Resultaten van onderzoek naar voedingsmiddelen en voedingspatronen worden steeds genuanceerder. Te veel is niet goed, maar te weinig ook niet. Vorige week werd geopperd dat te veel en te weinig zout niet goed was, een gewone hoeveelheid kan geen kwaad.

Een groot onderzoek dat vandaag gepubliceerd is in The Lancet heeft als uitkomst dat diëten met een laag koolhydraatgehalte en die met veel koolhydraten allebei slechter voor de gezondheid zijn dan die met een gematigde of gemiddelde portie. Optimaal is een eetpatroon met 50 tot 55% koolhydraten van goede kwaliteit.

Dûh, kan je zeggen. Dat vertelt mijn gezonde Hollandse verstand mij ook al jaren. ‘Te’ ervoor is nooit goed, behalve tevreden en tequila. Maar er zijn niet veel onderzoeken die een bovengrens en een ondergrens voor bepaalde nutriënten aan durven te geven. In ieder geval niet zo duidelijk als genoemde onderzoeken naar zout en koolhydraten.

Eén van de opstellers van de studie is de befaamde Walter Willett, die voor de epidemiologie is wat Aretha Franklin voor de soul was
Nagels
Het onderzoek van onder meer de Harvard T.H. Chan School of Public Health is een nagel aan de doodskist van low carb. Een van de nagels, want er wordt de laatste tijd flink op die kist getimmerd. Twee recente waren het afschieten van de koolhydraat-insulinehypothese in het NUSI-onderzoek door Kevin Hall. Daarna volgde de klare taal in het BMJ-artikel over koolhydraten van David S. Ludwig. Het ene zei: van carbs word je niet perse dik, het andere zei: je hebt slechte en goede carbs.

Die nuancering van het belang van koolhydraten als hoofdbestanddeel van de menselijk voeding krijgt met dit Harvard-onderzoek een vervolg. Het betreft hier een prospectief cohortonderzoek, wat inhoudt dat een groep deelnemers over een langere periode gevolgd wordt. Dat levert een berg data op, maar in dit geval werd alleen gekeken naar het verband tussen de hoeveelheid koolhydraten in ieders eetpatroon en sterfte. Niet naar ziekte, zoals hartkwalen of diabetes, waar veel andere onderzoeken naar kijken.

Cohort
Het onderhavige cohort was dat van het Atherosclerosis Risk in Communities (ARIC)-onderzoek, dat sinds 1985 loopt in vier Amerikaanse steden. Uitkomsten daarvan werden vergeleken en samengevoegd met die van een aantal andere grote cohortonderzoeken, waaronder die van het bekritiseerde Canadese PURE.

Epidemiologisch onderzoek zoals dit wordt door veel voedingswetenschappers met een korreltje zout genomen, omdat de bewijskracht laag is. Er zijn geen causale verbanden te leggen tussen de uitkomsten (vroegtijdige dood) en de basisgegevens (van eigen opgaven van de deelnemers). Maar, zeggen de onderzoekers, we zullen het ermee moeten doen, want er is geen beter onderzoek van over zo’n lange periode beschikbaar. (Eén van de opstellers van de studie is de befaamde Walter Willett, die voor de epidemiologie is wat Aretha Franklin voor de soul was.)

De opmerkelijkste uitkomst is dat low carb-diëten op de korte termijn weliswaar gewichtsverlies en (dus) gezondheidswinst kunnen opleveren, maar op de lange termijn niet gunstig en zelfs schadelijk zijn
Inflammatie
De opmerkelijkste uitkomst is dat low carb-diëten op de korte termijn weliswaar gewichtsverlies en (dus) gezondheidswinst kunnen opleveren, maar op de lange termijn niet gunstig en zelfs schadelijk zijn. De verklaring hiervoor zoeken de wetenschappers in het tekort aan beschermende plantaardige stoffen en het te veel aan dierlijke vetten en proteïnen, waardoor de permanente staat van lichte inflammatie toeneemt. Dat versnelt de veroudering van het lichaam en verhoogt de kans op ziekten als kanker en hart- en vaataandoeningen.

De onderzoekers geven duidelijk afkappunten, die ook terug te vinden zijn in de grafiek, die een U-vorm vertoont. Wie minder dan 40% en meer dan 70% koolhydraten in zijn dieet heeft, loopt een grotere kans vroeger te overlijden. In het eerste geval moeten we denken aan lijners die een vleesrijk low carb-diëten volgen, in het tweede geval aan minder gefortuneerden, die het met goedkope koolhydraten moeten doen. Daaronder vallen bijvoorbeeld veel arme Aziaten, die ongeveer op witte rijst leven.

Op de Y-as het risico op overlijden, op de X- as het percentage koolhydraten in het dieet
Op de Y-as het risico op overlijden, op de X- as het percentage koolhydraten in het dieet

De medewerkers van het Voedingscentrum zullen opveren bij het zien van deze getallen, want die marge, tussen 40 en 70%, is precies wat al jaren hun officiële advies is.
Dit artikel afdrukken