De site baseert zich op een artikel in Nutrition and Cancer dat de vraagstukken signaleert: de (over)macht van de media die graag met een eenvoudige boodschap 'de' oplossing presenteren en daarbij voorbijgaan aan de complexiteit of juist beperktheid van bepaalde bevindingen: er is een 'miracle food' ontdekt. Daarbij wordt dan voor het gemak maar volstrekt voorbij gegaan aan het feit dat mensen nooit één geïsoleerd voedingsmiddel of nutriënt eten. Ze nemen dat wel graag en snel aan, maar eten in de praktijk altijd een combinatie van allerlei voedingsmiddelen, waarvan veel minder goed bekend is wat dat doet voor hun risico op kanker, hun lichaamsgewicht of algehele gezondheid: "In de dagelijkse werkelijkheid leven we niet op een enkel voedingsmiddel. We eten meerdere keren per dag maaltijden die uit een aanzienlijke hoeveelheid voedingsmiddelen bestaan".
Als voorbeeld voeren de onderzoekers een studie aan waarin bewezen wordt dat de flavonoïden in rode ui het risico op eierstokkanker verlagen. Deze studie werd als een 'feit' op de Amerikaanse televisie gepresenteerd. Maar de onderzoekers weten zonder al te veel moeite meerdere studies te vinden die de resultaten van dit onderzoek in twijfel trekken: "Een verminderd risico op eierstokkanker in relatie tot een verhoogde inname van ui werd in één case-control onderzoek gevonden. Maar drie prospectieve studies vonden geen associatie tussen ui-consumptie en eierstokkanker." Overigens blijken in diverse soorten witte en gele uien nog meer flavonoïden te zitten dan in rode.
De experts onderstrepen het belang van betere publieksinformatie en over de mogelijke effecten van iemands totale dieet op zijn of haar kankerrisico. "Als we de potentieel gunstige preventieve werking van wat we eten evalueren, moeten we ook alles wat we eten in overweging nemen, net als andere leefstijlfactoren zoals lichamelijke activiteit en de mogelijke invloed van genetische en epigenetische factoren." Sommige voedingsmiddelen kunnen elkaars effect op iemands gezondheid versterken of juist opheffen. Iemands genetische opmaak kan van invloed zijn op hoe hij of zij op bepaalde voeding reageert. Helaas. De simpelste waarheid blijft: eet heel gevarieerd.
Fotocredits: Red Onion, uitsnede, Peter Adermark
Op 6 december krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
het is zo complex:
de lezer wil het in hapklare brokken en hij leest niet zorgvuldig of alles. De volledige interesse en tijd ontbreken.
De boodschapper daarentegen wil het bericht zo heftig mogelijk verkopen. Het liefst in telegraafletters, met schade- en schandeverhalen opgeleukt. De nuance moet plaats maken voor een wild verhaal in marketingtaal.
Er zijn weinig loslopende consumenten die de tijd nemen om een heel artikel te lezen en zich erin te verdiepen. Zichzelf vragen te stellen enz.
Ik ben dietist, ik ben intrinsiek geinteresseerd.
Als ik iets lees over voeding of gezondheid wat nog nieuw is voor me, raadpleeg ik ook de theorie erbij: hoe zat het ook alweer? van wie is het bericht afkomstig? enz.
De massa wil gewoon geinformeerd worden.
Ik ben een vrouw van de praktijk, ik denk al snel : hoe vertaalt zich dat in de praktijk?
is het relevant in ons dagelijks leven? wat heeft de doelgroep er aan? What's in it for me?
De meeste voedingsberichten zijn van de categorie: dat microgrammen van een stofje de kans op beenkanker met 6 % verlaagt, dat is leuk.
Als dat betekent dat je elke dag een pond biefstuk moet eten om dat te halen gaat de lol er snel vanaf. En als de inspanningen met je voeding in 1 klap teniet wordt gedaan door bv. te roken moet dat de lezer ook verteld worden. Maar ja.. die zijpaden passen niet in de snelle wereld.
Zie de legendarische combi: roken en superfoods slikken.
En: gezondheid en de KANS op ziekte in getallen is voor veel consumenten ongrijpbaar en ver van hun bed.
Complex dus: hoe bereik je de lezer goed zonder afbreuk te doen aan het ware verhaal?
Ik heb er geen antwoord op, maar ik zie wel hoe consumenten zich laten leiden en leefstijlkeuzes maken.
#10: dat klopt, er zijn individuele en context-gebonden verschillen. Wat niet wegneemt dat er algemeen geldende zaken zijn.
Je selenium-voorbeeld maakt daarnaast een wringende schoen voelbaar: wie weet/ houdt in de gaten hoeveel micronutriënten onze voeding bevat, of dat afneemt/ varieert en wat daarom onze aanvullende behoefte is (een behoefte waarover de meningen vaak verschillen)?
Voor jou extra interessant voorbeeld van 'supervoeding': cacao bewijst steeds meer haar waarde - ook in samenspel met andere 'stoffen'. Zoals met probiotica.
Probiotica (goede darmbacteriën) floreren op cacao, en breken de vezels van cacao af in waardevolle stoffen. Finley - de hoofdonderzoeker - begint zijn dag tegenwoordig met havermout en cacaopoeder (ik zou er bifidusyoghurt bijnemen ;)... hij heeft ook veel oog voor synergetische effecten, zie hier.
De gezondheidswaarde van een stof kan alleen in een context benoemd worden, lijkt me zo maar. Omdat er in Beieren weinig selenium in de grond zit heeft een product met een hoge waarde aan selenium daar zin. En visoliepillen is onzin voor de gemiddelde inwoner van IJsland. De wedstrijd tussen de hele voeding of een extract vind ik ook een nondiscussie. Niemand wil toch zijn hele voedingsbehoefte uit pillen halen en elke dag vers is knap lastig als je een week op zee zit of hoog in de bergen.
Wat ik wel een leuke vraag vind en daar is goed onderzoek aan te doen is bekijken welke vorm van vers of bewerkt of supplement het effectiefste wordt opgenomen. Iets door je keel krijgen is nog niet hetzelfde als effectief opnemen. Waarschijnlijk wordt een stof binnen een bepaalde voedingsmatrix anders, beter of slechter, opgenomen dan in zijn pure vorm. En dat zal dan ook wel weer per stof verschillen. Daar is werk te doen tussen wetenschap en productie en gezondheidswinst te halen voor ons allemaal. Zullen we het daar eens over hebben?
Wouter, er bestaan een aantal supergezonde producten met hoge concentraties aan micro nutriënten. Denk bijv. aan algen en acerola kers (er zijn er veel meer). Van deze producten is aangetoond dat ze ook in 'pil hoeveelheden' een heilzaam effect hebben.
Om in een pil ook minimale hoeveelheden broccoli- en dadel extract te stoppen en daarvan een heilzame werking te verwachten? Mogelijk dat deze uiterst kleine hoeveelheden toch mRNA mee helpen 'triggeren' maar ik verwacht er weinig van.
Kun je me vertellen hoeveel glucosinolaat er in 0,1 gram broccoli extract theoretisch kan zitten en of dit extract daarbij ook de benodigde enzymen bevat om glucosinolaat om te zetten in sulforafaan?
Is dat een zinvolle wijze om een wekelijkse consumptie van 300 gram broccoli met bijv. Provençaalse kruiden of masala-kerriesaus te vervangen? Of is het een zinvolle aanvulling daarop?
Is één gedroogde dadel niet veel werkzamer dan 0,01 gram in een pil?
@Frank, Peneloope, wij zijn bij ons op de zaak wel bezig met 'pillen', mengsels van extracten, gevriesdroogde groente en superfoods erbij. Natuurlijk is wat mij betreft uit-de-natuur. Meer op een ander moment voor de zomer.