provincie deze (tussen)uitspraak in overleg met de sector gaat betrekken bij de behandeling van de Interim-Omgevingsverordening, waar de veehouderijregels definitief zullen worden vastgelegd." Daarnaast beraadt ZLTO zich (met de individuele deelnemers in de rechtszaak, die namens alle ZLTO-leden hun nek uitsteken) op de vervolgstappen. Uiteraard zal ZLTO het overleg met de provincie ondertussen voortzetten. Dat heeft er immers al toe geleid dat het nieuwe college "meer oog en oor heeft" voor de knelpunten waar de Brabantse boeren tegenaan lopen.

Standpunten van ZLTO voor een ander stikstofbeleid voor boeren en tuinders
ZLTO vindt dat:
  • De gemaakte afspraken door de provincie Noord-Brabant nagekomen moeten worden, waardoor stallen in 2028 aangepast moeten worden.

  • De provincie Noord-Brabant met haar stikstofbeleid moet aansluiten bij de landelijke aanpak.

  • Agrarische bedrijven alleen afgerekend kunnen worden op emissies en niet deposities.

  • Alle economische sectoren moeten hun eigen verantwoordelijkheid nemen in terugdringen van stikstofemissies.

  • Agrariërs moeten evenals andere economische actoren kunnen profiteren van hun investeringen, bij interne en externe saldering.

  • Er een oplossing moet komen voor alle veehouders en tuinders die nog geen Wet Natuurbescherming vergunning hebben, maar die dit door de Raad van State uitspraak wel nodig hebben.

  • Het beweiden en bemesten van boerenland weer vergunningvrij wordt.

  • Agrariërs een structurele bijdrage kunnen leveren aan de reductie van stikstof, dit moet echter wel betaalbaar zijn en het tijdspad dient realistisch te zijn. Daarbij gaat het niet alleen om stalmaatregelen maar ook over managementmaatregelen en aanwending.

  • Per gebied een goede balans tussen natuur, wonen, infrastructuur en landbouw moet worden gevonden door middel van een gebiedsgerichte aanpak. Structuurversterking landbouw moet onderdeel zijn van de gebiedsaanpak.
Dit artikel afdrukken