Veel consumentenonderzoek laat zien dat consumenten moeite hebben met alle informatie op de verpakking van voedingsmiddelen. Naast de merknaam en de hoeveelheid staat er een voedingswaardedeclaratie en een ingrediëntenlijst op (zie afbeelding). Dat is allemaal verplicht, vastgelegd in wetgeving. Hiermee kun je als consument zien hoe gezond een product is.

Is 0,4g zout in 100g soep nu veel of weinig?
Tenminste, zo is het bedoeld. Maar je moet wel enige inhoudelijke kennis hebben van voeding om deze getallen en woorden te kunnen begrijpen. Is 0,4g zout in 100g soep nu veel of weinig? En als het gaat om volkorenbrood en volkoren beschuit: wat is gezonder en waar moet je op letten?

Dit vraagt om een goede bestudering van het etiket en een zorgvuldige vergelijking met andere producten. Daar heeft niet iedereen kennis van en tijd voor. Daarom is het idee zo gek nog niet om een voedselkeuzelogo te ontwerpen waarmee consumenten in één oogopslag zien hoe gezond een voedingsmiddel is.

vw en ingrediënten


Er is weinig bewijs dat een logo consumenten helpt
Toch is bewijs dat een voedselkeuzelogo consumenten helpt met gezonde keuzes maken heel beperkt. Dat geldt dus ook voor Nutri-Score. De Nederlandse overheid heeft consumentenonderzoek laten doen ter voorbereiding van het voorgenomen besluit om een keuze te maken voor een bepaald voedselkeuzelogo. Hieruit bleek dat van de drie voorgelegde voedselkeuzelogo’s Nutri-Score consumenten het meeste aansprak (zie afbeelding).

Ook gaven consumenten aan verward te raken als Nutri-Score en de Schijf van Vijf elkaar tegenspreken. En dat ze dan de boel niet meer vertrouwen. Die verwarring ondergraaft dus zowel Nutri-Score als de Schijf van Vijf. Dit consumentenonderzoek lag aan de basis van het besluit om eerst het Nutri-Score algoritme aan te passen, zodat het beter past bij de Schijf van Vijf en daarna pas het logo op de verpakkingen te zetten. Althans dat was de bedoeling. In aflevering 5 van mijn serie bleek al dat het vaak enigszins anders loopt.

Nutri-Score is beter dan Stoplichten
De Consumentenbond speelt hierin ook – een meer politieke – rol. Samen met consumentenbonden uit heel Europa pleiten zij voor een snelle invoering van een verplichte Nutri-Score. Tot 3-4 jaar geleden pleitten deze consumentenbonden met evenveel enthousiasme voor het voedselkeuzelogo Stoplichten. Ik heb er destijds nog Consumentenbond:// Helpen met gezonde keuzes verkeerslichten of vinkjes over geschreven. Inmiddels zijn ze van mening veranderd en ik ben het met deze switch eens. Nutri-Score is een beter voedselkeuzelogo dan de Stoplichten, die veel te ingewikkeld voor consumenten zijn. Maar ik vind niet dat de Consumentenbond de consument een dienst bewijst door Nutri-Score er nu doorheen te duwen. Want er is verwarring door onlogische keuzes. Dat kan niet de bedoeling zijn van een organisatie die belangen van consumenten behartigt!
vws onderzoek

De realiteit in de supermarkt
Ik vind dat de Consumentenbond de consument geen dienst bewijst door Nutri-Score er nu doorheen te duwen
De meeste consumenten letten overigens helemaal niet op logo’s. Ze hebben haast en weten allang wat ze willen hebben. Of zijn niet geïnteresseerd in gezondheid. De prijs, het merk, de bereidingswijze, de houdbaarheidsdatum, dat zijn aspecten op basis waarvan consumenten hun keuzes maken. Gezondheid staat veel lager op dit lijstje. Maar áls ze geïnteresseerd zijn in gezondheid, dan is de informatie op de verpakking vaak te moeilijk. Die getallen zeggen namelijk weinig. In zulke gevallen zou een voedselkeuzelogo de keuze van consumenten kunnen bepalen.

Slechts een klein deel gebruikt een logo
Het werkelijke gebruik van zo’n voedselkeuzelogo door consumenten ligt niet hoog: Ongeveer een derde van de consumenten zegt (bijna) nooit het etiket te lezen. En ongeveer een vijfde van de consumenten zegt een logo te gebruiken bij het boodschappen doen.

Als dat zo is, waarom al dat gedoe met zo’n logo? Dat heeft vooral te maken met het tweede doel: namelijk dat een voedselkeuzelogo bedrijven stimuleert producten te verbeteren. Daarmee worden uiteindelijk veel meer consumenten bereikt dan alleen diegenen die het logo gebruiken.

Overigens, vrijwel alle consumentenonderzoek naar voedselkeuzelogo’s is gebaseerd op vragenlijsten. Dat is echt een tekortkoming. Consumenten zijn niet altijd zo consequent. Je kunt alleen maar vragen of ze het logo herkennen, waarderen, en (zullen) gebruiken. Maar of ze dat daadwerkelijk ook doen, het echte gedrag, kun je niet met een vragenlijst meten.

Gezonde boodschappen in winkelwagentjes
Toch is er is wel wat onderzoek gedaan waarin het consumentengedrag echt is gemeten: zo stonden Amsterdamse onderzoekers bij de uitgang van de supermarkt en vroegen de consumenten of ze het voedselkeuzelogo (dat was toen Het Vinkje) gebruikt hadden. En vervolgens telden de onderzoekers boodschappen met een Vinkje. Hieruit bleek dat de consumenten die het logo gebruikten meer producten met een Vinkje in hun winkelwagen hadden. Maar ook dat de consumenten die er niet op letten toch ook een aantal producten met een Vinkje in hun winkelwagen hadden liggen. Dat resultaat, namelijk meer gezonde boodschappen in ALLE winkelwagentjes is -denk ik- belangrijker als het gaat om gezondheid.

Voedingsexpert Annet Roodenburg is lector aan de HAS Hogeschool in Den Bosch. Al 2 decennia houdt ze zich bezig met voedselkeuzelogo's. Ze vindt de Farm-to-Fork-strategie een goed moment voor een serie artikelen over voedselkeuzelogo’s. Die verschijnen hier wekelijks op vrijdagmiddag. Ze laat zien wat voedselkeuzelogo’s beogen, hoe ze werken en wat volgens haar de beste oplossing is om de consument te helpen gezond te kiezen.

Annets voorgaande teksten zijn te vinden onder de volgende links:
1. Waarom een voedselkeuzelogo?
2. Het Nutri-Score algoritme levert onlogische scores op
3. Hoe pas je het algoritme van Nutri-Score aan?
4. Belangen en poppetjes zitten voedingsprofielen in de weg
5. De overheid aan het stuur, maar het voedselkeuzelogo laat veel vrijblijvendheid
6. Nutri-Score maakt een valse start
Dit artikel afdrukken