De Groene Amsterdammer publiceerde deze week een mooi artikel van Sanne Bloemink over de voedselhypes waar we heden ten dagen mee leven. Een prachtig betoog dat de religieuze en onwetenschappelijke kanten van deze hypes belichtte, en wees op het gevaar van atomisering van de eetcultuur: iedereen eet alleen nog maar wat hij of zij denkt dat goed voor hem of haar is, waardoor ongekunsteld samen eten welhaast onmogelijk wordt. Terechte zorg. De schaduwkant van het artikel is dat het de betekenis van de voedselhypes onvoldoende op waarde schat, noch de diepere onderstroom ervan duidt. Dat wil ik in dit artikel doen.

Identiteit
Het belang van het artikel van Bloemink schuilt in het feit dat het duidelijk maakt dat het volgen van een bepaald dieet of voedselpatroon ook een manier is om jezelf een identiteit te verschaffen. Er ontstaan communities van mensen die hetzelfde doen, en elkaar daarin herkennen en steunen. Als vanzelf kan dat leiden tot een zekere navelstaarderij, en het niet meer willen zien van wat anderen buiten de groep voor zinvols te berde brengen. Een beetje zoals de Ajax-community per definitie met een scheef oog naar de Feyenoord-community kijkt, en vice versa. De identiteit gekoppeld aan een specifiek soort voedselbewustzijn wordt dan belangrijker dan de grote maatschappelijke uitdagingen, zoals bijvoorbeeld klimaatverandering, zo waarschuwt het artikel.

Je zou ook kunnen stellen dat juist vanwege dit gevoelde onvermogen ‘eten’ een welbewuste uiting van maatschappijhervorming is
Dit soort clan-gedrag ontstaat tegen de achtergrond van grotere maatschappelijke processen, en het is belangrijk om dat te begrijpen, om te voorkomen dat het kind met het badwater wordt weggegooid, zoals het artikel doet. Er spelen twee dingen. Enerzijds is ‘eten’ een zeer persoonlijke daad; jij stopt het eten in jouw mond. Het is zoiets persoonlijks, dat burgers het in toenemende mate aangrijpen als de vorm om zich een houding te geven in een wereld die steeds sterker globaliseert en anonimiseert, en zo een controle over en invloed op het eigen bestaan te ervaren, die ten aanzien van de grote maatschappelijke uitdagingen nauwelijks voelbaar is. Je zou ook kunnen stellen dat juist vanwege dit gevoelde onvermogen ‘eten’ een welbewuste uiting van maatschappijhervorming is. Voor patiënten is het nadrukkelijk een zeer belangrijke vorm van zelfzorg, te midden van de vaak chaotische processen waarin ze belanden.

n=1
Anderzijds zijn de nieuwe voedselhypes een reactie op het onvermogen van de wetenschap om een verhaal te ontwikkelen en uit te dragen dat de uniciteit van ieder individu eert. In plaats daarvan lijkt de voedingswetenschap nog steeds bevangen door het idee dat alleen algemeen geldende bevindingen waardevol zijn. Vandaar dat elke keer weer specifieke uitspraken over het nut van cranberries, chocola, broccoli, hennepolie, tarwegras, gluten, enzovoort - de lijst is eindeloos – niet vol kunnen worden omarmd, want de ene studie wijst zus uit, de andere zo. ‘Er is geen bewijs’, heet het dan. Terwijl in individuele gevallen mensen er aantoonbaar voor- of achteruit door gaan. Wat zich hier nekt, is een klassieke onderzoekstraditie met een chronisch tekort aan methoden die wijsheid kunnen destilleren uit gevalsstudies, uit zogeheten ‘n=1’ observaties. Methoden die de complexiteit van het leven aan kunnen, en het niet willen en hoeven te reduceren tot reproduceerbare eenheden. Methoden die voorbij de gouden standaard van het biomedisch onderzoek, de RCT’s, kunnen gaan. Die in staat zijn de kennis en ervaring van burgers en patiënten met voeding op waarde te schatten, en het onderzoekspotentieel van 16 miljoen Nederlanders te benutten middels citizen science. Onlangs hebben de patiëntenorganisaties Inspire2Live en Platform
Patiënt en Voeding samen met TNO hier een aansprekend symposium over georganiseerd.

Net zoals bij het verzet tegen de EU of tegen het Oekraïne verdrag, is het daarom onverstandig deze burgers en patiënten niet serieus te nemen en geen lering te trekken uit wat zij onderwijzen
HEXIT
Al met al wijzen de voedselhypes meer op een revolte tegen de manier waarop over de hoofden van burgers en patiënten heen zaken worden geregeld en bepaalde kennis voor waar wordt vastgesteld, dan op op hol geslagen idiotie en navelstaarderij. Net zoals bij het verzet tegen de EU of tegen het Oekraïne verdrag, is het daarom onverstandig deze burgers en patiënten niet serieus te nemen en geen lering te trekken uit wat zij onderwijzen. Het gevolg daarvan kan zijn dat zij zich steeds meer terug gaan trekken uit het systeem van gezondheidszorg, waardoor nog meer ontwrichting en verwarring ontstaat. Geen BREXIT maar een HEXIT. Met de H van Health. Onderzoekers en gezondheidsautoriteiten worden steeds ongeloofwaardiger bevonden; de confrontaties zullen radicaler worden.

Ik pleit ervoor om de voedingswetenschap proactief opnieuw te organiseren. Geef burgers een nadrukkelijke plek in dat onderzoek – vooraan alsjeblieft. Dan kunnen we het goede van de wetenschapstradities behouden en integreren in de passie en de durf van burgers.

Gaston Remmers is oprichter van het Platform Patiënt en Voeding en patient advocate van Inspire2Live.
Dit artikel afdrukken