Vanaf 1 oktober a.s. kun je in Nederland E10 benzine tanken. Dat mag duurzamer heten. Volgens de Telegraaf moeten liefhebbers van oude auto's oppassen; de nieuwe brandstof kan oudere motoren schaden. Maar er kleven ernstiger zorgen aan. Biobenzine, in de EU vooral gesynthetiseerd uit het landbouwgewas koolzaad, bedreigt de voedselzekerheid en versnelt klimaatverandering.
De foldertjes gaan opeens in het rond. Stilzwijgend worden in Nederland en de rest van Europa autobrandstoffen geïntroduceerd die 'beter zijn voor het milieu', zoals onze overheid het formuleert.
In dezelfde Telegraaf die waarschuwt tegen E10, maakt columnist Nausicaa Marbe zich - terecht - druk over het flagrante milieuschandaal van houtstook in onze kolencentrales. Daar is inmiddels ook de Commissie Remkes (stikstof) kritisch over dankzij de scherpe kritiek van MOB, een van de NGO’s die het PAS liet vallen, op houtstook.
Even absurd is echter het rijden op E10 of straks zelfs op E85. Dat zijn 'synthetische' benzines die zijn gewonnen uit voornamelijk plantaardige biomassa. Het getal geeft het percentage biobrandstof aan dat met het oorspronkelijke, fossiele aardolieproduct is vermengd.
Als we alle in 2050 alle teeltbare biomassa omzetten in energie, rekende Duijnhouwer voor, dan dekt dat maar 20% van het verwachte energieverbruik. Om in Nederland alleen al 10% van de transportbrandstof bij te mengen met biobrandstof is meer dan 30% van de totale oppervlakte van Nederland nodig. Het Platform Groene Grondstoffen in Nederland dacht eind vorig decennium nog dat Nederland in 2030 30% van zijn totale energiebehoefte uit biofuels zou moeten kunnen halen.
Nog maar 60 oogsten
Biofuels in je tank zijn uit den boze omdat ze niet beter zijn voor het klimaat. De uitgestoten koolstof blijft permanent in omloop, terwijl de uitdaging is die voor lange tijd te binden. Daar komt nog eens bij dat we al de grootste moeite hebben om de landbouw voor voedsel in de benen te houden zonder bodems te vernielen. Volgens de FAO (in 2014) lijkt het erop dat er wereldwijd nog maar zo'n 60 oogsten op het huidige niveau uit de grond te trekken zijn. Als we ook nog eens energie van akkers gaan halen en er onze energiehuishouding op gaan baseren (lees: 'van het gas en van de olie gaan', iets waar Bill Gates onlangs tegen waarschuwde in de Financial Times) zal het uiteindelijk onze voedselzekerheid ernstig kunnen bedreigen.
Daarom ontstond in 2015 een felle discussie: toch maar niet? Eind 2018 protesteerden bovendien 800 experts tegen het gebruik van biomassa voor energie-opwekking zoals de Europese Unie die zich heeft voorgenomen om aan de klimaatdoelstellingen van Parijs te voldoen. Toch maar niet dan?
Stille politieke werkelijkheid
Omdat politieke doelstellingen moesten worden gehaald, werd niet naar de duidelijke wetenschappelijke kennis geluisterd, zodat het toch-maar-wel werd.
Inmiddels is het zover en wordt politiek praktijk. Stilzwijgend tank je opeens 'klimaatbenzine' en 'klimaatdiesel' (B7) en (XLT) en heet die 'beter voor het milieu'. Wie niet beter weet, heeft voortaan een goed gevoel aan de pomp. Toekomstige generaties, en mogelijk iedereen die nog 10 tot 30 jaar te leven heeft zullen met zekerheid spijt gaan krijgen van dit ‘duurzame’ beleid.
De stilte waarmee de nieuwe brandstoffen worden ingevoerd valt op, als je weet dat er dit voorjaar een proces is gestart tegen het op biomassa gebaseerde energiebeleid van de Europese Commissie. Dat gaat weliswaar alleen over houtstook, maar de basale logica verschilt nauwelijks van de landbouwgewassen - in de EU hoofdzakelijk koolzaad, die mooie intens gele velden - die worden geraffineerd voor gebruik in de E10 en E85 benzines.
Hoe het kon gebeuren? In 2007 besloot de EU dat biomassa uit de zogeheten korte koolstofketen, duurzaam mocht heten. Dat was voordat we goed gingen begrijpen - het IPCC weet inmiddels beter - dat die korte keten niets doet aan de broodnodige vastlegging van het overschot aan vrije CO2 in de atmosfeer. Het teveel aan vrije deeltjes in gasvorm (zo'n 100-150 ppm) verpest het klimaat.
'Duurzaam' vliegen
Als je de motoren van een vliegtuig er goed op afstelt, kun je op plantaardige kerosine ook vliegen. En dat gebeurt dan ook. Het heet duurzaam en vooral BP is er al jaren hartstikke trots op (zie de foto hieronder), want de klant wil vliegen maar het moet wel duurzaam heten. In werkelijkheid is het te gek voor woorden. Gelukkig kun je met veelvuldig plantaardig vliegen 'Parijs' niet helpen halen: vliegverkeer is buiten de klimaatafspraken gehouden om deze groeiende economische sector niet al te veel te storen en die zichzelf te laten verduurzamen; en dat gebeurt kennelijk net zo volop als langs de weg. Tuurlijk, er wordt ook gewerkt aan zuinige toestellen zoals dit Nederlandse toestel dat de passagiers in de vleugels zet.
In dezelfde Telegraaf die waarschuwt tegen E10, maakt columnist Nausicaa Marbe zich - terecht - druk over het flagrante milieuschandaal van houtstook in onze kolencentrales. Daar is inmiddels ook de Commissie Remkes (stikstof) kritisch over dankzij de scherpe kritiek van MOB, een van de NGO’s die het PAS liet vallen, op houtstook.
Even absurd is echter het rijden op E10 of straks zelfs op E85. Dat zijn 'synthetische' benzines die zijn gewonnen uit voornamelijk plantaardige biomassa. Het getal geeft het percentage biobrandstof aan dat met het oorspronkelijke, fossiele aardolieproduct is vermengd.
Ieder serieus gebruik van biofuels is een slecht idee omdat er nooit genoeg van zal zijn, terwijl de teelt ervan ons letterlijk brodeloos maaktOnder de titel 'Bezet eens een biodieselfabriek' schreef Jopie Duijnhower in 2015 een heldere analyse over biofuels van de eerste, tweede en derde generatie die vandaag nog even relevant en trefzeker is als toen. De conclusie van Duijnhouwers tekst is eenvoudig samen te vatten. Ieder serieus gebruik van biofuels is een slecht idee omdat er nooit genoeg van zal zijn, terwijl de teelt ervan ons uiteindelijk letterlijk brodeloos maakt.
Als we alle in 2050 alle teeltbare biomassa omzetten in energie, rekende Duijnhouwer voor, dan dekt dat maar 20% van het verwachte energieverbruik. Om in Nederland alleen al 10% van de transportbrandstof bij te mengen met biobrandstof is meer dan 30% van de totale oppervlakte van Nederland nodig. Het Platform Groene Grondstoffen in Nederland dacht eind vorig decennium nog dat Nederland in 2030 30% van zijn totale energiebehoefte uit biofuels zou moeten kunnen halen.
Nog maar 60 oogsten
Biofuels in je tank zijn uit den boze omdat ze niet beter zijn voor het klimaat. De uitgestoten koolstof blijft permanent in omloop, terwijl de uitdaging is die voor lange tijd te binden. Daar komt nog eens bij dat we al de grootste moeite hebben om de landbouw voor voedsel in de benen te houden zonder bodems te vernielen. Volgens de FAO (in 2014) lijkt het erop dat er wereldwijd nog maar zo'n 60 oogsten op het huidige niveau uit de grond te trekken zijn. Als we ook nog eens energie van akkers gaan halen en er onze energiehuishouding op gaan baseren (lees: 'van het gas en van de olie gaan', iets waar Bill Gates onlangs tegen waarschuwde in de Financial Times) zal het uiteindelijk onze voedselzekerheid ernstig kunnen bedreigen.
Daarom ontstond in 2015 een felle discussie: toch maar niet? Eind 2018 protesteerden bovendien 800 experts tegen het gebruik van biomassa voor energie-opwekking zoals de Europese Unie die zich heeft voorgenomen om aan de klimaatdoelstellingen van Parijs te voldoen. Toch maar niet dan?
Stille politieke werkelijkheid
Omdat politieke doelstellingen moesten worden gehaald, werd niet naar de duidelijke wetenschappelijke kennis geluisterd, zodat het toch-maar-wel werd.
Inmiddels is het zover en wordt politiek praktijk. Stilzwijgend tank je opeens 'klimaatbenzine' en 'klimaatdiesel' (B7) en (XLT) en heet die 'beter voor het milieu'. Wie niet beter weet, heeft voortaan een goed gevoel aan de pomp. Toekomstige generaties, en mogelijk iedereen die nog 10 tot 30 jaar te leven heeft zullen met zekerheid spijt gaan krijgen van dit ‘duurzame’ beleid.
De stilte waarmee de nieuwe brandstoffen worden ingevoerd valt op, als je weet dat er dit voorjaar een proces is gestart tegen het op biomassa gebaseerde energiebeleid van de Europese Commissie. Dat gaat weliswaar alleen over houtstook, maar de basale logica verschilt nauwelijks van de landbouwgewassen - in de EU hoofdzakelijk koolzaad, die mooie intens gele velden - die worden geraffineerd voor gebruik in de E10 en E85 benzines.
Hoe het kon gebeuren? In 2007 besloot de EU dat biomassa uit de zogeheten korte koolstofketen, duurzaam mocht heten. Dat was voordat we goed gingen begrijpen - het IPCC weet inmiddels beter - dat die korte keten niets doet aan de broodnodige vastlegging van het overschot aan vrije CO2 in de atmosfeer. Het teveel aan vrije deeltjes in gasvorm (zo'n 100-150 ppm) verpest het klimaat.
'Duurzaam' vliegen
Als je de motoren van een vliegtuig er goed op afstelt, kun je op plantaardige kerosine ook vliegen. En dat gebeurt dan ook. Het heet duurzaam en vooral BP is er al jaren hartstikke trots op (zie de foto hieronder), want de klant wil vliegen maar het moet wel duurzaam heten. In werkelijkheid is het te gek voor woorden. Gelukkig kun je met veelvuldig plantaardig vliegen 'Parijs' niet helpen halen: vliegverkeer is buiten de klimaatafspraken gehouden om deze groeiende economische sector niet al te veel te storen en die zichzelf te laten verduurzamen; en dat gebeurt kennelijk net zo volop als langs de weg. Tuurlijk, er wordt ook gewerkt aan zuinige toestellen zoals dit Nederlandse toestel dat de passagiers in de vleugels zet.
Fotocredits: Delta Airlines en BP, Airbus
Dit artikel afdrukken
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 april krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 april krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
Het argument dat biofuel niet goed is omdat de uitgestoten CO2 "permanent in omloop" blijft, lijkt me strikt genomen onjuist. Het haalt twee zaken door elkaar:
- Een kringloop waarin koolstof permanent in omloop is.
- Oorzaken waardoor de kringloop een opwaartse spiraal wordt en de netto hoeveelheid CO2 in de atmosfeer toeneemt.
Eerstgenoemde is een een eigenschap van de korte keten en op zich geen probleem. Probleem zit bij het tweede punt:
- ga je meer gewas verstoken dan je laat groeien...
- gaat verstoken sneller dan aangroei...
- voeg je koolstof toe vanuit andere bronnen (zoals fossiele brandstoffen)...
...ja, dan neemt de CO2 concentratie toe. Is het doel een neerwaartse spiraal, waarin meer CO2 vastgelegd wordt dan uitgestoten, ja dan zullen we meer gewas moeten laten groeien.
Kortom, naast de concurrentie tussen voedsel en energie, moet het bezwaar m.i. dus gaan over maatregelen die ertoe leiden dat de korte kringloop uitmondt in een opwaartse spiraal. Dat zit op zichzelf niet in het gebruik van landbouwgewassen; het zit wel in eenzijdige maatregelen die niet borgen dat de korte kringloop daadwerkelijk een kringloop blijft.
Dat gezegd hebbende, kan de vraag ook gesteld worden of concurrentie tussen voedsel en energie erg is. Uiteraard is dat niet zo prettig als dat in eerste instantie leidt tot schaarste, maar bekijk het op lange termijn: als we een leefomgeving willen die in balans is en niet steeds verder ontwricht wordt, dan hebben we een stabiele populatie nodig waar voldoende voedsel voor is en waarvan het energiegebruik niet leidt tot onbalans in de atmosferische CO2 boekhouding. Met een kleinere populatie is het best denkbaar dat met het beschikbaar landbouwareaal een voedsel- en brandstofvoorziening gerealiseerd kan worden die stabiel en in evenwicht is.
Dennis, dat is volstrekt correct. Het ingewikkelde van het CO2-mechanisme in de natuur is het verschil tussen de omzet en de toename. In het stuk hierboven laat ik dat verschil voor wat het is.
Wie het bekende NASA-grafiekje van de CO2-ppm ziet, zou het in één oogopslag moeten kunnen begrijpen. Er is een (zogeheten 'korte') cyclus waarbinnen ons klimaat standhoudt. Bij toevoeging en de permanente omloop van die toegevoegde en weer snel via eenjarige planten opgeslagen en verbruikte hoeveelheid vrije CO2 heb en hou je een probleem.
Met andere woorden: biobased is een probleem omdat het opnemen van en direct weer verbruiken van koolstof als korte cyclus is gaan zien. Wie het nuanceren van dat onderwerp aftrapt (en dat gebeurt door commentaren zoals het jouwe die we - verwacht ik - steeds frequenter zullen gaan horen), zal gaan zien dat heel veel CO2-modellen moeten worden heroverwogen.
NB: de oceanograaf en klimaatonderzoeker Stefan Rahmstorf (Potsdam) maakte korte metten met klimaatsceptici door te wijzen op het verschil tussen Umsatz und Gewinn, omzet en toevoeging dus.
NB 2: zelfs de meerderheid van de gebruikte modellen lijden aan het euvel dat ze geen onderscheid maken tussen omzet en toename. Wie zich daar in deze krant heel goed van bewust zijn: Hendrik J. Kaput en Jos Hugense. Vooral de laatste moet rekenen met eigenlijk niet kloppende modellen om de klimaatwinst van zijn vegetarische nepvleesingrediënten te kunnen declareren.
Dick, ik weet dat jij het verschil tussen toename en omzet kent, maar het achterwege laten van het benoemen daarvan is volgens mij één van de redenen dat zoveel onzinnige uitspraken de ronde doen en, erger nog, zoveel zinloos beleid gevoerd wordt.
Maar nou mijn tweede punt: misschien moeten we de concurrentie tussen voedsel en energie maar laten gebeuren om over een paar generaties wel een menselijke populatie over te houden die in evenwicht is met de aarde. Het merkwaardige is dat veel mensen, vooral degenen die op leeftijd zijn, vooral kijken naar de gevolgen voor toekomstige generaties, maar we tegelijkertijd niet accepteren dat er misschien een overgangsperiode nodig is waarin het allemaal wat minder aangenaam is, maar die de toekomst voor generaties die daarna komen wel veilig stelt.
We willen volgens mij drie dingen. We willen aanpassingen doen om om te gaan met een veranderend klimaat en milieu cq. de verandering te minimaliseren, die:
- ons verworven welvaartsniveau niet verminderen;
- op korte termijn effectief zijn;
- een groeiende populatie kunnen dragen.
We kunnen er maar twee tegelijk kiezen.
Het blijft wonderbaarlijk dat de biobrandstoffen onder duurzaam beleid zijn gaan vallen en vleesproductie een klimaatramp is terwijl ze beiden van landbouwproducten gebruik maken. Omdat kippen of varkens geen methaan uitstoten zouden ze net als biobrandstoffen ook ‘beter moeten zijn voor het milieu’ maar ik krijg toch de indruk dat het frame voor vlees heel anders is.
Ik ben wel benieuwd hoe het beleid tot stand is gekomen. Is er handjeklap gespeeld in het voordeel van de auto-industrie? De schroten kunnen prima worden gebruikt voor het voer van dieren maar dan moeten deze ook alle milieulasten voor hun rekening nemen zodat voertuigen emissieloos kunnen uitstoten? Het lijkt erop dat de modellen niet consequent rekenen maar erken dat ik de modellen er niet bij heb en niet weet of de emissies bij de teelt van gewassen eerlijk is verdeeld onder de (heilige) koeien.
Gezien de schroten die kunnen worden gebruikt als veevoer vraag ik mij af in hoeverre er concurrentie is met voeding (100%, 50%?). Ik lees dat in Frankrijk de oliehoudende gewassen in plaats zijn gekomen van eiwitgewassen. Met de schroten van de oliehoudende gewassen wordt echter ook eiwit geproduceerd. Er zal een conversieverlies zijn maar doorgaans zijn dierlijke eiwitten hoogwaardiger dan die van de plantaardige eiwitgewassen in Europa. Ik ben wel benieuwd of hier getallen over bekend zijn.
#3 Dennis, de concurrentie is - vrees ik - al begonnen. Ik houd mijn hart vast, want we gaan te laat ontdekken dat het niet kan en bouwen toch gewoon door aan een infrastructuur die straks stilstaat.