In een persbericht melden Wetterskip Fryslân en Stichting Mesdag Zuivelfonds samen op zoek te gaan naar de oorzaken van het gebrek aan vooruitgang in de waterkwaliteit in het landelijk gebied.

Na een periode van structurele verbetering van de waterkwaliteit is de hoeveelheid stikstof en fosfaat in het oppervlaktewater de afgelopen tien jaar nog maar nauwelijks afgenomen. Dit ondanks alle maatregelen die in deze periode zijn ingevoerd. Zo zijn de bemestingsnormen aangescherpt en is de rioolwaterzuivering sterk verbeterd.

Wetterskip Fryslân en Stichting Mesdag Zuivelfonds hebben daarom onderzoeksinstituut NMI uit Wageningen opdracht gegeven de bronnen van de vervuiling beter in beeld te brengen. Het NMI zal hierbij onder meer uitgaan van waterkwaliteitsmetingen uit het langjarige en gedetailleerde watermeetnet van Wetterskip Fryslân, bodembemonsteringen (zowel bodemsamenstelling als bemestingsdata), metingen van effluenten van zuiveringsinstallaties en tellingen van (water)vogels.


Vorig jaar bracht de Stichting Mesdag Zuivelfonds het probleem van de 'stagnerende waterkwaliteit' onder de aandacht van de Tweede Kamer. De Stichting bood een petitie aan en een rapport, samengesteld door onderzoeksjournalist Geesje Rotgers, waaruit blijkt dat niet alle vervuilingsbronnen goed in beeld zijn. Voorbeelden hiervan zijn de nutriëntentoevoer door natuurlijke kwel, riooloverstorten en watervogels. Het onderzoek leidde tot veel vragen in de agrarische sector, in de waterwereld en bij politici. In de Tweede Kamer werden 4 moties aangenomen om meer helderheid te krijgen over het watervraagstuk.

Rondom de vele vragen vonden het Wetterskip Fryslân en de Stichting elkaar. Lubbert van Dellen, secretaris Stichting Mesdag Zuivelfonds: "Aanvankelijk stonden Wetterskip en Mesdagfonds enigszins tegenover elkaar in hun opvattingen. Het Mesdagfonds constateerde dat de discussies over waterkwaliteit teveel waren ingezoomd op de landbouw, waardoor andere bronnen buiten beeld vielen. Door het delen van de wederzijdse inzichten, kwamen we echter al snel tot de conclusie dat we dezelfde vragen hebben."

Het werkgebied van Wetterskip Fryslân kent een grote variatie aan gebiedskenmerken: er zijn regio’s met zand-, klei- en veenbodems en er zijn gebieden met en zonder kwel. Verder zijn er gebieden met landbouw, natuur en verstedelijking. Fryslân is dan ook bij uitstek geschikt voor het beter in beeld krijgen van de achtergrondconcentraties die samenhangen met deze gebiedskenmerken. Marian Jager, lid van het dagelijks bestuur van Wetterskip Fryslân, vult aan: "We hebben allemaal belang bij een goede waterkwaliteit en bij een goed beeld van de oorzaken om tot de meest effectieve aanpak te komen. Nu gaan wij samen vanuit de volle breedte kijken naar het watervraagstuk. Zo hopen we duidelijk te krijgen welke rol de landbouw speelt in de waterkwaliteit en wat van de landbouw verwacht kan en mag worden."

Naar verwachting zullen de eerste uitkomsten in het voorjaar van 2018 bekend worden. Op basis daarvan zal worden bepaald waar vervolgonderzoek nodig is en wat de meeste effectieve maatregelen zijn om de waterkwaliteit te verbeteren.
Dit artikel afdrukken