Het Centrale Comité van de Chinese Communistische Partij komt ieder jaar in januari met het "document nummer één" waarin het zijn topprioriteiten vaststelt. Voor 2014 staat voedselzekerheid bovenaan de agenda. Tegen de verwachtingen in houdt China ook dit jaar nog vast aan het al jaren bestaande doel van 95% zelfvoorzienendheid in zijn voedselproductie, al is er ruimte voor een 'appropriate' importquotum.

Verder gaat China de vervuiling van zijn landbouwgronden en water en het overmatig gebruik van pesticiden en kunstmest beter reguleren om er zeker van te zijn dat het genoeg landbouwgrond en mankracht heeft om de groeiende stadsbevolking te kunnen blijven voeden. Eind 2013 was 3,33 miljoen hectare landbouwgrond te vervuild om er gewassen op te kunnen telen. Het land streeft er naar minstens 120 miljoen hectare grond voor landbouwactiviteiten te reserveren (de zogenoemde 'red line'-policy).

De snelle verstedelijking baart de Chinese leiders ook zorgen. Weliswaar heeft die verstedelijking tot inkomensstijgingen geleid, maar er moeten uiteindelijk wel genoeg boeren op het platteland overblijven om de benodigde hoeveelheden voedsel te produceren. Daarom wordt er gewerkt met subsidies, investeringen in de infrastructuur en huisvesting op het platteland. "Chinese boeren willen naar de steden verhuizen, maar dat is niet voor iedereen mogelijk, en het is nog minder mogelijk om alle boeren naar de grote steden te laten verhuizen, dus moeten we onze urbanisatie en plattelandsbouwplannen daarop aanpassen en huizen bouwen waar boeren een gelukkig leven kunnen leiden", zei de Chinese minister van landbouw Han Changfu onlangs. Dat schrijft Reuters.
Dit artikel afdrukken