Eerder deze week werd bekend dat in Frankrijk de Bretonse slachter Kermené, die exclusief voor supermarktketen E. Leclerc werkt, eveneens getroffen is door een buitensporig hoog aantal infecties. Nadat afgelopen week 6 werknemers besmet bleken, werden alle 800 werknemers op last van de regionale GGD (de Agence Régionale de la Santé, ASR) getest. Inmiddels is bekend geworden dat 115 personen positief zijn getest (14%).
Steevast geldt als verklaring voor de besmettingen in de vleessector dat het personeel onder slechte woonomstandigheden is gehuisvest. Oost-Europeanen in goedkope, krappe pensions zouden elkaar besmetten. Die besmettingen zouden ze weer meenemen naar het werk waar ze door dicht op elkaar te werken de infectieverspreiding verder in de hand werken. Bondskanselier Merkel nam inmiddels het besluit om wettelijk betere woonomstandigheden af te dwingen.
Waarom de champignonteelt niet getroffen?
Toch lijkt er iets niet te kloppen aan de theorie dat de slechte huisvesting de oorzaak is. De champignonteelt in Nederland ligt al jaren onder vuur van de vakbeweging vanwege de slechte betaling, vervelende arbeidsomstandigheden én de jammerlijke huisvesting van het Oost-Europese personeel. Toch zijn er vanuit de champignonteelt geen gevallen bekend van hoge besmettingen met het virus dat Covid-19 veroorzaakt. Dat blijkt ons ook bij navraag in de sector. Het lijkt er dus op dat met zekerheid gesteld kan worden dat die er geen opvallende ziektegevallen in de champignonteelt bekend zijn, terwijl het logisch zou zijn dat ook daar een verhoogd aantal besmettingsgevallen zou optreden.
Marktonderzoeker, sociaal geograaf en data-analist Maurice de Hond zoekt de laatste weken de discussie over de aanpak van SARS-CoV-2, het virus dat Covid-19 veroorzaakt. Volgens hem vergeten virologen goed naar de seizoenen en gebieden te kijken waar Covid-19 de meeste slachtoffers maakt. Der meeste besmettingen treden volgens zijn - met waarnemingen plausibel onderbouwde - theorie op in gebieden waar mensen in de koude periodes van het jaar binnen zijn in lucht waarin het virus gemakkelijk kan blijven hangen. Daar komt bij dat slechte ventilatie het virus een zogeheten hoge virale load, een intensieve blootstelling aan virusdelen, kan uitoefenen via aerosolen - heel kleine deeltjes die niet naar beneden vallen zoals de wat grotere druppels die de basis zijn voor de regel om op 1,5 meter afstand van elkaar te blijven om besmetting te voorkomen.
Gisteren bracht De Hond zijn theorie in een nieuw interview in Café Weltschmerz opnieuw naar voren. Hij heeft stevige kritiek op de anderhalve-meterregel die het kabinet op aangeven van het RIVM hanteert. Die zal volgens hem niet voor minder, maar juist voor meer besmettingen zorgen zodra mensen weer in grote aantallen met elkaar binnen verblijven in niet adequaat geventileerde ruimtes. De Hond ziet aerosolen - die lang in de lucht kunnen blijven hangen - als het grootste besmettingsrisico.
De GGD en de Franse ARS in Bretagne (waar eveneens veel tuinbouw en versverwerkende industrie is) hebben echter alle reden om te testen welke overeenkomsten en verschillen er zijn tussen de besmettingsniveaus van arbeiders in de champignonsteelt, in kassen, slachterijen en de fabrieken waarin vlees en groenten en fruit worden verwerkt tot producten voor de consumentAan het slot van het interview (vanaf minuut 32:00) verklaart De Hond de besmettingsgevallen in slachterijen. Volgens hem is de koude temperatuur (10 graden) waaronder in de vleesverwerkende industrie wordt gewerkt ideaal voor het virus om als een areosol in de lucht te blijven hangen en met hoge virale load mensen te belagen.
Uitgekiende ventilatie
In de champignonindustrie liggen de werktemperaturen rond de 18 graden*. In de champignonindustrie wordt gewerkt met uitgekiende ventilatiesystemen die het schimmelgewas gezond en efficiënt moeten laten groeien. Toch worden de laag betaalde arbeiders niet ziek. Ze werken weliswaar minder dicht op elkaar dan werknemers in de vleesindustrie (die nota bene al vóór de coronacrisis mondkapjes droegen als hygiënemaatregel), maar komen elkaar voortdurend tegen.
Oost-Europese arbeiders in de Nederlandse tomaten-, komkommer- en paprikakassen wonen en werken onder vergelijkbare omstandigheden als de arbeiders in de champignonteelt. Net als champignon-arbeiders, wonen ze niet zelden in de door Merkel gewraakte krappe pensions met velen in stapelbedden in kleine kamertjes. Het zou zinvol zijn om hen te testen en te zien of er verschillen zijn met de slachthuismedewerkers. Dat zou immers de theorie dat veel vreemden in een klein huis elkaar besmetten door te grote nabijheid kunnen bevestigen of - zoals het ernaar uitziet - juist kunnen ontkrachten. In die test zouden ook medewerkers van groenten verwerkende bedrijven moeten worden betrokken. Ook dat gebeurt bij lage temperaturen. Verstandig zou zijn om in het onderzoek de ventilatiesystemen in de kassen, de slachthuizen en groenten en fruit verwerkende industrie met elkaar te vergelijken. Als alle omstandigheden immers gelijk zijn, zou daar het verschil kunnen zitten. De Hond merkt in het interview op dat een leverancier van ventilatiesystemen hem bevestigde dat de ventilatie een slachthuizen vermoedelijk een probleem oplevert.
Over de theorie van De Hond bestaat discussie. Op basis van de stroman-argumentatie dat De Hond uitsluitend besmetting via aerosolen zou voorstellen als theorie, zou diens theorie volgens de NRC zwak zijn. De GGD en de Franse ARS in Bretagne (waar eveneens veel tuinbouw en versverwerkende industrie is) hebben echter alle reden om te testen welke overeenkomsten en verschillen er zijn tussen de besmettingsniveaus van arbeiders in de champignonteelt, in kassen, slachterijen en de fabrieken waarin vlees en groenten en fruit worden verwerkt tot producten voor de consument.
* 12:00 uur: de tekst ging online met 25 graden als werktemperatuur. Dat moet zijn 18 graden, zoals het er nu staat.
Op 5 april krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
#42 Joep, alle slachterijen is als schieten met hagel, voldoen ook niet allen aan de gestelde kwalificaties. De eerste steekproef bij VION Groenlo kwam gericht tot stand, mede naar aanleiding van een corona uitbraak aan de Duitse zijde van de grens bij Westfleisch in Coesfeld en het grensoverschrijdende personenverkeer.
In Duitsland is ook naar aanleiding hiervan getest o.a. bij andere locaties van Westfleisch en Tonnies, hier kwamen geen besmettingen aan het licht.
Aanvankelijk 45 arbeiders in Groenlo besmet, nadat alle medewerkers waren getest bleken het er 147 te zijn (NOS).
Ik zou zeggen test zo spoedig mogelijk alle werknemers in alle slachthuizen en neem ook preventief een aantal steekproeven bij de andere sectoren waar veel arbeidsmigranten binnen werken. Laat bij gebrek aan capaciteit desnoods de belofte, om na 1 juni iedereen in de gelegenheid te stellen een test uit te laten voeren, nog even varen.
Vergeet die aanname dat alleen mensen die koorts hebben en zich ziek voelen besmettelijk zijn. Zou mij niet verbazen als het merendeel van (licht-)besmettelijke personen vrij rondloopt omdat ze geen noemenswaardige klachten hebben of koortsvrij zijn.
Dick Veerman #26 niet alleen “Maar de vraag is en blijft gewoon: waar zit het toch in? Is relevant. Maar ik denk dat daarna relevant is: wat is het risico, wat zijn de mogelijk maatregelen. En rondom maatregelen ben ik van mening dat onze overheid zich haar handen daaraan niet moet verbranden. De ondernemer zou een risico-analyse moeten uitvoeren en met een set aan correcte maatregelen moeten omen. De overheid (NVWA?) zou vervolgens moeten controleren of de ondernemer het huiswerk goed heeft gedaan. Net als bij RI+HACCP dus.
Den Haag / RIVM Gaat dus op twee niveau nat:
1- hypothese van verspreiding klopt (denk ik!) niet.
2- type maatregelen zijn niet ideaal (maar ja ik heb een andere hypothese t.a.v. Verspreiding).
3- de ondernemer en niet de overheid moet een risico-analyse uitvoeren en met maatregelen komen. Het is zeer ouderwets om aan de overheid te vragen met detail / sector-maatregelen te komen.
Coen Hubers Ik kom niet elke dag hier en heb je vraag/opmerking gemist. sorry.
“ Ten aanzien van de relatie tussen temp. van grondstof, halffabrikaat of eindproduct en de temp. van de lucht van de productieomgeving, snap ik jouw opmerking niet. Zolang er geen thermische evenwicht is, zal energie uitwisseling plaats vinden. ”
Dat klopt, maar het gaat om de snelheid van uitwisseling. Een los sla-blaadje neemt binnen een minuut de temperatuur van zijn omgeving op. Een krat of normwagen vol met sla niet. Een pallet met kratten en daarin zakjes sla neemt heel traag zijn omgeving op (dat kan tiental uren zijn).
Idem voor vlees. Een karkas van een rund afkoelen in een gekoelde ruimte duurt lang, terwijl een klein kipstukje op een lopende band veel sneller de omgevingstemperatuur heeft opgenomen. Kortom thermische eventwicht? Ja maar de tijd die het nodig geeft ligt tussen de 1 minuut en 24 of zelfs 48 uur. Terugkoelen in een koelcel is daarom een ‘slechte/trage’ methode.
Vandaar mijn opmerking “er is een maar een heel beperkte relatie tussen omgevingstemperatuur en de temperatuur van het product”.
Aangezien ik denk dat de omgevingstemperatuur en luchtvochtigheid (en aantallen werknemers) vooral bepalend is voor het verspreiden van virussen in een omgeving, maakt ik mijn eerdere opmerkingm.
Jos, ik realiseer me nu pas wat je - denk ik - bedoelt: je ziet het stuk als een aanval op slachterijen.
Mij lijkt dat het hen eerder de gelegenheid geeft rustig naar de werkelijkheid te kijken. Bij toeval vroegen hun belangenorganisatie gisteren hetzelfde als ik: let's get real en bekijk het geconstateerde euvel met een open blik. En voor wie dan weer mocht denken dat daarover iets 'politieks' afgesproken zou zijn: no way!