Zo luidt de kortst mogelijk samenvatting van een must read in de Volkskrant van Rineke Voogt. Denk je aan natuurbescherming en met uitsterven bedreigde dieren, dan denken we al gauw aan de witte neushoorn, de reuzenpanda of de Amoer-tijger. Maar is dat wel terecht?

Nee, stelt bioloog Ernest Small. Hij vindt dat we verkeerde prioriteiten leggen in de natuurbescherming door onze emotionele voorkeuren prioriteit geven. Volgens hem 'verfraaien we de biodiversiteit door de knappe dieren te beschermen, maar vergeten we de rest', schrijft Voogt. We trekken de verhoudingen scheef, zoals ook blijkt uit de Rode Lijst van de internationale unie voor natuurbescherming (IUCN). Daarop staan 1.200 zoogdiersoorten, een kwart van alle zoogdieren. Er staan ook 600 insecten op de lijst, maar feitelijk weten we maar van 800 insectensoorten hoe zij er aan toe zijn - van de 1.000.000 insectensoorten op aarde. Ook amfibieën, vissen en vooral al die overige ongewervelde waterbewoners komen aandacht te kort.

Reden voor de Britse bioloog en schrijver Simon Watt de Ugly Animal Preservation Society op te richten. Onder het motto: 'we can't all be pandas'.

Paraplusoorten
Maar hebben de dierenbeschermers het zo mis? "Veel van de gekozen soorten zijn groot en hebben gigantische arealen nodig. Als die worden beschermd, dan biedt dat meteen ook een veilig leefgebied voor andere soorten en ecosystemen", zegt Patrick Jansen, Wageningen UR en Smithsonian Tropical Research Institute, Panama in De Volkskrant. Ook kan een slim gekozen boegbeeld helpen de boodschap te verfraaien. Zo verhaalt Jansen van de kleurrijke moerasparelmoervlinder, uitgestorven in 1982. Er zijn plannen om deze kieskeurige, maar populaire, vlinder terug te halen. "En dat vergt het herstel van blauwgraslanden, inclusief talloze zeldzame plantensoorten die vaak helemaal niet zo charismatisch zijn."

Hoe kiezen natuurbeschermingsorganisaties hun iconen? Op de eerste plaats staat de rol die het dier speelt in het ecosysteem. Paraplusoorten of dieren die een sleutelrol spelen in de voedselketen maken meer kans dan kleinere soorten die naast elkaar bestaan. Daarnaast speelt de 'icoonwaarde' een rol. "Een charismatische soort kiezen is belangrijk. Met die dieren kun je verhalen vertalen. Het dier staat symbool, en dat werkt om fondsen te werven en te lobbyen", zegt Kristen Schuyt van het WNF.

Hoe erg is uitsterven?
De verschillende gesprekspartners van Voogt zijn het over één ding eens: het moet niet enkel om soorten gaan. Focussen op gebieden of ecosystemen heeft meer effect. Maar gebiedsbescherming is nog lastiger dan het beschermen van een enkele diersoort. En hoe erg is het dan als er eens eentje uitsterft? Naar schatting is 99% van alle diersoorten die ooit op aarde geleefd hebben in de loop der tijd ook weer uitgestorven. Er zijn nu nog maar 5 noordelijke witte neushoorns op de wereld. "Verandert er iets aan het ecosysteem als de witte neushoorn weg is? Vast, maar iemand anders eet het gras wel op. De wereld blijft wel draaien. Maar dat hij verdwijnt, komt door ons toedoen. Dat vinden we erg", zegt Han Lindeboom, hoogleraar mariene ecologie en directielid wetenschap van Imares Wageningen UR.

'Onknuffelbaar'
En daarom is het misschien toch verstandig om eens verder te kijken dan de olifant, neushoorn of panda. Want er zijn zoveel andere, in de natuur heel functionele dieren die bescherming verdienen. Voogt licht een viertal 'onknuffelbare' dieren uit. Kies maar: 'Red het schubdier, de kikker, de zeekoe of de slijmprik'?

Fotocredits: slijmprik, Peter Southwood, via Wikimedia
Dit artikel afdrukken