Midden augustus kwamen de agro-analisten van Rabobank met opmerkelijk nieuws. China bleek zijn varkensproductie met 100 miljoen dieren te hebben verlaagd. Dat doe je door ouderdieren dood te maken. Tien miljoen zeugen en beren verdwenen uit productie. Dat deed het land niet vanwege een ziekte-uitbraak, maar omdat de productie de vraag oversteeg. De Chinese economie groeit minder hard dan verwacht, zodat de binnenlandse vraag minder hard steeg dan voorbereide productiecapaciteit. Door overaanbod ging de marktprijs onderuit en kon het vlees zijn kostprijs niet meer opbrengen.

In Europa hebben we de boer aangemoedigd tot kostprijsverlaging door schaalvergroting. Hij kan alleen overleven als hij voor de laagste kostprijs gaat, want zijn product is niet meer dan een grondstof voor inkopers. Inmiddels stellen we ook extra welzijnseisen. De boer financiert de kosten daarvan door alweer extra uit te breiden. Helaas zorgt dat er onvermijdelijk ook voor dat zijn opbrengstprijs verder omlaag gaat; het aanbod stijgt immers. Als er uiteindelijk zoveel aanbod komt, dat de prijzen door overaanbod onder de kostprijs schieten dan …. laten we die situatie gewoon voortbestaan. Dat is de kern van de boerencrisis waar de EU op dit moment mee zit.

Het antwoord is even prozaïsch als hard. Omdat binnen Europa niemand meer kan beslissen welk land en welke boeren hun productie moeten afbouwen. Met welk argument had de Duitsers en Spanjaarden verboden moeten worden om ook te gaan exporteren, terwijl Nederland en Denemarken er juist zo groot door geworden zijn?
Landen die het eerst in die strategie meegingen waren de kleine, zoals Nederland met 260% overdekking van zijn nationale consumptie. Door hun grote exportafhankelijkheid maar gebrek aan klanten, dumpen ze hun product in het buitenland. Wij doen dat bijvoorbeeld in Frankrijk. Heel tactisch bracht de Franse slachter La Cooperl naar buiten dat wij ons varken in hun land begin augustus aanboden voor 38 cent onder de referentieprijs die de Franse varkenssector en regering van hun slachters eisten. De gemiddelde Franse varkenshouder heeft een lagere kostprijs (€1,44/kilo) dan de onze (1,49), maar door te dumpen krijgen we hem toch de markt uit.

Het verschil tussen Europa en China? Wij zetten de boer aan tot overproduceren, maar reduceren het aanbod niet als dat te groot is geworden. Dat heeft als gevolg dat we de boeren in het ene land die in het andere economisch laten uitmoorden. Frankrijk zou zijn varkens geheel in eigen land af kunnen zetten, als wij de prijzen maar niet zouden verpesten

Nederlandse en Deense boeren startten dit exportmodel. Later ging Duitsland meedoen. Recent kwam Spanje met een groot exportpotentieel tegen een lage kostprijs in de markt.

Het resultaat is een politiek van landjepik tegen afbraakprijzen. De exporteurs moeten steeds opnieuw economisch inbreken en maken levensvatbare bedrijven elders stuk.

Het was niet vreselijk ingewikkeld geweest om aan de hand van rekenmodellen te voorspellen waar en wanneer het fout zou gaan. Waarom deden banken en overheden niets?

Het antwoord is even prozaïsch als hard. Omdat binnen Europa niemand meer kan beslissen welk land en welke boeren hun productie moeten afbouwen. Met welk argument had de Duitsers en Spanjaarden verboden moeten worden om ook te gaan exporteren, terwijl Nederland en Denemarken er juist zo groot door geworden zijn?

EU-landbouwcommissaris commissaris Phil Hogan schreef onlangs in een opiniestuk dat de boerencrisis die we nu meemaken niets verandert aan zijn beleid. Het aanbod moet zichzelf reguleren. Frankrijk wil echter steun voor zijn boeren, maar als het die krijgt, wordt het alleen maar erger. Dan heeft iedereen er recht op en blijft het probleem bestaan.

De Europese exportboeren - Nederland en Denemarken voorop - hebben het drama geënsceneerd, waar de EU nu mee zit. Boeren verwachten een oplossing van hun regeringen, maar zullen ontdekken dat ze zelf op de blaren moeten zitten. Dat is zuur voor de Franse die goed beschouwd altijd buiten spel zijn blijven staan. De onze hopen dat de overheid hen ondanks hun exportdrang toch nog wel wil helpen. De EU koos echter voor de vrije markt en moet die handhaven nu de geest eenmaal uit de fles is.

NB: er kan wel iets anders. Zorg voor omfietsvarkens. Juist vanwege het hierboven geschetste vraagstuk vroeg het Transitieteam Brabantse Agrofood van de Provincie Noord-Brabant, Foodlog het daarover op 8 oktober in Den Bosch te willen hebben. Schrijf je NU in (print je bevestiging uit; het is je toegangsbewijs).

Fotocredits: biggen, Julien Haler
Dit artikel afdrukken