Volgens Pierre Morrier van Interbev, een koepelorganisatie die de belangen van de Franse vleesveehouderij vertegenwoordigt, kan het aanstaande vrijhandelsverdrag met de Verenigde Staten ('TTIP') het economische einde betekenen van de Franse rundvleessector. Naast de dalende vleesconsumptie, lage inkomens en stoppende boeren zou het net een stap te ver gaan.

Wat Morrier betreft betekent TTIP de facto een keuze voor het Amerikaanse veehouderijmodel van feedlots. Dat schrijft Boerderij.

'slecht voor dieren'
Een systeem dat volgens hem "slecht voor dieren is, minder lekker is en minder divers vlees oplevert en zorgt voor de economische dood van het platteland." Omdat veehouders van alle Franse boeren met het laagste inkomen - €15.000 per jaar - moeten rondkomen, ziet Morrier het lijk al drijven. "De situatie van de Franse rundvleessector is op dit moment al voorbij het punt van onhoudbaarheid. In plaats van ze bloot te stellen aan meer concurrentie, zou de EU zich moeten inzetten voor meer steun. Binnen het Verdrag van Lissabon is immers ook een goed boereninkomen als doelstelling opgenomen. TTIP mag niet alleen over de consument gaan."

'Duurzaamheid?'
Een kilo Frans lendestuk leverde in januari €13,70 op, zegt Morrier. Hormoonvrij Amerikaans rundvlees kost zonder invoerrechten €8,60. "Bij open grenzen wordt de Amerikaanse prijs de referentieprijs, en dreigt veramerikanisering van de eetcultuur. Waar zijn al onze idealen op het gebied van duurzaamheid dan gebleven? Het handelsbeleid van de EU en het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid moeten op één lijn liggen", vindt Morrier.

Fotocredits: Charolais stier, Dave Hamster
Dit artikel afdrukken