De ongekend hevige branden die sinds enkele dagen door Californië razen, teisteren ook de beroemde wijnstreken Sonoma County en Napa Valley, bekend om hun kwaliteitswijnen. De branden hebben hier al tienduizenden hectaren in de as gelegd. Verschillende wijnbouwbedrijven zijn verwoest, meldt Bloomberg. Wijnbouwers waren druk bezig met de oogst, ongeveer 80% van de druiven was al geoogst. Op sommige wijngaarden hingen juist de druiven van hoge kwaliteit nog op de ranken. Bedrijven die geen last hebben gehad van het vuur maken zich zorgen over de invloed van de rook die boven Noord-Californië hangt op de kwaliteit van hun druiven en wijn.
Bloomberg - Wildfires Tear Through California Wine Country
Nog 3
Je hebt 0 van de 3 kado-artikelen gelezen.
Op 5 april krijg je nieuwe kado-artikelen.
Op 5 april krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Lees ook
De eerste schatting van de schade ligt voor Napa en Sonoma rond de $6 miljard. FD-correspondent Klaas Broekhuizen bezocht vorige week de wijn-counties. Broekhuizen ziet dat de Amerikanen met een granieten optimisme de draad weer oppakken.
De lokale wijnindustrie denkt dat ze goed weg zijn gekomen, schrijft Broekhuizen. Op vele plekken zijn de branden tot de wijngaarden gekomen, daar is de grond nat waardoor het een bufferzone vormt. De boeren hadden de grond ook nog net niet bedekt met onder andere stro om erosie tegen te gaan in het regenseizoen. Daarnaast was het grootste deel van de druiven dus al geplukt en wordt al het onroerend goed van een wijnhuis en vaak ook de opbrengst van druiven vergoed.
Alles wat na 8 oktober is binnengehaald, wordt extra getest op smaak voordat deze late oogst wordt gemixt met de rest. De vraag is of de regio in staat is de consument en toerist te overtuigen van de beperkte schade. Daarnaast gaat de geur van de brand in de grond zitten, dus bestaat de kans dat het op die manier in de oogst van volgend jaar in de smaak kan terugkomen. Over de schade op de langere termijn kan dan ook niemand iets zinnigs zeggen, schrijft Broekhuizen.