Een droge opsomming van de huidige wereldwijde problematieken in milieu, klimaatverandering, ecosystemen, gezondheid, gifstoffen en uitgeput rakende hulpbronnen zet de lezer op scherp. Oorlogen om schaarse hulpbronnen zijn een bedreiging voor het voortbestaan van de menselijke beschaving. Paul en Anne Ehrlich zien een nog grotere en directere bedreiging voor de 'mondiale duurzaamheid' in de onvermijdelijke hongersnoden die gaan komen. De wereld is niet in staat de hele wereldbevolking van genoeg voedsel te voorzien, en al helemaal niet als er nog miljarden mensen bij gaan komen. De noodzaak om hier maatregelen tegen te nemen wordt echter niet onderkend, omdat mensen de link tussen de genoemde problemen en de landbouw niet zien. Men 'bagatelliseert' het probleem van vandaag al, waarbij ruim 870 miljoen mensen honger lijden. Eten en drinken zijn primaire levensbehoeften. Om te overleven en zich verder te ontwikkelen, heeft de mens voedsel nodig. Dat is niet overal ter wereld vanzelfsprekend, en zal in de (nabije) toekomst alleen nog maar probematischer worden. "Als het zo makkelijk is om een bevolking die 35% groter is dan die van nu te voeden, waarom is dan vandaag de dag niet iedereen goed gevoed?", vragen Paul en Anne Ehrlich.
Zij stellen dat er twee fundamentele veranderingen nodig zijn. Het eerste is duurzamer om te gaan met onze planeet en voeding: "Vijf stappen worden doorgaans aanbevolen om het voedselprobleem op te lossen: het ophouden met het opslokken van grond voor de landbouw (om de diensten van natuurlijke ecosystemen te behouden); het verhogen van de opbrengst waar mogelijk; het verbeteren van de doelmatigheid van meststoffen, water en energie; het eten van minder vlees; en het terugdringen van de voedselverkwisting. Daar zou je nog aan kunnen toevoegen: het stoppen met het verwoesten van de oceanen, het uitbreiden van de investeringen in landbouwkundig onderzoek en ontwikkeling, en het plaatsen van toereikende voeding voor iedereen aan de top van de mondiale beleidsagenda." Deze maatregelen worden meer en meer urgent. Enerzijds omdat we nog steeds doorgaan met het doorontwikkelen van onze landbouw en daarmee de schaarser wordende bronnen verder uitputten - kortom, ons gedrag niet veranderen. Anderzijds omdat we de andere kant van het probleem, de bevolkingsgroei, niet aanpakken.
Dat is de tweede fundemantele verandering die nodig is, volgens Ehrlich en Ehrlich: "Er is een volksbeweging nodig om het cultureel bewustzijn te 'sturen' in de richting van het bieden van de 'vooruitziende blik' ["foresight intelligence", red] en de agrarische, ecologische en demografische planning die de markten niet in huis hebben. Slechts dan kunnen we beginnen de bevolkingsramp serieus aan te pakken - en de voordelen op voedings- en gezondheidsgebied te overwegen van het op humane wijze beëindigen van de bevolkingsgroei, voordat we een wereldbevolking van negen miljard mensen hebben, en het inzetten van een geleidelijke krimp."
Zonder maatregelen op beide fronten schatten Paul en Anne Ehrlich dat er niet meer dan 10 procent kans is dat de wereld een door hongersnood gedreven ineenstorting kan vermijden. Zij vinden het de moeite waard 'ons best te doen hier 11 procent van te maken'.
Daarvoor wijzen ze op de Millenium Alliance for Humanity and the Biosphere (MAHB). Doelstellingen van dit platform waar foresight intelligence van wetenschappers van divers pluimage en de civil society elkaar kunnen ontmoeten zijn onder andere: 'het ontwikkelen van een vooruitziende blik en het mobiliseren van de burgermaatschappij voor duurzaamheid'.
"Zij die zich aansluiten bij de MAHB voegen zich bij de besten van de mondiale civil society in de strijd om het einde van de beschaving te voorkomen", besluit het artikel.
Fotocredits: reliëf met voedsel, uitsnede, Metropolitan Museum of Art, New York, Egyptian collection, sipazigaltumu
Op 6 december krijg je nieuwe kado-artikelen.
Als betalend lid lees je zoveel artikelen als je wilt, én je steunt Foodlog
Henric, een betere verspreiding van welvaart is één van de meest probate natuurlijke middelen zonder invasieve of echt nare maatregelen. Beter en meer delen dus en tegelijk ons, Westerlingen en anderen rijken, tevreden houden met dat waar we verslaafd aan zijn: content en contact, thrills. Verspreiden over de wereld, actieradius beperken en virtualiseren die hap.
Dick, je zegt het heel makkelijk, onze voortplanting leren reguleren. Heb je een idee hoe dat moet zonder heel veel ellende te veroorzaken?
Pas recent ben ik mij wat in gaan verdiepen, maar ik kom toch al hoopvolle mensen tegen. Joel Salatin, die zegt meer vlees & eieren op zijn land te produceren dan conventionele methoden, en dat terwijl de natuur groeit en bloeit en het weinig biobrandstof kost (wel meer mankracht).
Allan Savory, ecoloog, werkt al 50 jaar met zijn methodes en heeft momenteel 15 miljoen acres woestijn tot bloeiend landschap omgetoverd. Hoe? Goed gebruikt van veeteelt, de beesten max 3 dagen laten grazen en dan doorschuiven. Meewerken met de natuur, niet de natuur naar je hand proberen te zetten, want dat kost je bakken met energie en geld en levert een boel problemen op. Hopelijk komt binnenkort zijn toespraak op TED, al is hij in deze video ook te horen en te zien hoe hij het verwoestijning, biodiversiteitsafname en klimaatveranderingen aanpakt.
Als ik dat zo bekijk dan moet het mogelijk zijn, bestaat het al, wordt het al uitgevoerd door een aantal, maar moet het gewoon breder opgepikt worden de komende jaren. Of denk ik nu te rooskleurig?
Gain loser goud dan mensen, optimistischer kan een Groninger het echt niet uitdrukken.
Die dalende aantallen Dick dat zegt me niks. Op de meeste continenten hadden die weinige inwoners die daar woonden al millennia geleden haast al het groot wild tussen neus en kin laten verdwijnen. Onze voorouders die nog niet de Rijn waren afgezakt slaagden erin hele bodems richting dit land te laten eroderen.
Aantallen zeggen dus in principe niks. De edele wilde in evenwicht met de natuur heeft nooit bestaan.
Hendrik, daar ga je te ver in je pessimisme. Als mensen gaan snappen wat ze beter kunnen doen en snappen hoe ze zich daarvoor in hun gezamenlijk belang moeten organiseren, dan zouden we als soort wel eens slimmer kunnen blijken dan mieren of bijen.
Van belang is dat we leren in de gehele natuur te leven zonder de puntdruk die we sinds de 18e eeuw dankzij onze technologie versneld hebben weten vorm te geven. Probleem is wel dat we ons natuurbeleid geheel moeten herdenken en ook onze voortplanting moeten leren reguleren. But then again, onze Westerse aantalen dalen. Hans Rosling rekende bovendien voor dat onze soort een bovengrens kent. Er is hoop. Voorwaarde is wel dat we gezamenlijk slim en verantwoordelijk worden.