Schilderijen
Het pigment van onze westerse worteltjes komt niet van de anthocyanen, maar van de carotenoïden. Die geven de oranje-rode en gele kleur in plaats van de paarsrode kleur. Vroege afbeeldingen, uit het midden van de 16 eeuw, zijn te vinden op de schilderijen van de Amsterdammer Pieter Aertsen, die lang in Antwerpen werkte, zijn neef de Antwerpenaar Joachim Beuckelaar, evenals de eveneens in Antwerpen geboren en later in Frankfurt overleden Lucas van Valckenborgh. Zij schilderen mooie bossen zachtoranje wortelen van verschillende afmetingen, naast witte, gele en paarse. Maar die oranje vallen wel op.
Alan Davidson schrijft in de Oxford Companion to Food (2006), dat het vooral de Hollanders zijn die zich op het cultiveren van wortelen stortten, en dat verbeterde versies ten tijde van Koningin Elizabeth I (16e eeuw) naar Engeland werden gebracht. Dat verhaal strookt niet met stelling dat de worteltjes juist via Vlaanderen naar Engeland gebracht zouden zijn, zoals Pitrat meldt. En aangezien ze allereerst in Vlaanderen geschilderd zijn, zou je eerder een herkomst daar verwachten. Alleen, het valt tot nu toe niet echt aan te tonen. Een 16e eeuwse Hollandse afkomst echter evenmin.
Hovenier
Aan het begin van de 17e eeuw lijken er dunne oranje wortelen te vinden op een schilderij van een mij onbekende Witteval, die in zijn groentekraam op de Utrechtse Markt wortelen van allerlei kleuren, dikten en lengten afbeeldt. Helaas vermeld Pitrat niet waar het schilderij te zien is, plaatst hij geen afbeelding en of de naam van de schilder klopt weet ik niet. Alleen het jaartal is vrij duidelijk 1618. Maar ik kan dus niet even gaan kijken. Iemand een idee? Halverwege de 17e eeuw zie je in ieder geval bij Gerrit Dou’s groentekramen wel lange dunne lichtoranje wortelen, maar knaloranje kun je het niet noemen. En er zijn ook wortels van een andere kleur. Bij de tuinschrijvers gaat het al niet beter. J. du Vivie schrijft in 1713 zijn nieuwe naauwkeurige Nederlandse Hovenier onderwijsende hoe hier te lande, onder it climaat een tuin, met sijn Parken, Paaden, Glintingen en Heiningen wel sal aangeleid, ende Boomen aan deese moeten geplant, gesnoeid, aangebonden en onderhouden werden. En op was wijse men onvrugtbaare Boomen, 't sy Karrel-Steen-Vrugten Vrugtbaar maaken, en nu wel draagsaam, alsoo bewaaren kan...
Hoorn
Dankzij de nauwkeurige selectie op sappigheid, zoetheid en kleur zeer raakte de Hoornse wortel snel geliefd bij de consument. De oudste officiële datering voor de oranje Hoornse wortel als ras luidt overigens 1763. Aan het eind van de 18e eeuw vindt men de oranje wortel een delicatesse, en de warmoezeniers in heel West Europa gaan het zaaigoed van de Hoornse wortel gebruiken om aan de vraag van hun klanten te kunnen voldoen.
Het merkwaardige is dat tegelijk met de oranje wortelen ook de witte wortelen nadrukkelijk zichtbaar worden op de schilderijen, maar die werden nooit zo populair als de oranje.
Op het (hierboven geplaatste) aan J. van Horst toegeschreven schilderij uit 1570, van de Hoornse boerin met mandje wortelen en streng uien zijn de wortelen gelig, zelfs meer naar het wit neigend. Wanneer mevrouw Marselis in 1790 een recept voor Wortelpodding in haar kookschriftje heeft staan, dan gebruikt zij hoorense wortelen. En die zullen dus wel oranje zijn geweest.
Bij het schrijven van Twintig Eeuwen Koken en Eten (1997, Kosmos) vertelden experts mij nog dat de Hoornse wortelen per definitie geel waren. Toen ik een aantal jaar geleden meewerkte aan het leukste kookprogramma ooit, namelijk dat van Ger Houben op L1, maakte ik onder meer deze wortelpodding, maar vanwege de televisie – die wil kleur – met oranje wortelen. Zat ik per ongeluk goed. Hier het recept:
Wortelpodding
Kookt hoorense wortelen zeer zagt, dan gestooten en gemengt met 2 witte brooden, in melk geweekt. Doet daar in een groote coffykop gesmolten booter, gestoote nootemuscaat, 3 eetlepels sect, sout en suyker, 8 eyeren geklopt, van 6 het wit daar uit gelaaten. Doet een korst in de schootel of gy kunt die daar niet uytkrijgen.
Bij lezingen met proeverij laat ik dit gerecht altijd graag rond gaan, met waarschuwing voor cholesterol en vetrol. Het geeft aardig aan wat populair was in de 18e eeuw: suiker, sekt, moderne groente, boter en nog maar een heel klein beetje specerijen.
Copyright: Lizet Kruyff 1997-2009.
Op 30 november krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Monique Vos signaleert oranje wortelen uit ca. 500. Ver voor de Oranjes.
Er is gewoon veel veredeld en geselecteerd Natuurboer!
Wanneer je oranje wortelen oogst, zitten daar geheid een paar gele of zelfs witte wortelen tussen. Dat zijn dan de mutanten. Zijn oranje wortelen van tegenwoordig dan de wijdverbreide mutanten van gele of witte wortelen?
Beste René, fijn dat je even jouw bronvermelding noemt. In juni 1997 verscheen mijn boek Twintig Eeuwen Koken en Eten. Vanaf dat moment heb ik niet anders meer beweert over de wortelen. Dat je inmiddels gepubliceerd hebt is fijn, maar het Genootschap der Vergeten Groente en de voorlopers daarvan dateren ook van vóór 2006 en 2007. Het bijbehorende tijdschrift verscheen in 2004. Ik neem aan dat je deze werkjes in je literatuurlijst hebt opgenomen?
Beste Lizette,
Ook Herman de Blijker wijdt een hoofdstuk in zijn nieuwe boek aan de oranje wortel. Ik vind alles best, dat diverse bronnen en schilderijen geciteerd worden, maar graag met mijn naamsvermelding, ik heb als eerste de Utrechtse en vervolgens Vlaamse oranje wortelen genoemd, en dit heb ik uitvoerig beschreven in twee artikelen voor het kunsttijdschrift Origine en de Belgische mededelingen van de Academie voor Streekgebonden Gastronomie van Jacques Collen in 2006 en 2007.
Ook de Wageningse Kennisbank Plantaardige Bronnen heeft deze twee referenties correct overgenomen.
Met vriendelijke groet
René Zanderink